Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-4768

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 28 december 2011

aan de staatssecretaris voor de Bestrijding van de sociale en de fiscale fraude, toegevoegd aan de eerste minister

Sociale fraude - Domicilieringen - Aantallen - Bestrijding

domicilie
ongehuwd samenleven
sociale uitkering
werkloosheidsverzekering
fraude
zwartwerk

Chronologie

28/12/2011Verzending vraag
15/2/2012Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 5-1566

Vraag nr. 5-4768 d.d. 28 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Zonder enige twijfel is de geachte staatssecretaris op de hoogte van de vele misbruiken in het ontvangen van sociale bijdragen. De verklaringen van samenwonenden dat ze afzonderlijk wonen blijkt een van de veel voorkomende fraudes. Daardoor ontvangen ze elke een hogere uitkering. De kost van de liefde… Alleenstaanden die beslissen om samen te gaan wonen, verliezen daardoor een belangrijk deel van hun inkomen.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Is de geachte staatssecretaris zich bewust dat deze verschillen in belangrijke mate fraude veroorzaken?

2) Hoeveel fraudegevallen in verband met domicilieringen werden er jaarlijks vastgesteld sinds 2005? Hoeveel controles gebeuren er jaarlijks sinds 2005 in het kader van de strijd tegen deze vorm van sociale fraude en welke gevolgen? Hoe duidt en evalueert hij de evolutie van deze aanpak? Ziet hij een afname van deze fraude in de loop van de laatste zes jaar?

3) Wat is de jaarlijkse kostprijs van deze strijd tegen deze vorm van sociale fraude? Meent hij dat de strijd tegen deze fraude eigenlijk verantwoord blijft?

Antwoord ontvangen op 15 februari 2012 :

In antwoord op de door het geachte lid gestelde vragen heb ik de eer hem de volgende informatie mee te delen. Daartoe werden de drie openbare instellingen van sociale zekerheid ondervraagd die rechtstreeks betrokken zijn door zijn vraag en die deel uitmaken van het Directiecomité van de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst, namelijk: de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA), de Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers (RKW) en het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (RIZIV).

1) Voor wat uw eerste vraag betreft, bevestig ik u dat het bedrag van de sociale uitkeringen in bepaalde gevallen beïnvloed kan worden door de professionele en de gezinstoestand van de sociaal verzekerden. Het is evenwel niet mogelijk om hier alle situaties op te sommen waarmee men geconfronteerd kan worden. We vermelden dienaangaande dat de gezinssituatie van de sociaal verzekerden sinds 1 januari 2009 niet meer in aanmerking wordt genomen voor de berekening van de vergoedingen die verschuldigd zijn voor de periodes van primaire arbeidsongeschiktheid (RIZIV).

Het is zo dat het risico bestaat op het toekennen van verhoogde uitkeringen op grond van verklaringen die niet beantwoorden aan de werkelijke toestand, maar de hoger genoemde openbare instellingen zijn zich daarvan bewust en gaan op dit vlak bijgevolg over tot regelmatig nazicht en regelmatige controles.

2) Voor wat uw tweede vraag betreft, vindt u hieronder de beschikbare gegevens per openbare instelling van sociale zekerheid. Het geachte lid zal aan de hand van de beschikbare statistieken vaststellen dat er in de loop van de laatste jaren op het vlak van de fraude met betrekking tot de gezinssituatie van de sociaal verzekerden, geen significante evolutie heeft plaatsgevonden.

a) De RVA voert controles uit op de aangiften die werklozen doen over hun gezinssituatie.

Hierna vindt u de cijfers over het aantal afgewerkte dossiers van dit type en de vastgestelde anomalieën sinds 2005:

Jaar

Aantal onderzochte dossiers

Administratieve sancties

2005

10 987

1 270

2006

11 332

940

2007

10 395

945

2008

9 210

1 024

2009

7 934

1 000

2010

8 490

1 142

2011

13 957

1 387

Wanneer werklozen met bedrieglijk inzicht deze inbreuk hebben gepleegd, wordt een proces verbaal opgesteld dat overgemaakt wordt aan de arbeidsauditeur voor een eventuele vervolging voor de correctionele rechtbank.

Overigens wordt in alle gevallen een administratieve sanctie opgelegd die een ontzegging van het recht op werkloosheidsuitkeringen inhoudt.

In elk geval gaat deze sanctie gepaard met de terugvordering van de ten onrechte ontvangen werkloosheidsuitkeringen.

b) De cijfers die het soort fraude weergeven dat de sociaal inspecteurs en controleurs vaststellen bij hun controles bij de gezinnen thuis, waarvan de RKW het dossier beheert, zijn slechts vanaf 2010 beschikbaar. Diegene die in de tabel hierna worden weergegeven betreffen alleen de gevallen van domiciliefraude.

Jaar

Aantal gevallen van domiciliefraude

2010

170

2011

127

Bovendien onderzoekt de RKW, bovenop de sociale controle die zij rechtstreeks uitvoert op de dossiers die in betaling zijn bij zijn diensten, via een kwaliteitscontrole, de manier waarop de privé-kinderbijslagfondsen de controles door een bezoek ter plaatse uitvoeren, volgens de richtlijnen die gelden voor de regeling in haar geheel. Geen enkele specifieke statistiek van de kinderbijslagfondsen bevat de fraudegevallen of onderscheidt daaronder bovendien de gevallen van domiciliefraude.

Het is belangrijk te verduidelijken dat de sociale controles betreffende de kinderbijslag niet uitsluitend gericht zijn op de strijd tegen sociale fraude en evenmin op domiciliefraude in het bijzonder. Zij omvatten ook een opdracht van hulp en informatie aan de gezinnen.

De doelgroepen zijn hoofdzakelijk de gezinnen die sociale toeslagen ontvangen, zoals eenoudergezinnen, gezinnen die een vervangingsinkomen ontvangen, gezinnen die gewaarborgde kinderbijslag ontvangen, gezinnen die wezenbijslag ontvangen, enz. Bij de controles wordt nagegaan of de socio-professionele voorwaarden vervuld zijn voor het toekennen van de kinderbijslag en van een eventuele sociale toeslag.

Het aantal controles in de woonplaats, uitgevoerd door de inspecteurs en controleurs van de RKW en door de kinderbijslagfondsen, in 2007, 2008, 2009, 2010, en 2011, staat vermeld in de onderstaande tabel.

Jaar

Aantal afgesloten controles in de woonplaats

2007

40 083 waarvan 14 512 door de RKW

2008

37 352 waarvan 14 650 door de RKW

2009

34 984 waarvan 14 401 door de RKW

2010

28 904 waarvan 12 698 door de RKW

2011

27 774 waarvan 12 403 door de RKW

Tenslotte kadert de eerste stap, ondernomen door de RKW op het vlak van de strijd tegen de fraude inzake kinderbijslag, fundamenteel in een preventiebeleid. Dat beleid is gericht op het ter beschikking stellen aan de beheerders van de kinderbijslagdossiers van zo compleet mogelijke informatie over de actoren van de dossiers, via een kadaster en via de gegevensinzameling bij de authentieke bronnen van andere sectoren.

De reële impact van de controle met betrekking tot het preventieve gedeelte, is niet meetbaar in cijfers, maar het kadaster is ontegensprekelijk een doelmatig en performant instrument voor de bestrijding van de sociale fraude, doordat het cumuleren van kinderbijslagen voorkomen wordt via een permanente cross-controle tussen de gegevens waarop het recht gebaseerd is en de realiteit en via een geautomatiseerde procedure van weigering van dubbele betaling voor eenzelfde kind voor eenzelfde periode. De sociale controles bij de gezinnen thuis zijn een adequate aanvulling op dat preventiebeleid.

c) Vanaf 2008 heeft het RIZIV zijn acties in de strijd tegen de diverse fenomenen binnen het domein van de sociale fraude versterkt. De acties die door de Dienst voor Administratieve Controle van dit instituut worden ondernomen in de strijd tegen de sociale fraude, kaderen in het actieplan tegen sociale fraude van de regering en van de Sociale Inlichtingen – en Opsporingsdienst (SIOD).

Wat de aanpak van domiciliefraude betreft heeft de Dienst voor Administratieve Controle een specifieke procedure uitgewerkt.

Het proactief opsporen van domiciliefraude door het RIZIV is niet evident en gebeurt dus aan de hand van feitelijke elementen:

- dergelijke fraude kan blijken uit de feitelijke omstandigheden van het dossier of uit klachten, al dan niet anonieme;

- de inspectiediensten van het RIZIV sensibiliseren voortdurend de verantwoordelijken van de uitkeringsdiensten van de verzekeringsinstellingen om op signalen van dergelijke fraude te letten en hierop te reageren;

- bovendien verplicht artikel 8 van de wet gecoördineerd op 14 juli 1994 betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, de verzekeringsinstellingen om het Rijksregister van de natuurlijke personen op de hoogte te brengen van elk afwijkend gegeven.

Bij elke melding van mogelijke domiciliefraude bij de Dienst voor Administratieve Controle wordt een onderzoek gevraagd aan de bevoegde wijkcommissaris van de lokale politie, vermits de gemeentebesturen en de lokale politie bevoegd zijn voor het beheer van het Rijksregister en de vaststelling van het domicilie. Indien de vaststelling van de lokale politie wijst op een feitelijke situatie die afwijkt van wat het Rijksregister van de natuurlijke personen vermeldt, dan leidt dit tot een onderzoek van het uitkeringsdossier door de verzekeringsinstelling. De mogelijke gevolgen van een dergelijk onderzoek zijn de volgende:

- de uitkeringen worden aangepast aan de werkelijke gezinssituatie en er volgt een eventuele terugbetaling ten laste van de sociaal verzekerde, overeenkomstig artikel 164 van de wet gecoördineerd op 14 juli 1994;

- artikel 168quinquies van de wet van 14 juli 1994 betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen voorziet bovendien de mogelijkheid in het opleggen van administratieve sancties aan de sociaal verzekerde die op basis van valse verklaringen of valse documenten ten onrechte heeft genoten van uitkeringen of geneeskundige prestaties. In de sector van de uitkeringen kan de uitsluiting van het recht op uitkeringen maximum 200 dagvergoedingen bedragen.

De Directie Controle en Responsabilisering van de verzekeringsinstellingen, die deel uitmaakt van de Dienst voor Administratieve Controle, is belast met dergelijke controles bij de verzekeringsinstellingen en beschikt daarvoor over 45 attachés sociaal inspecteurs en technisch deskundigen. De controle van mogelijke gevallen van domiciliefraude maakt deel uit van hun dagdagelijkse werkzaamheden, namelijk de controle van dossiers van allerlei aard in de verzekeringsinstellingen, van de hoger vermelde personen.

Op die manier werden er voor de periode van 2008 tot en met 2010, 71 gevallen van mogelijke domiciliefraude onderzocht. In 2011 heeft de dienst onderzoeken uitgevoerd in 96 gevallen.

3) Voor wat uw derde vraag betreft is het niet mogelijk hierop een antwoord te geven, aangezien de sociale controle van de openbare instellingen van sociale zekerheid een dubbel doel heeft, namelijk enerzijds de sociaal verzekerden hun wettig recht waarborgen op de tegemoetkomingen en uitkeringen, en anderzijds de strijd tegen de sociale fraude. Het blijkt derhalve niet mogelijk een exacte kostprijs te bepalen die uitsluitend betrekking heeft op de strijd tegen de sociale fraude met betrekking tot de gezinssituatie, aangezien deze opdracht deel uitmaakt van het dagdagelijkse werk van de instellingen.