|
|
Asielzoekers - Burgers uit Midden- en Oost Europa - Aanvragen van een verklaring van inschrijving - Aantallen
politiek asiel
landen in Midden- en Oost-Europa
Dienst Vreemdelingenzaken
officiële statistiek
geografische spreiding
asielzoeker
| 27/12/2010 | Verzending vraag |
| 24/2/2011 | Antwoord |
Graag had ik de staatssecretaris in het kader van de aanzienlijke instroom van burgers uit de Europese Unie, met name uit de zogenaamde MOE-landen (landen uit Midden- en Oost-Europa), verzocht om de volgende cijfers:
1. Hoeveel aanvragen ontving de Dienst Vreemdelingenzaken vanwege alle Belgische steden en gemeenten tot beoordeling van "aanvragen van een verklaring van inschrijving (bijlage 19)" tijdens de afgelopen vijf jaar, uitgesplitst per jaar (2006, 2007, 2008, 2009 en dit jaar met een stand van zaken eind november 2010) ?
2. Graag kreeg ik dezelfde gegevens uitgesplitst per stad: Antwerpen, Gent, Oostende, Brugge, Kortrijk, Mechelen, Hasselt en Genk.
3. Hoeveel van deze aanvragen werden binnen de wettelijke termijn beantwoord, uitgesplitst per jaar (van 2006 tot en met 2010)? Immers, indien de Dienst Vreemdelingenzaken geen beoordeling geeft binnen het gestelde wettelijke termijn, dan is de beslissing automatisch gunstig.
4. Ook hier kreeg ik graag opnieuw dezelfde gegevens uitgesplitst per genoemde centrumstad.
1) De aanvraag van verklaring van inschrijving is pas in voege sinds juni 2008. Precieze cijfers van voor het jaar 2008 zijn bijgevolg onbeschikbaar. Betrouwbare cijfergegevens kunnen gegeven worden vanaf het jaar 2009.
Uit een nauwgezet onderzoek van de gegevens van het Rijksregister zijn er in het jaar 2009 45 455 en in het jaar 2010 44 891 verklaringen van inschrijving. De gemeenten staan in voor de registratie van de gegevens. Indien sommige gemeentes niet steeds consequent deze code toepassen kan het resultaat in werkelijkheid wat hoger liggen.
Met de wetswijziging van 2007 die in voege is getreden vanaf 2008 is er overigens binnen de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) een aparte dienst opgericht die bevoegd is voor alle verblijfsaanvragen van Europese Unie (EU)-burgers. Deze dienst behandelt evenwel geen aanvragen voor familiehereniging.
2) Dergelijke gegevens zijn niet rechtstreeks beschikbaar en raadpleegbaar in het ICT-systeem van de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ). Dit betekent dat hoe dan ook dat het Rijksregister dient te worden geraadpleegd en de goedkeuring van deze laatste vereist is om bijvoorbeeld. de door U gevraagde statistieken te verkrijgen en te verwerken.
U begrijpt, zo’n onderzoek vereist niet enkel heel wat arbeidsuren voor zowel de bevoegde administratieve diensten bij de DVZ als de ICT van de DVZ en de Federale Overheidsdienst (FOD) Binnenlandse zaken. Bovendien houden de bevoegde diensten ook andere statistieken bij en dient een rationele beleidskeuze te worden gemaakt in wat bijgehouden wordt en wat niet in functie van de relevantie. De DVZ maakt in haar statistieken momenteel geen onderscheid naar de stad of de oorsprong van zijn binnenkomende post.
Om U ter wille te zijn en U onze goede bedoelingen te uiten, werd voor U een uitzondering gemaakt. Een uitvoerig onderzoek werd opgestart om een antwoord te kunnen bieden op Uw bezorgdheden.
De steden werden onderzocht samen met hun deelgemeenten:
Kortrijk heeft in 2008 94 EU-onderdanen geregistreerd, in 2009 125 EU-onderdanen en in 2010 159 EU-onderdanen;
Antwerpen heeft in 2008 2 558 EU-onderdanen geregistreerd, in 2009 4 700 EU-onderdanen en in 2010 5 623 EU-onderdanen;
Brugge heeft in het jaar 2008 121 EU-onderdanen geregistreerd, 249 in 2009 en 267 in 2010;
Genk heeft 115 EU-onderdanen geregistreerd in 2008, 196 EU-onderdanen in 2009 en 250 EU-onderdanen in 2010;
Gent heeft in 2008 721 EU-onderdanen geregistreerd, 590 in 2009 en 217 in 2010;
Hasselt registreerde in 2008 145 EU-onderdanen, 265 in 2009 en 249 in 2010;
Oostende registreerde in 2008 92 EU-onderdanen, 192 in 2009 en 151 in 2010;
Mechelen registreerde in 2008 159 EU-onderdanen, 276 in 2009 en 303 in 2010.
Ook hier wens ik te benadrukken dat de cijfers van de DVZ gebaseerd zijn op de codes uit het Rijksregister. Indien een gemeente gegevens onvoldoende heeft geregistreerd in het Rijksregister, komen deze niet voor in de statistieken.
3) en 4) De aanvragen worden behandeld in volgorde van urgentie en behandelingstermijnen en niet op basis van een verdeling tussen steden. Franstalige dossiers of Nederlandstalige dossiers worden daarentegen wel opgesplitst om reden van behandeling volgens de taalrol van de ambtenaar.
Cijfergegevens over hoeveel van de aanvragen binnen de wettelijke termijn worden beantwoord worden door de DVZ niet bijgehouden.
Ik wens hierbij op te merken dat de gemeente in bepaalde dossiers ook een eigen beslissingsbevoegdheid heeft.
Een opsplitsing per stad kan bijgevolg evenmin worden verstrekt.