Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-7838

van Inge Faes (N-VA) d.d. 21 januari 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen

Disaster Victim Identification Team (DVI) - Slachtofferidentificatie - Tussenkomsten - Technieken - Kosten

officiële statistiek
slachtoffer
geografische spreiding
forensische geneeskunde
gerechtskosten

Chronologie

21/1/2013Verzending vraag
5/12/2013Antwoord

Vraag nr. 5-7838 d.d. 21 januari 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Naast de "necrosearch" legt het Disaster Victim Identification Team (DVI) zich toe op identificatie van slachtoffers bij rampen. Oorspronkelijk trad het DVI vooral op bij grote rampen, maar vandaag treedt het ook meer en meer op bij kleinere ongevallen.

Ten einde de werking van het DVI te kunnen plaatsen in het opsporingsonderzoek en zijn actoren, had ik graag antwoord op volgende vragen :

1) Hoeveel keer werd in 2012 een beroep gedaan op het DVI-team voor slachtofferidentificatie? Hoe liggen die aanvragen geografisch gespreid over de arrondissementen en de provincies?

2) In hoeveel gevallen was de tussenkomst succesvol?

3) Zijn er cijfers beschikbaar over het type gespecialiseerde technieken en disciplines van de forensische wetenschappen die werden gebruikt (bijvoorbeeld forensic facial imaging)?

4) Zijn aan die tussenkomsten in het kader van een gerechtelijk onderzoek kosten verbonden? Worden die aangerekend als gerechtskosten?

Antwoord ontvangen op 5 december 2013 :

Ik verwijs u naar mijn antwoord op uw schriftelijke vraag nr. 5-5475.

Voor wat betreft de toekomst van centrale directies van de Federale politie, heeft de Ministerraad van 28 november 2013 een wetsontwerp goedgekeurd betreffende de optimalisatie van de politiediensten en dat de Wet op de Geïntegreerde politie gestructureerd op twee niveaus wijzigt.

Mijn politiebeleid is in essentie gesteund op de versterking en de verbetering van de werking van de gedeconcentreerde operationele politiediensten.