Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-7889

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 22 januari 2013

aan de staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, en staatssecretaris voor Staatshervorming, toegevoegd aan de eerste minister

De wielklemmen

overtreding van het verkeersreglement
geldboete

Chronologie

22/1/2013Verzending vraag
28/5/2013Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2866

Vraag nr. 5-7889 d.d. 22 januari 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Volgens enkele berichten in de media wil de staatssecretaris dat parkeerwachters wielklemmen kunnen plaatsen. Daardoor worden autobestuurders gedwongen om openstaande boetes te betalen. Hij viseert hiermee vooral auto's met buitenlandse nummerplaten, die maar al te vaak de dans ontspringen.

Deze maatregel klinkt begrijpelijk en verdedigbaar, maar sorteert misschien ongewenste of moeilijke consequenties. De maatregel verdient een sluitende en verantwoorde omkadering, zodat de operationalisering tot de beoogde effecten leidt, zonder spijtige uitwassen. Ik stel niet zozeer de maatregel zelf in vraag, wel rijzen er twijfels bij de praktische uitvoerbaarheid. Parkeerbonnen worden tegenwoordig, zeker in steden, uitgeschreven door private parkeerbedrijven. De private en dus op winst gerichte ondernemingen zijn duidelijk uitermate gemotiveerd voor het uitschrijven en innen van boetes. Daarbij worden zij niet altijd gehinderd door wettelijke, ethische of maatschappelijk reflecties. Iedereen kent wel enkele angstwekkende verhalen over overijverige parkeerwachters die doldriest hun opdrachten invullen. U begrijpt daarom ongetwijfeld mijn bezorgdheid indien de geplande maatregel van de staatssecretaris ook aan die bedrijven de macht wil toekennen om wielklemmen te zetten.

Op welke wijze wil de staatssecretaris deze nieuwe regelgeving concreet uitwerken? Geldt ze enkel voor wanbetalers met buitenlandse kentekens? In welke gevallen zullen parkeerwachters de machtiging krijgen om wielklemmen te zetten? Vanaf welk moment – bijvoorbeeld vanaf welk aantal of vanaf welk geaccumuleerd bedrag aan onbetaalde boetes – wordt zulke wielklem gerechtvaardigd? Welke garanties zal de minister inbouwen opdat parkeerbedrijven dit nieuwe instrument niet misbruiken? Zou het een goed idee zijn om de parkeerbedrijven te beboeten of om ze een schadevergoeding te laten uitbetalen bij een onrechtmatige aanwending van een wielklem?

In het verleden spraken enkele vrederechters mensen vrij, omdat ze oordeelden dat het plaatselijke (private) parkeerbedrijf zijn boekje ver te buiten ging. Een besluit van de vorige staatssecretaris, bedoeld om daar een mouw aan te passen, werd trouwens vernietigd door het Grondwettelijk Hof. Uiteindelijk werd dit op Vlaams niveau geregeld via een decreet. Vlaams minister Hilde Crevits liet al verstaan dat dit een Vlaamse aangelegenheid is. Is de staatssecretaris van mening dat dit tot zijn bevoegdheid behoort en hoe zal hij voorkomen dat bovenstaande situatie zich herhaalt?

Is de staatssecretaris van mening dat deze aanzienlijke machtsuitbreiding, zijnde het beslissen over en het zetten van wielklemmen door privébedrijven, geen juridische problemen zal opleveren?

Ongeacht de mogelijke juridische problemen rijst de vraag of we dit soort bevoegdheden en macht willen toekennen aan private actoren. Duidt dit niet opnieuw op een toenemende privatisering van overheidsprerogatieven en bijgevolg ook op een verdere uitholling van de rechtsstaat?

Antwoord ontvangen op 28 mei 2013 :

Het geacht lid vind hieronder het antwoord op zijn vraag:

Het ontwerp van koninklijk besluit wil de immobilisering van voertuigen door middel van wielklemmen toelaten in geval van gedepenaliseerde parkeerovertredingen. De gemeenten melden inderdaad problemen in verband met niet-betaalde parkeerretributies en gevallen van recidive, meer bepaald voor voertuigen die niet in België zijn ingeschreven en waarvoor soms belangrijke bedragen onbetaald blijven, zonder hiervoor dwingende maatregelen te kunnen treffen.

Een wielklem is dus hoofdzakelijk een drukkingsmiddel dat de betaling van de parkeerretributies moet waarborgen.

Voor wat betreft de vraag over de bevoegdheden en de uitvoeringsvoorwaarden, vormt de immobilisering van voertuigen door middel van wielklemmen volgens mij een gemengde bevoegdheid, namelijk de bevoegdheid van de federale overheid en van de Gewesten. Deze visie werd toegelicht in de inleiding van het ontwerp van koninklijk besluit dat aan de Raad van State werd voorgelegd, die het niet heeft betwist aangezien hij geen enkele opmerking hierover in zijn advies van 8 oktober 2012 formuleert. Ik treed dus niet de mening bij van de regering van het Vlaams Gewest die vindt dat het ontwerp niet onder de bevoegdheden van de federale overheid valt.

De maatregel vereist dus de tussenkomst van de federale regering aangezien het om een aspect van de algemene politie gaat. Deze tussenkomst beperkt zich tot het bepalen in een koninklijk besluit van de overtredingen die het gebruik van wielklemmen toelaten, in dit geval de gedepenaliseerde parkeerovertredingen, en dit in uitvoering van het artikel 54bis van de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd op 16 maart 1968.

De Gewesten die bevoegd zijn voor de regelgeving van de materie betreffende de opstelling en de inning van gemeentebelastingen, kunnen deze materie verder reglementeren door de gebruiksmodaliteiten ervan te bepalen, meer bepaald de omstandigheden waarin ervan gebruik mag worden gemaakt (in geval van niet-betaalde eerdere heffing...), de bevoegde autoriteit voor het plaatsen van de wielklem, de manier van inning van de kosten voor het plaatsen en weghalen van de wielklem, de organisatie van de permanenties voor de heffing en inning van de parkeerbelasting of -retributie en de modaliteiten voor de wegtakeling en de inbeslagname van het voertuig in geval van niet-betaling binnen een bepaalde termijn.