Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-808

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 29 december 2010

aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen

Wikileaks - Eventuele overtreding van Belgische wetten - Verdediging van de vrijheid - Beleidsvisie

internetsite
telefoon- en briefgeheim
vertrouwelijkheid
staatsgeheim
spionage
klokkenluiden

Chronologie

29/12/2010Verzending vraag
24/2/2011Antwoord

Vraag nr. 5-808 d.d. 29 december 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Wikileaks is wereldnieuws, en dat gaat gepaard met de nodige discussie. Gaat de klokkenluidersite niet te ver met de publicatie van geheime documenten? Worden de internationale betrekkingen in gevaar gebracht en kunnen diplomaten nog wel hun werk doen? Of moeten we anderzijds vragen stellen bij de wijze waarop Wikileaks wordt gecriminaliseerd door sommige overheden of over hoe bedrijven wellicht onder druk van overheden hun diensten opzeggen in een poging de werking van Wikileaks te ondermijnen?

Ik weet niet of Wikileaks zich schuldig heeft gemaakt aan strafbare feiten bij het in ontvangst nemen en de publicatie van geheime documenten. Ik weet wel dat het open, vrije en actieve karakter van internet altijd al een ondermijnende potentie heeft gehad voor de "powers that be", maar dat WikiLeaks er als eerste effectief gebruik van maakt. De discussie gaat dus veel breder dan de kwestie Wikileaks alleen. Dit gaat over hoe overheden zullen omgaan met de nieuwe openheid en vrijheid die het internet biedt.

Daarom kreeg ik graag een antwoord op de volgende vragen.

1. Hoe evalueert de minister de wereldwijde bekendmaking van diplomatieke stukken? In welke mate waren die documenten geheim? Kan hij mij vertellen of Wikileaks (Belgische) wetten heeft overtreden in het bekend maken van de documenten? Heeft de regering maatregelen genomen tegen Wikileaks? Zo ja , welke? Zo nee, zal ze nog initiatieven nemen?

2. Werd de regering gecontacteerd door andere overheden met betrekking tot Wikileaks? Is er druk uitgeoefend om op te treden tegen Wikileaks? Zo ja, door wie en op welke wijze?

3. Is de minister het met mij eens dat de overheid het recht op vrije meningsuiting en de persvrijheid moet vrijwaren en verdedigen? Kan de regering garanderen dat ze geen censuur, blokkering van websites of andere schendingen van grondrechten en -vrijheden zal ondernemen in relatie tot Wikileaks.

4. Heeft de regering reeds een beleidsvisie over de mogelijke gevolgen van technologische ontwikkelingen op democratie, mensen- en andere fundamentele rechten. Kan de minister dit toelichten?

Antwoord ontvangen op 24 februari 2011 :

1. De door Wikileaks gepubliceerde documenten zijn afkomstig van de Amerikaanse diplomatieke diensten. De Belgische wetgeving is hier dus niet van toepassing. Indien door de publicatie van documenten evenwel de veiligheid van de Belgische Staat in het gedrang zou komen, stellen de daders zich alsnog bloot aan strafrechtelijke vervolgingen door de Belgische gerechtelijke autoriteiten. Deze mogelijkheid bestaat ook wanneer de feiten werden begaan door niet-Belgen buiten het Belgisch grondgebied.

2. Ik werd door de Amerikaanse ambassadeur op voorhand op de hoogte gebracht van de publicatie van deze diplomatieke correspondentie. Er is op geen enkele wijze druk uitgeoefend.

3. De regering treedt niet op tegen de activiteiten van Wikileaks in de mate dat de Belgische wetten niet worden overtreden. Ik hecht groot belang aan vrijheid van meningsuiting en vrijheid van de pers. Dit moet echter eveneens in perspectief worden gezien met de vertrouwelijkheid van een aantal gegevens, in het bijzonder het vertrouwelijk karakter van persoonlijke gegevens gezien het recht op de bescherming van de persoonlijke levenssfeer.

4. Als minister van Buitenlandse Zaken heb ik geen bijzondere maatregelen genomen met betrekking tot het vertrouwelijke karakter van het diplomatieke mailverkeer naar aanleiding van de Wikileaks-affaire. Ikzelf en de diensten van Buitenlandse Zaken hechten groot belang aan het verzekeren van de geheimhouding of het vertrouwelijke karakter van een aantal gegevens. Dit is een permanente zorg en onze medewerkers worden regelmatig gesensibiliseerd over de gevaren van bijvoorbeeld gevoelige bestanden op draagbare computers of USB-sticks. Ik onderlijn nochtans dat heel wat van de informatie die onze diplomaten vergaren geen geheimhouding vergt maar integendeel systematisch wordt verspreid naar onze stakeholders in België, waaronder de burgermaatschappij of het bedrijfsleven in het kader van de economische diplomatie.