Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-7215

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 29 oktober 2012

aan de vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen

Politie - Drones - Gebruik - Opleiding - Verzekeringen - Wetgeving - Perceptie door bevolking

politie
vliegtuig
nieuwe technologie
politiecontrole
drone

Chronologie

29/10/2012Verzending vraag
4/2/2013Antwoord

Vraag nr. 5-7215 d.d. 29 oktober 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Recent meldden de media de ontdekking van een cannabisplantage in Limburg door de inzet van een onbemande helikopter, een drone. Deze lokaliseerde de plantage, omgeven door maïs, via de met camera uitgeruste drone.

Hierover de volgende vragen:

1) Bevestigt de minister dat de politie een drone met camera inzette bij het opsporen van de cannabisplantage in Limburg?

2) Is deze drone eigendom van de politie, en zo ja, over hoeveel van deze of soortgelijke toestellen beschikt de politie in ons land? Wanneer werden deze aangekocht, tegen welke prijs en met welke bedoelingen? Zo niet, hoe wordt zo'n toestel dan ter beschikking van de politie gesteld, op basis van welke overeenkomsten?

3) Beschikt de politie over speciaal opgeleide medewerkers voor de besturing van deze toestellen? Zo ja, hoeveel, met welke opleiding? Zo niet, wie bestuurt dan deze toestellen? Wie beslist over de inzet van dergelijke toestellen, wie regisseert de aanpak?

4) Vooralsnog bestaat er geen specifieke wetgeving rond het gebruik van drones. Wordt er momenteel aan een regelgeving gewerkt waarbinnen deze onbemande luchtvaartuigen (Unmanned Aerial Vehicles, UAV) in de toekomst op een veilige en duidelijk omkaderde manier kunnen worden ingezet? Binnen welke wettelijke regels past de toepassing van deze drones nu? Zijn elementen van privacy enz. voldoende beschermd? Wordt er hieromtrent een gedragscode gehanteerd, zo ja welke? Zo niet, aan welke regels moet de politie zich hier dan houden? Wie houdt toezicht op het inzetten van deze drones, wie bewaakt hier de bewakers?

5) Begrijpt de minister de kritiek dat het gebruik van drones als een zwevend alziend oog boven de hoofden van de bevolking kan beschouwd worden als een motie van wantrouwen tegen die bevolking? Het lijkt wel of de bevolking ten allen tijde gesurveilleerd moet worden omdat ze tot weinig goeds in staat is. Begrijpt zij dat dit niet goed is voor de relatie tussen de burger en de overheid?

6) Is de aanwending van drones voldoende verzekerd, onder andere tegen mogelijke schade die ze aanrichten of pech?

7) Welke beleidsplannen koestert de minister met betrekking tot het inzetten van deze drones? Wordt hier prioritair mee omgegaan? Welke uitgaven voor de werking, onderhoud, aankoop, training van personeel, verzekeringen enzovoorts staan er voor deze drones op de begroting van Binnenlandse Zaken in 2011, 2012 en wat wordt voorzien voor 2013?

Antwoord ontvangen op 4 februari 2013 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag. 

1.     De methode van opsporing van een misdrijf maakt deel uit van een opsporingsonderzoek. Ongeacht het feit dat het opsporingsonderzoek wordt beschermd door het geheim van het vooronderzoek, zoals geregeld in artikel 28quinquies van het Wetboek van Strafvordering, valt deze materie onder de bevoegdheid van mijn ambtsgenoot, de minister van Justitie. 

2.     Voor zover ik weet beschikt slechts één politiekorps over een drone, namelijk de politiezone GAOZ. Het gaat om een aankoop op initiatief van de lokale overheid.  De aankoop oversteeg het bedrag van 30 000 euro. De levering dateert van dit voorjaar. Bij de aankoop was het kennelijk de bedoeling om de drone in te zetten ter ondersteuning van operationele opdrachten inzake openbare ordehandhaving, zoals voetbal, optochten, betogingen, grote manifestaties, of andere zoals verkeersongevallen, files, traceren vermiste personen, crimescenes, branden, rampen, enz. Het is de lokale politie toegestaan om haar materiaal ter beschikking te stellen van andere korpsen. 

3.     De beslissingsbevoegdheid omtrent het opleiden van medewerkers, de inzet en het besturen van het toestel berust bij de lokale autoriteiten. 

4.     De camerawet van mei 2007 laat de politie toe mobiele bewakingscamera’s te gebruiken in het kader van grote samenkomsten waarvan de uitvoeringstermijn beperkt is. Het gebruik van de drone is dan ook onderworpen aan dezelfde wettelijke regels als de inzet van de politiehelikopters met camera’s. Er is geen specifieke gedragscode.  Bij het gebruik moet uiteraard de vigerende wetgeving en de deontologische code voor de politiediensten worden gerespecteerd. De controleorganen zijn dezelfde als bij elk ander politieoptreden. 

5.     Het is geenszins zo dat de drones op permanente wijze zouden gebruikt worden. De vigerende wetgeving laat dit immers ook niet toe. Ze kunnen enkel worden ingezet bij duidelijk omschreven opdrachten met een duidelijk doel, binnen de wettelijke grenzen. 

6.     Net zoals elke schade die bij het gebruik van politiemateriaal zou kunnen veroorzaakt worden is de schade die door het gebruik van een drone kan worden veroorzaakt voldoende verzekerd. 

7.     Momenteel beschik ik niet over middelen om dergelijke initiatieven te steunen. Interzonale samenwerking kan de kostprijs per zone drukken. Ik heb de politie gevraagd een modern investeringsplan op te stellen met oog voor nieuwe noden en technologieën.