Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-7023

van Elke Sleurs (N-VA) d.d. 14 september 2012

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen

Fonds voor de medische ongevallen - Werkingskosten - Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV)

Fonds voor medische ongevallen
Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering

Chronologie

14/9/2012Verzending vraag
19/11/2012Antwoord

Vraag nr. 5-7023 d.d. 14 september 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Krachtens de wet van 31 maart 2010 zou het Fonds voor de medische ongevallen een aparte openbare instelling worden. Gelet op een aantal praktische, maar vooral financiële overwegingen werd besloten om het Fonds te integreren bij het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV).

Om deze beleidsafweging te kunnen beoordelen, had ik graag antwoord op de volgende vragen:

1) Wat is de gedetailleerde werkingskost (per jaar) van het Fonds voor de medische ongevallen in geval van integratie bij het RIZIV ?

2) Wat was de gedetailleerde werkingskost (per jaar) van het Fonds als aparte openbare instelling?

3) Wat zou de gedetailleerde werkingskost (per jaar) van het Fonds zijn in geval van een integratie bij de Federale Overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid ?

Antwoord ontvangen op 19 november 2012 :

De integratie van het Fonds voor Medische Ongevallen in het Rijksinstituut voor de Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (RIZIV) wordt in de eerste plaats voorgesteld om beheersproblemen op te lossen, zoals het personeelsstatuut en –beheer en het boekhoudkundig en financieel beheer. Die zijn veel complexer voor een kleine onafhankelijke instelling en leiden tot bijkomende kosten zoals een functie van sociaal secretariaat voor een aparte werkgever en een boekhoudkundig programma waarmee de boekhouding van verschillende juridische entiteiten kan worden gevoerd voor een autonome boekhouding, met inbegrip van de aan die twee voorbeelden verbonden sociale en fiscale verplichtingen.

Het behoud van de aanleuning van het Fonds voor Medische Ongevallen bij het RIZIV zou bovendien tot gevolg hebben gehad dat de ondersteunende diensten van het RIZIV verplicht waren om twee juridisch verschillende entiteiten te beheren die onder verschillende wetgevingen vallen, wat in de praktijk uitermate zwaar is gebleken voor het Instituut en contraproductief voor het Fonds voor Medische Ongevallen.

Het RIZIV heeft in het kader van de huidige aanleuning beslist om het Fonds alleen de rechtstreekse kosten die het zelf genereert aan te rekenen, en niet de indirecte kosten, met name al het werk dat de verschillende diensten van het RIZIV voor het Fonds hebben verricht (human resources, financiën, logistiek, ICT, infrastructuur, vertaling,…).

Door de integratie zal het RIZIV de specifieke kosten voor het Fonds kunnen verminderen, zoals de voor de boekhoudprogramma’s en de programma’s voor human resources (HR) die verschillende entiteiten kunnen beheren. De werkingskosten van het geïntegreerde geheel zullen lager liggen en dat zou tot een veel hogere efficiëntie moeten leiden.

Een integratie van het Fonds in de Federale Overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid zou dezelfde gevolgen hebben gehad.