Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-7717

van Yoeri Vastersavendts (Open Vld) d.d. 15 januari 2013

aan de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, toegevoegd aan de minister van Justitie

Achterlating vrouw en kinderen in land van oorsprong - Cijfers - Maatregelen

Marokko
officiële statistiek
kinderbescherming
vondeling
migrerende vrouw

Chronologie

15/1/2013Verzending vraag
13/2/2013Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7715
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7716

Vraag nr. 5-7717 d.d. 15 januari 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Uit een artikel in de Nederlandse pers, op basis van cijfers van de Marokkaanse Vrouwen Vereniging Nederland (MVVN) en de Stichting Steun Remigranten (SSR) blijkt dat zich elk jaar ongeveer tachtig vrouwen melden die tegen hun wil, zonder paspoort of verblijfsvergunning, vanuit Nederland in Marokko zijn gedumpt. Daarnaast zijn ook meer dan honderd kinderen het slachtoffer van dergelijke praktijk. Waarschijnlijk is het aantal slachtoffers onderschat, gezien slechts een klein deel aangifte doet. Die vrouwen kunnen noch bij de Marokkaanse, noch bij de Nederlandse politie een aangifte voor 'achterlating' doen. Ze werden naar Nederland gehaald in het kader van gezinshereniging, en kregen een verblijfsvergunning die samenhangt met hun huwelijk. Nadat hun huwelijk is gestrand, worden de vrouwen achtergelaten.

In dat kader had ik graag volgende vragen voorgelegd aan de geachte minister:

1) Hoe reageert u op het bericht in de Nederlandse pers "Veel vrouwen gedumpt in Marokko"?

2) Zijn er in België gelijkaardige problemen gekend in verband met achterlating in het land van oorsprong ? Kan u toelichten welke concrete stappen zullen worden ondernomen inzake deze problematiek? Quid preventie?

3) Kan u cijfermatig toelichten hoeveel vrouwen jaarlijks vanuit België in Marokko worden achtergelaten? Wat zijn de schattingen over de omvang van dit probleem?

4) Bent u er zich van bewust dat de kans bestaat dat dit probleem zich niet beperkt tot Marokkaanse vrouwen, maar zich ook voordoet bij andere minderheidsgroepen (uit Pakistan, Irak, Iran,..)? Heeft ons land daarover reeds klachten ontvangen?

5) Hoe evalueert u het feit dat ook minderjarigen aan hun lot worden overgelaten? Kan u toelichten wat de juridische mogelijkheden zijn om ouders te vervolgen wegens kindermishandeling?

Antwoord ontvangen op 13 februari 2013 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag.

Ik verwijs u naar het antwoord van 2 april 2012 op de vraag 5-4504 van de heer Bart Tommelein, namelijk:

1., 2., 3. en 4. De aangehaalde problematiek behoort tot de bevoegdheid van mijn collega, de minister van Buitenlandse Zaken.

Mijn administratie heeft weinig kennis van dergelijke situaties. In het geval dat een vrouw wordt achtergelaten door haar man in het land van oorsprong, kan zij steeds een aanvraag indienen bij de Belgische diplomatieke vertegenwoordiging met het oog op het bekomen van een terugkeervisum naar België. Maar de reden voor dergelijke aanvraag wordt niet altijd opgegeven. Het komt voor dat de vrouw het “verlies van documenten” aangeeft in plaats van “achterlating door echtgenoot”. De Dienst Vreemdelingenzaken beschikt bijgevolg niet over volledige en nauwkeurige statistieken met betrekking tot dit fenomeen. In 2011, hebben slechts drie Marokkaanse vrouwen als reden voor de visumaanvraag, “achterlating door echtgenoot” opgegeven. Het reële cijfer zal wellicht hoger liggen. Het fenomeen betreft vooral culturen waar de man kan beslissen voor de vrouw en waar zij een ondergeschikte rol inneemt (onder andere Pakistan).

Vaak echter wordt een ander middel door een man gehanteerd om te verhinderen dat zijn vrouw kan terugkeren naar België, namelijk, hij verzoekt de gemeente om haar ambtelijke af te voeren omdat zij de echtelijke woning zou verlaten hebben. De gemeente kan in principe de afvoering niet baseren op de verklaring van een derde en moet effectief een onderzoek (zelfs proactief) instellen overeenkomstig het Artikel 8 van het koninklijk besluit betreffende de bevolkingsregisters en het vreemdelingenregister van 16 juli 1992. Het komt ook voor dat de man van de tijdelijke afwezigheid (van minder dan drie maanden) van zijn vrouw, gebruik maakt om haar definitief vertrek uit de echtelijke woning of naar het buitenland aan te kondigen.

Deze praktijk komt meer voor dan het inhouden van de papieren tijdens een reis naar het thuisland.

Het is wel zo dat de vrouw niet altijd als slachtoffer dient te worden beschouwd in deze situatie. Soms wordt opgemerkt dat de vrouw, de samenwoning of het huwelijk alleen heeft afgesloten om verblijfspapieren te bekomen en een relatie met een andere man onderhoudt. In dit geval, gebeurt het dat de man een echtscheidingsprocedure opstart maar ondertussen probeert om de terugkeer van zijn vrouw naar België op alle mogelijke manieren te verhinderen tot het definitieve vonnis.

5. Met betrekking tot bijvoorbeeld de Marokkaanse minderjarigen stelt de Dienst Vreemdelingenzaken vast dat er op zijn minst twee totaal verschillende soorten migratie van niet-begeleide minderjarige vreemdelingen (NBMV) naar België zijn.

In de eerste plaats stellen mijn diensten vast dat ouders van Marokkaanse afkomst met hun minderjarige kinderen naar België reizen, om hun familie in België op basis van een visum kort verblijf te bezoeken. Bij deze gelegenheid, en omwille van de verschillende redenen die door hen genoemd worden, zoals de betere kwaliteit van het onderwijs of de medische zorgen, of een kefala waarvoor geen machtiging werd verleend, of het eenvoudige feit dat het kind zegt dat hij niet wil terugkeren met zijn ouders, enz., wordt het kind in België achtergelaten bij leden van zijn uitgebreide familie die legaal in België verblijven.

In bepaalde gevallen worden de jongeren ook aan hun lot overgelaten en moeten ze, ofwel rechtstreeks, ofwel na conflicten met hun uitgebreide familie, in opvangcentra worden opgevangen.

Bij andere Marokkaanse NBMV, die talrijker zijn, is het profiel anders. Het gaat volgens hun verklaringen om straatkinderen die de gezinswoning omwille van slechte levensomstandigheden of familiale conflicten min of meer achtergelaten hebben, om op de straat te overleven. Ze dromen van een beter leven in het Westen maar ze hebben een verkeerd beeld van de realiteit (ter plaatse moet men naar school gaan, moet men werken, een taal leren, zich houden aan de regels voor het groepsleven in de opvangcentra; allemaal zaken waarop hun verleden hen niet voorbereid heeft). Ze hebben vaak al een bewogen verleden achter de rug. Ze hebben geprobeerd om Europa op illegale wijze te bereiken en zijn daar ook in geslaagd. Vaak hebben ze al in andere landen, zoals Spanje, verbleven. Jammer genoeg zijn ze geknipte doelwitten voor uitbuiting door weinig scrupuleuze volwassenen die hen voor verschillende vormen van smokkel (bijvoorbeeld drugssmokkel) gebruiken.

In beide gevallen wordt vastgesteld dat de ouders wel degelijk aanwezig zijn in het land van herkomst, door middel van de inlichtingen die door de minderjarige zelf verstrekt worden en na de verificaties die via de Belgische diplomatieke posten in Marokko worden uitgevoerd om de ouders te contacteren .Een gezinshereniging in het belang van de minderjarige vindt echter zelden plaats, aangezien bij de partijen (kinderen en/of ouders) de wil ontbreekt om elkaar terug te vinden.

De Dienst Vreemdelingenzaken is vragende partij om in samenwerking met andere Europese landen die met hetzelfde probleem geconfronteerd worden en in samenwerking met de Marokkaanse overheden een opvangcentrum voor jongeren in Marokko op te richten. Dit centrum zou het mogelijk maken om de NBMV in eerste instantie op te vangen en om contact op te nemen met de familie ter plaatse teneinde de gezinshereniging plaats te laten vinden.

De vraag over de juridische mogelijkheden om ouders te vervolgen wegens kindermishandeling, behoort tot de bevoegdheid van mijn collega, de minister van Justitie.