Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-7715

van Yoeri Vastersavendts (Open Vld) d.d. 15 januari 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken

Achterlating vrouw en kinderen in land van oorsprong - Cijfers - Maatregelen

Marokko
officiële statistiek
kinderbescherming
vondeling
migrerende vrouw

Chronologie

15/1/2013Verzending vraag
15/4/2013Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7716
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7717

Vraag nr. 5-7715 d.d. 15 januari 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Uit een artikel in de Nederlandse pers, op basis van cijfers van de Marokkaanse Vrouwen Vereniging Nederland (MVVN) en de Stichting Steun Remigranten (SSR) blijkt dat zich elk jaar ongeveer tachtig vrouwen melden die tegen hun wil, zonder paspoort of verblijfsvergunning, vanuit Nederland in Marokko zijn gedumpt. Daarnaast zijn ook meer dan honderd kinderen het slachtoffer van dergelijke praktijk. Waarschijnlijk is het aantal slachtoffers onderschat, gezien slechts een klein deel aangifte doet. Die vrouwen kunnen noch bij de Marokkaanse, noch bij de Nederlandse politie een aangifte voor 'achterlating' doen. Ze werden naar Nederland gehaald in het kader van gezinshereniging, en kregen een verblijfsvergunning die samenhangt met hun huwelijk. Nadat hun huwelijk is gestrand, worden de vrouwen achtergelaten.

In dat kader had ik graag volgende vragen voorgelegd aan de geachte minister:

1) Hoe reageert u op het bericht in de Nederlandse pers "Veel vrouwen gedumpt in Marokko"?

2) Zijn er in België gelijkaardige problemen gekend in verband met achterlating in het land van oorsprong ? Kan u toelichten welke concrete stappen zullen worden ondernomen inzake deze problematiek? Quid preventie?

3) Kan u cijfermatig toelichten hoeveel vrouwen jaarlijks vanuit België in Marokko worden achtergelaten? Wat zijn de schattingen over de omvang van dit probleem?

4) Bent u er zich van bewust dat de kans bestaat dat dit probleem zich niet beperkt tot Marokkaanse vrouwen, maar zich ook voordoet bij andere minderheidsgroepen (uit Pakistan, Irak, Iran,..)? Heeft ons land daarover reeds klachten ontvangen?

5) Hoe evalueert u het feit dat ook minderjarigen aan hun lot worden overgelaten? Kan u toelichten wat de juridische mogelijkheden zijn om ouders te vervolgen wegens kindermishandeling?

Antwoord ontvangen op 15 april 2013 :

Ik ben op de hoogte van de informatie die in de Nederlandse pers is verschenen over Marokkaanse vrouwen die in Nederland wonen en die tegen hun wil in Marokko worden achtergelaten. Het is betreurenswaardige informatie temeer daar het vaak ook om kinderen gaat. Ikzelf beschik niet over betrouwbare informatie over het aantal gelijkaardige feiten waarmee Marokkaanse vrouwen die in België wonen, te maken zouden hebben. Misschien kunnen mijn ambtgenoten, de minister van Binnenlandse Zaken en de Staatssecretaris voor Asiel en Migratie, meer toelichting ter zake verschaffen. De consulaire diensten van de Federale Overheidsdienst (FOD) Buitenlandse Zaken zijn immers alleen bevoegd voor de bijstand aan Belgen in het buitenland en ze worden dan ook niet met dit probleem geconfronteerd. Als de echtgenote die in het land van oorsprong wordt achtergelaten, de Belgische nationaliteit heeft, dan kan ze bij onze ambassade een (al dan niet voorlopig) paspoort aanvragen, ook als haar identiteitspapieren werden afgegenomen. Deze mogelijkheid bestaat evenwel niet voor vrouwen die niet in het bezit zijn van de Belgische nationaliteit. Als die vrouwen zonder identiteitspapieren en verblijfsvergunning door de echtgenoot worden achtergelaten, moeten ze kunnen aantonen dat ze in ons land verblijfsrecht hebben om naar België te kunnen terugkeren. Voor de afgifte van een paspoort zijn in dit geval de Marokkaanse autoriteiten bevoegd. Personen die in een dergelijke situatie terechtkomen, vragen dan ook maar hoogst zelden bijstand aan onze ambassade, waardoor mijn diensten dan ook geen zicht hebben op het aantal personen dat zich in de door u genoemde situatie bevindt.

Ik wens er evenwel de aandacht op te vestigen dat het bevorderen en beschermen van vrouwenrechten en kinderrechten een prioriteit is voor de Belgische diplomatie en dat België de evolutie ter zake in Marokko dan ook nauwlettend volgt. Tijdens mijn bilateraal bezoek aan Marokko in april 2012 heb ik deze kwestie trouwens besproken met mijn Marokkaanse gesprekspartners. Tijdens het laatste universeel periodiek onderzoek van Marokko voor de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties op 22 mei 2012 waren de vragen en aanbevelingen van België ook toegespitst op het vraagstuk van vrouwenrechten en kinderrechten.