Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-5064

van Bart Tommelein (Open Vld) d.d. 28 december 2011

aan de staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken, en staatssecretaris voor Staatshervorming, toegevoegd aan de eerste minister

Verdrag voor de controle en het beheer van ballastwater en sedimenten - Ratificatie - Bestrijding van invasieve exoten (Verkwalling)

mariene soort
marien ecosysteem
rijkdom van de zee
biodiversiteit
Noordzee
ratificatie van een overeenkomst
zeevisserij
invasieve soort

Chronologie

28/12/2011Verzending vraag
19/4/2012Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 5-1528

Vraag nr. 5-5064 d.d. 28 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Midden februari 2011 vernam ik dat het visbestand in de Noordzee in gevaar is door de aanwezigheid van langlobribkwal. In de Zwarte Zee heeft deze Amerikaanse kwal het visbestand reeds gedecimeerd en volgens Instituut voor landbouw en visserijontwikkeling (ILVO) vermenigvuldigt deze kwal zich nu ook in onze vaargeulen en Noordzee zo snel dat ons visbestand effectief in groot gevaar is.

Ik stelde reeds de vraag aan de Vlaams minister-president dringend maatregelen te nemen om deze invasieve exoten weg te houden uit onze wateren. De twee maatregelen die kunnen genomen worden om de verdere uitbreiding van de populatie tegen te gaan, vallen echter niet onder Vlaamse bevoegdheid. Het tegengaan van overbevissing is immers een Europese bevoegdheid en de tweede belangrijke maatregel, de ratificatie van het Verdrag voor de controle en het beheer van ballastwater en sedimenten, valt onder de bevoegdheid van de Federale Overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid en Leefmilieu. Ook Nederland kampt sinds 2006 met het probleem van verkwalling, maar zowel Nederland als Frankrijk, onze twee buurlanden aan de Noordzee, zagen de noodzaak om zo snel mogelijk dit Verdrag te ratificeren.

Het lijkt mij dan ook onnodig om dieper in te gaan op het feit dat ook wij zo snel mogelijk dienen te volgen. Het Verdrag treedt immers pas twaalf maanden na de ratificatie in werking. Ook in het federaal plan voor de integratie van de biodiversiteit in vier federale sleutelsectoren van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid wordt verwezen naar het probleem van de invasieve exoten die via ballastwater in onze wateren terecht komen. Daar wordt ook duidelijk verwezen naar de ratificatie van het verdrag als maatregel tegen de verkwalling van onze Noordzee. Ik maak mij enkel ernstige zorgen over de termijn waarbinnen de ratificatie van dit verdrag zal gebeuren.

Graag kreeg ik dan ook een antwoord op de volgende vragen:

1) Bent u op de hoogte van het probleem met de langlobribkwal in onze Noordzee?

2) Hoe staat u tegenover een zo snel mogelijke ratificatie van het Verdrag voor de controle en het beheer van ballastwater en sedimenten (Ballastwater Management Verdrag)?

3) Welke stappen zijn reeds genomen in deze ratificatieprocedure? Welke stappen dienen nog genomen te worden?

4) Op welke termijn kan volgens u dit Verdrag definitief geratificeerd worden?

5) Bent u bereid om maatregelen te nemen om de ratificatieprocedure te versnellen aangezien snelle maatregelen zich opdringen in het kader van de bestrijding van de langlobribkwal?

Antwoord ontvangen op 19 april 2012 :

 De aangehaalde problematiek behoort tot de bevoegdheid van de minister van Economie, Consumenten en Noordzee.