Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-7353

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 22 november 2012

aan de staatssecretaris voor Ambtenarenzaken en Modernisering van de Openbare Diensten, toegevoegd aan de minister van Financiën en Duurzame Ontwikkeling, belast met Ambtenarenzaken

Het instellen van een quotum voor de aanwerving van mensen met een beperking

gereserveerde arbeidsplaats
migrerende werknemer
integratie van migranten
werknemer met een beperking
ambtenaar
overheidsapparaat
aanwerving

Chronologie

22/11/2012Verzending vraag
11/12/2012Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2515

Vraag nr. 5-7353 d.d. 22 november 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De staatssecretaris maakte recent bekend dat hij vaart wil zetten achter de aanwerving van mensen met een beperking binnen het federale overheidskorps. Ik wil de staatssecretaris hieromtrent voor 100% steunen en hem feliciteren voor zijn doortastende keuze. Samen met hem hoop ik dat zich bij selecties van allerlei aard heel wat kandidaten met een beperking aandienen die, nadat ze slagen voor de proeven, met prioriteit kunnen worden in dienst genomen.

Met de keuze van dit soort quotum bevestigt de staatssecretaris dat enkel door de instelling van dit instrument een gewenste verandering kan worden bereikt. Voor de aanwerving van een specifieke categorie van mensen die al jarenlang wordt achtergesteld, zal zo'n quotum een belangrijke hefboom betekenen. Achterliggend speelt een erg belangrijk principe: ons overheidssysteem, zeker het ambtelijke gedeelte, kan best in zo groot mogelijke mate een afspiegeling zijn van de bevolking. Als categorieën door allerlei achterstellingmechanismen duidelijk te laag scoren, dan passen bijzondere maatregelen. Ik schroom mij niet om hier te speken van positieve discriminatie, waarbij men bepaalde mensen "anders" behandelt met als enige doel hun achterstelling te bestrijden en hen zo gelijkwaardig mogelijk aan de startlijn te brengen. Ik steun daarbij volmondig het principe dat elke kandidaat, ongeacht het quotum, eerst voldoende competentie voor de job moet bewijzen.

Mag ik in dit verband de staatssecretaris nog een systematisch achtergestelde groep voorstellen: mensen met een etnisch-cultureel diverse achtergrond. Ik hoef hier weinig bewijslast aan te halen, want alle studies bewijzen dat deze mensen op een sterke wijze ondervertegenwoordigd zijn in zowat alle overheidssystemen, in alle sectoren en op alle niveaus. De tewerkstellingscijfers van ambtenaren met een etnisch-cultureel divers profiel zijn verbluffend laag. Hoewel onze samenleving steeds meer verkleurt, lijken onze administraties daar grotendeels ongevoelig voor. Ruim 10% van de Belgische bevolking mag als etnisch-cultureel divers worden bestempeld. Ik begrijp dat de staatssecretaris hieromtrent geen exacte cijfers kan geven, omdat het hier niet zozeer gaat over nationaliteit, maar wel over de etnisch-cultureel diverse socialiseringsachtergrond van mensen. Het betreft vaak een tweede of volgende generatie immigranten.

Gaat de staatssecretaris akkoord dat het instrument van een quotum, waarvoor hij terecht kiest omdat de categorie mensen met een beperking duidelijk ondervertegenwoordigd is in de federale ambtenarij, mutatis mutandis ook moet worden aangewend voor de aanwerving van ambtenaren van een etnisch-cultureel diverse achtergrond? Beaamt de staatssecretaris dat ook deze categorie niet relevant aanwezig is in de federale administraties en dat zich, omwille van vele motieven, een drastische inhaaloperatie opdringt? Wil de staatssecretaris de moed en overtuiging tonen om, naar analogie met zijn quotumkeuze voor mensen met beperkingen, ook quota voor aanwerving van mensen met een etnisch-cultureel divers profiel in te stellen? Zo ja, hoe en wanneer zal hij hier concreet werk van maken? Zo niet, hoe verklaart hij zijn selectieve aanwending van het quotuminstrument?

Antwoord ontvangen op 11 december 2012 :

Wat de tewerkstelling in de federale overheidssector betreft, wil ik erop wijzen dat het regeerakkoord expliciet bepaalt dat de regering zich verder moet inspannen om de voor personen met een handicap bestemde jobkansen bij het federaal openbaar ambt te verhogen.

Ik wil in herinnering brengen dat het quotum betreffende de tewerkstelling van personen met een handicap al langer bestond (het dateert van 1972), in de praktijk werd het echter niet toegepast.

Door het koninklijk besluit dat binnenkort in het Belgisch Staatsblad verschijnt, maak ik het quotum afdwingbaar: de overheidsdiensten die het quotum van 3 % niet zouden bereiken hebben de verplichting – en niet meer de mogelijkheid- om de specifieke lijst(en) te raadplegen van de gehandicapte personen die laureaat zijn voor elke aanwerving en voor elke indienstneming.

De inspecteur van Financiën, de regeringscommissaris, de afgevaardigde van de minister van Begroting of de Regeringscommissaris van Begroting controleren de werkelijke toepassing van dit quotum, voor elke aanwerving of indienstneming in een overheidsdienst die het percentage van 3 % niet bereikt.

Het diversiteitsbeleid is over het algemeen gebaseerd op het inclusieprincipe, wat wil zeggen dat elk individu dezelfde kansen moet krijgen om een functie bij de federale overheid uit te oefenen. Alleen de competenties primeren bij de keuze van een kandidaat. Om een gelijke toegang te waarborgen zijn er maatregelen genomen, met name op het vlak van aanwerving en selectie (Selor). Bijvoorbeeld :

• Bij de aankoop of de ontwikkeling van selectietests gelden er diversiteitscriteria die gericht zijn op de culturele neutraliteit. Dankzij die criteria kunnen we alle kandidaten, ongeacht hun herkomst, gelijke kansen, een gelijke behandeling en een gelijke toegang tot de selectietests garanderen.

• Er werden informatiebrochures gepubliceerd en bij de verenigingen en kandidaten verspreid. De brochures geven een antwoord op de meest gestelde vragen en bevatten getuigenissen van personen van vreemde origine die bij de overheid werken.

Ik plan evenwel geen quotum voor overheidspersoneel op basis van etnische origine.