Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-510

van Patrick De Groote (N-VA) d.d. 10 december 2010

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen

Ongeoorloofde invoer, uitvoer en overdracht van eigendom van cultuurgoederen - Douanepersoneel - Technische middelen - Externe expertise

zwarte handel
kunstvoorwerp
douane
cultuurgoed

Chronologie

10/12/2010Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten

Heringediend als : schriftelijke vraag 5-4122

Vraag nr. 5-510 d.d. 10 december 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Over hoeveel personeelsleden beschikt de douane voor de controle op de naleving van het verdrag met betrekking tot de maatregelen die moeten worden genomen om de ongeoorloofde invoer, uitvoer en overdracht van eigendom van cultuurgoederen te voorkomen, aangenomen te Parijs op 14 november 1970?

2) Waar zijn die personeelsleden gevestigd? Waar worden ze ingezet?

3) Zijn er beperkingen in het aantal douanekantoren waar vergunningen voor de uitvoer van cultuurgoederen worden toegekend (zie artikel 5 van de Europese verordening nr. 3911/92 betreffende de uitvoer van cultuurgoederen)?

4) Van welke databases maakt het douanepersoneel gebruik om te controleren of bepaalde cultuurgoederen (kunst en /of antiek) ergens als gestolen zijn geregistreerd (Interpol, Art Loss Register, Stolen Art Listing Belgium, …)?

5) Maakt de Douane gebruik van externe expertise met betrekking tot cultuurgoederen? Over welk budget kunnen de douanedienst(en) beschikken om externe experts in te schakelen? Welk budget werd in de voorbije jaren hiervoor jaarlijks effectief aangesneden?