|
|
Schijnhuwelijken - Gegevensverzameling - Aantal
illegale migratie
gemengd huwelijk
schijnhuwelijk
Dienst Vreemdelingenzaken
officiële statistiek
| 20/4/2012 | Verzending vraag |
| 31/5/2012 | Antwoord |
In haar antwoord op mijn schriftelijke vraag (5-5676) over het aantal schijnhuwelijken in ons land laat de staatssecretaris weten dat ze mij die informatie niet kan bezorgen, aangezien er hieromtrent geen verplichte informatie-uitwisseling bestaat tussen de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) en de ambtenaren van de Burgerlijke Stand. Ze kon mij enkel het aantal dossiers bezorgen die de DVZ heeft behandeld met betrekking tot potentiële schijnhuwelijken. De geachte staatssecretaris stelde dat de DVZ hier wel vragende partij voor is aangezien er bij een weigering dan kan worden overgegaan tot de verwijdering van de vreemdeling.
Hierover de volgende vragen:
1) De staatssecretaris heeft mij reeds het aantal behandelde dossiers bezorgd voor de periode 2004-2011. Kan zij mij voor deze periode ook het aantal negatieve adviezen of verdachte (voorgenomen) huwelijken bezorgen?
2) Vindt zij het niet vreemd dat de DVZ niet op de hoogte wordt gesteld van de eindbeslissing van de gemeentelijke ambtenaren? Is dit dan geen belangrijke beleidsparameter? Hoe kan deze dienst haar beleid inzake het afleveren van de adviezen evalueren indien ze geen inzicht heeft over de uitkomst ervan?
3) De staatssecretaris stelde in haar vorig antwoord dat ze plant om stappen te ondernemen om de samenwerking tussen de gemeenten en de DVZ te intensifiëren. Over welke concrete plannen gaat het hier en kan ze deze situeren in een tijdspad?
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag.
Indien u onder “negatieve adviezen” verstaat de mededelingen die de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) verstrekt in het kader van de schijnhuwelijken bij de gemeente, betreft dit mededeling van informatie en geen negatieve of positieve adviezen.
Het is inderdaad belangrijk dat de DVZ op de hoogte is van de eindbeslissingen die door de ambtenaar van de burgerlijke stand worden genomen inzake de schijnhuwelijken. Deze verplichte kennisgeving is voorgeschreven in de omzendbrief van 13 september 2005. De DVZ herinnert aan die verplichting tijdens de opleidingen of vergaderingen met de gemeenten. Bij de herziening van de omzendbrief van 13 september 2005 zal aan deze verplichting tot kennisgevig bijzondere aandacht worden besteed.
De samenwerking tussen de DVZ en de gemeenten zal concreet worden versterkt door het installeren van een databank die alle informaties bevat over “schijnhuwelijken/schijnsamenwoningen” die voor alle betrokken overheden nuttig zijn (DVZ, Buitenlandse Zaken, gemeentebesturen, parketten, onderzoeksrechters, politie). In overleg met de minister van Justie zal de Staatsecretaris een wersontwerp in die zin voorstellen.