|
|
Voedselbanken - Economische crisis - Stijgende noden - Dalende steun - Actieplan
voedselbehoefte
armoede
hulp aan minderbegunstigden
economische recessie
| 28/12/2011 | Verzending vraag |
| 21/3/2012 | Antwoord |
Herindiening van : schriftelijke vraag 5-3354
Sinds 2008 de economische crisis is de tendens duidelijk: steeds meer mensen redden het niet meer met hun loon of uitkering. De uitkeringen stegen de voorbije tien jaar amper, de basiskosten namen onheilspellend toe: elektriciteit, water en gas en voeding. Een pensioen van 1 200 euro, waarvan soms één derde tot de helft dient voor het (ook stijgende) huurgeld leiden onherroepelijk tot fundamentele overlevingsproblemen. Dit verklaart ook dat het aantal mensen dat aanschuift voor een het laatste jaar groeide met 20 %.
Tegelijkertijd worstelen de voedselbanken en andere hulporganisaties met minder steun. Bedrijven werken efficiënter, zodat er minder overschot blijft. Ook particuliere schenkingen lopen terug. Ook de toegenomen hygiëneregels zorgen voor minder aanvoer van voedingswaren uit de voedings- en distributiesectoren.
Hierover de volgende vragen:
1) Hoe evalueert de geachte staatssecretaris de toenemende spanning tussen enerzijds een verhoogde vraag en anderzijds een afnemend aanbod van onder andere voedselbanken en soortgelijke organisaties? Beaamt hij dat zich hier een ernstig probleem ontwikkelt?
2) Over welke middelen, methodes en instrumenten beschikt hij om aan de toenemende vraag om voedselhulp tegemoet te komen? Overweegt hij hier een actieplan? Zo ja, hoe zal dit gestalte krijgen? Zo niet, hoe verklaart hij zijn inertie hieromtrent?
3) Heeft hij hieromtrent overleg gepleegd met de betrokken actoren, onder andere binnen de particuliere en publieke armoedebestrijding, de voedselindustrie, de distributiesector, zijn collegae op gemeenschaps- en gewestniveau enz.? Zo ja , met welke resultaten? Zo niet, wordt zulk overleg op korte termijn gepland of vindt de staatssecretaris dit onvoldoende relevant?
Het probleem van de voedselhulp is een van de fundamentele onderwerpen die me beroeren, vermits het om een basisbehoefte gaat. 4,6 % Van de Belgische bevolking geeft aan dat ze om de twee dagen noch vlees, noch vis eet om financiële redenen. Wat de Europese Unie betreft, bedraagt dit 8,7 % van de bevolking (cijfers Europese Unie (EU) SILC 2009).
Zoals u weet, was het de intentie van de Europese Unie om te snoeien in de budgetten van het Europees voedselhulpprogramma voor de meest behoeftigden Ons land heeft hier toen meteen tegen gereageerd. Zoals u weet, is een continuering van het programma voorzien tot 2014. In 2010 is het voedselhulpprogramma 757 organisaties (437 VZW’s en 320 OCMW’s) ten goede gekomen, waarbij ongeveer 224 000 personen in België bereikt werden.
Om het probleem en de rol van de maatschappelijke hulp beter af te bakenen voor de gebruikers werd een handelingsgericht onderzoek besteld voor de mogelijke integratie en maatschappelijke activering van de voedselhulp waarbij de begunstigden actief betrokken worden. De studie zal voor de zomer van 2012 worden gepubliceerd. In België streeft een aantal verenigingen naar emancipatie en zelfzorg door de begunstigden te betrekken bij het organiseren van de voedselhulp.
Er worden ook verschillende initiatieven op het terrein ondersteund om sociale kruidenierswinkels te voorzien dankzij subsidies voor initiatieven inzake sociale economie.
Thans wordt niet overwogen een actieplan rond dit probleem uit te werken. Er is in dit kader geen structureel overleg voorzien met de verschillende actoren en de deelgebieden.