Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-5958

van André du Bus de Warnaffe (cdH) d.d. 23 maart 2012

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Duurzame Ontwikkeling, belast met Ambtenarenzaken

De herinschakeling in het arbeidscircuit na een periode van arbeidsongeschiktheid

herintreding
gehandicapte
arbeidsongeschiktheid
belastingontheffing
belasting van natuurlijke personen

Chronologie

23/3/2012Verzending vraag
15/5/2012Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-1659

Vraag nr. 5-5958 d.d. 23 maart 2012 : (Vraag gesteld in het Frans)

In de ziekte-en invaliditeitsverzekering werden maatregelen genomen om ervoor te zorgen dat mensen na een periode van arbeidsongeschiktheid beter in het arbeidscircuit kunnen worden heringeschakeld.

De huidige fiscale regelgeving behoedt hen echter niet volledig voor financiële nadelen.

Volgens het Jaarboek 2011 van het Rekenhof over de sociale zekerheid heeft de wetgever geen rekening gehouden met de belastingverminderingen die aan invalide personen worden toegekend.

Bijgevolg verliest een invalide die opnieuw aan de slag kan, het voordeel van het belastingvrije gedeelte bij de berekening van de inkomstenbelasting (artikel 131, tweede lid, en artikel 135 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen).

Hij verliest ook de vermindering van 10 of 20% op de onroerende voorheffing die aan gehandicapte gezinshoofden of aan gehandicapte echtgenoten wordt toegekend (artikel 257 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen).

1) Worden er maatregelen genomen om de fiscale voordelen te behouden voor invalide personen die opnieuw aan de slag kunnen, teneinde werkloosheidsvallen te voorkomen en een coherent, sociaal en fiscaal beleid inzake herinschakeling in het arbeidscircuit te verzekeren?

2) Kan men de budgettaire weerslag van dergelijke maatregelen inschatten, als men weet dat in 2010 slechts 0,16% van de rechthebbende invaliden opnieuw in het arbeidscircuit werd heringeschakeld?

Antwoord ontvangen op 15 mei 2012 :

Op grond van artikel 135, 1ste lid, 1°, 3de streepje van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 kan tijdelijk het fiscaal statuut van gehandicapte worden toegekend aan de belastingplichtigen die sedert meer dan één jaar arbeidsongeschikt zijn, overeenkomstig artikel 87 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, alsook het voordeel van het verhoogde van de belasting vrijgestelde bedrag van de inkomsten, bedoeld in artikel 131, 2de lid, van hetzelfde Wetboek. Zoals u kunt vaststellen gaat het om een eenvoudige omzetting van een sociale maatregel in een aangepaste berekening van de personenbelasting.

Wanneer deze belastingplichtige opnieuw aan het werk is, verliest hij deze voordelen en wanneer zijn bezoldiging eerder beperkt is, zal er daadwerkelijk koopkrachtverlies optreden dat te wijten is aan het verschil in taxatie tussen de uitkeringen voor arbeidsongeschiktheid waarvoor een aanzienlijke belastingvermindering geldt en de gewone bezoldigingen die op normale wijze worden belast.

Het is niet noodzakelijk bijkomende maatregelen te treffen aangezien het toegekende voordeel tijdelijk is en wegvalt op het ogenblik waarop de belanghebbende in staat is om het werk te hervatten.

Voor wat betreft de voordelen met betrekking tot de onroerende voorheffing, deel ik het geachte lid mee dat het betrokken gewest terzake bevoegd is.

De budgettaire impact van de bovenvermelde maatregelen vergt een complexe studie die gebaseerd is op meerdere aanslagjaren met elk zowat 7 000 000 aangiften. Van zodra deze budgettaire implicaties becijferd zijn, zal ik mijn administratie de opdracht geven om u deze informatie te bezorgen.