Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-4895

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 28 december 2011

aan de minister van Werk

Uitzendarbeid - Cijfers - Effect crisis - Onderzoek - Arbeidsongevallen

tijdelijk werk
officiële statistiek
arbeidsongeval

Chronologie

28/12/2011Verzending vraag
2/5/2012Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 5-3891

Vraag nr. 5-4895 d.d. 28 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Uitzendarbeid groeide in enkele decennia van een marginale speler op de arbeidsmarkt naar een zeer belangrijke actor. In 2007 telde de sector al 380 000 uitzendkrachten. Deze werkpopulatie van uitzendbureaus heeft heel specifieke kenmerken, onder andere rond leeftijd en laaggeschooldheid. Ongeveer één op vier van de uitzendkrachten is jonger dan 25 jaar en 40 % is laaggeschoold.

Uitzendarbeid heeft zijn voordelen. Voor vele uitzendkrachten betekent uitzendarbeid een opstap naar een vaste baan, terwijl werkgevers uitzendarbeid gebruiken als een belangrijke middel voor de instroom en toetsing van werknemers in hun bedrijf.

Maar er spelen zeker ook enkele belangrijke nadelen. Uitzendarbeid wordt vaak als niet volwaardig werk aanzien omwille het gebrek aan zekerheid. Men krijgt er beduidend minder kansen om opleidingen te volgen, het wordt moeilijker om snel leningen bij de bank aan te gaan. Daarnaast bouwt een uitzendkracht minder rechten op in het kader van sociale zekerheid en verwerft weinig kansen op een duurzaam financieel en arbeidsperspectief. Het zijn bovendien niet de meest kwalitatief aantrekkelijke jobs.

In globo is het voor een werknemer alleen voordelig als hij niet te lang in dit statuut blijft hangen. Dus niet verglijdt in een opeenvolging van contracten van bepaalde duur

Hierover de volgende vragen:

1) Kan de minister jaarlijkse cijfers bezorgen over het aantal tewerkgestelde uitzendkrachten voor de periode 2007-2011? Hoe duidt en evalueert de minister deze cijfers?

2) Uitzendarbeid is zeer conjunctuurgevoelig. Kan de minister aantonen of de economische crisis nefaste gevolgen heeft gehad voor de uitzendarbeid?

3) Kan de minister cijfers bezorgen over de doorstroming van uitzendkrachten naar een vaste baan? Hoeveel van hen kunnen gemiddeld na 6 maanden, 1 jaar, 1,5 jaar, 2 jaar of langer vast aan de slag?

4) Bestaan er studies over de merites en de schaduwzijden van uitzendarbeid? Zijn er al onderzoeken geweest waarbij men grote groepen uitzendkrachten gedurende enkele jaren heeft opgevolgd? Zo ja, wat waren daarbij de algemene conclusies? Zo neen, lijk het de minister- gezien het toenemend belang van deze sector en de impact ervan op een groot en groeiend deel van bevolking- niet belangrijk om hierover grootschalig onderzoek te verrichten?

5) Klopt het dat het aantal arbeidsongevallen bij uitzendkrachten veel hoger ligt dan bij vaste krachten? Kan de minister me hieromtrent cijfers bezorgen voor de periode 2007-2011? Klopt het dat deze statistieken bovendien in stijgende lijn zitten? Kan men hieruit concluderen dat werkgevers steeds meer taken uitbesteden aan uitzendkrachten, waar ze deze voordien aan vaste en meer ervaren werknemers toevertrouwden?

Antwoord ontvangen op 2 mei 2012 :

  1. Het geachte lid vindt in de bijgevoegde tabel 1 een overzicht van de evolutie van de werkgelegenheid in de uitzendsector tussen 2007 en 2010. We beschikken niet over cijfers voor het jaar 2011. Zoals blijkt uit de evolutie van de cijfers werd deze sector sterk getroffen door de gevolgen van de financiële crisis van eind 2008. De heropleving van de economische situatie vanaf eind 2009 blijkt duidelijk uit de cijfers die beschikbaar zijn voor het jaar 2010 voor de sector die een grote vooruitgang van de werkgelegenheid laat optekenen.

  2. Het uitzendwerk is omwille van de aard ervan per definitie veel gevoeliger voor de schommelingen van de economische activiteit, wat zeer duidelijk blijkt uit de cijfers in tabel 1.

  3. Het onderzoek van de werkgelegenheidstrajecten van bepaalde categorieën van werknemers gebeurt niet systematisch. Er bestaan echter enkele studies die getracht hebben bepaalde dimensies van het fenomeen in de sector van de uitzendarbeid te vatten. Zo blijkt volgens een studie van Idea Consult die werd uitgevoerd op vraag van Federgon dat 40% van de personen die hoofdzakelijk als uitzendkracht werken, een vaste baan hebben gevonden aan het einde van hun laatste interimopdracht. Dit percentage ligt lager dan de percentages die werden vastgesteld in studies die betrekking hebben op de vorige jaren; zo bedroeg dit cijfer zowel in 2003 en 2006 nog 63 %. Dit verschil kan weliswaar ten dele verklaard worden om methodologische redenen (de studie baseert zich op de resultaten van een enquête), maar in essentie kan men ervan uitgaan dat de economische context hier een grote rol speelt.

  4. Mijn diensten hebben geen studie over dit onderwerp uitgevoerd en evenmin de opdracht gegeven een dergelijke studie uit te voeren. Voor het overige is het niet mijn taak de wetenschappelijke literatuur ter zake te verklaren.

  5. Het geachte lid vindt in tabel 2 een overzicht van de evolutie van het aantal arbeidsongevallen tussen 2007 en 2010 in de privé-sector en in de uitzendsector. Wanneer men het totale aantal arbeidsongevallen dat werd geregistreerd door het Fonds voor Arbeidsongevallen vergelijkt met het aantal loontrekkenden in de privé-sector, stelt men vast dat deze verhouding hoger ligt dan de verhouding van het aantal arbeidsongevallen die werden opgetekend in de uitzendsector vergeleken met het aantal uitzendkrachten. Dit zegt echter helemaal niets over de bijzondere situatie van bepaalde activiteitensectoren die niet als dusdanig werd geanalyseerd. Overigens kan men vaststellen dat het aantal arbeidsongevallen in de uitzendsector tijdens de periode 2007-2010 met haast een derde is gedaald, terwijl het totale aantal arbeidsongevallen met amper 10 % naar beneden ging.

Tabel 1

Aantal tewerkgestelde uitzendkrachten per jaar

Jaar/Uitzendkrachten

2007

382 188

2008

382 607

2009

326 103

2010

359 427

Bron : Federgon

Tabel 2

Aantal arbeidsongevallen van 2007 tot 2010

Jaar

Totaal

Waarvan ongevallen in de uitzendsector

2007

163 928

17 046

2008

165 126

15 082

2009

145 546

10 169

2010

150 944

11 836

Bron : Fonds voor Arbeidsongevallen