Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-4723

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 28 december 2011

aan de minister van Overheidsbedrijven, Wetenschapsbeleid en Ontwikkelingssamenwerking, belast met Grote Steden

Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS) - Brussel - Tweetaligheid van de werknemers - Maatregelen

Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
Hoofdstedelijk Gewest Brussels
taalgebruik
tweetaligheid

Chronologie

28/12/2011Verzending vraag
9/2/2012Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 5-1295

Vraag nr. 5-4723 d.d. 28 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Niettegenstaande de hoge juridische status van de gecoördineerde wetten van 18 juli 1966 op het gebruik van de talen in bestuurszaken (ze zijn van openbare orde) en dat de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS) een overheidsbedrijf is, aangezien de Belgische Staat over de meerderheid van de aandelen beschikt, blijkt de overheid niet bij machte om haar eigen wetten te laten naleven. De NMBS rekruteert heel wat niet werknemers die geen Nederlands praten. Bij de loketfuncties worden vaak Nederlandsonkundigen ingezet. Vlamingen krijgen in hun hoofdstad vaak geen correcte behandeling. Ook bij de NMBS legt men zich blijkbaar neer bij deze situatie en werkt men op deze wijze in de illegaliteit.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Hoeveel Nederlandskundige en Nederlandsonkundige werknemers, inclusief de ambtenaren, werken er in de verschillende Brusselse vestigingen van de NMBS? Hoe evolueerden deze aantallen en hun verhouding sinds 1996?

2) Beaamt de geachte minister dat zich qua kennis van het Nederlands een ernstig probleem stelt bij het personeel, inzonderheid het loketpersoneel, van vestigingen van de NMBS in Brussel? Zo neen, met welke argumenten ontkent zij dit? Zo ja, hoe evalueert en duidt zij dit probleem en de evolutie ervan de voorbije decennia?

2) Hoe ligt de taalverhouding bij de loketfuncties van bij de Brusselse vestigingen van de NMBS? Hoe is het mogelijk dat werknemers en ambtenaren die geen Nederlands praten er toch loketfuncties uitoefenen? Wat doet de overheid om deze wettelijke verplichting en elementaire vorm van beleefdheid te waarborgen? Geeft de NMBS premies aan twee- en meertalige werknemers? Hoe definieert men in deze context de twee- en meertaligheid? Hoeveel bedragen deze premies? Wie controleert de kennis van de tweetaligheid? Welke inspanningen leverden de geachte minister en de regering om ervoor te zorgen dat het personeel van de NMBS de taal van de meerderheid van de inwoners van dit land machtig is? Worden er taalcursussen georganiseerd? Zijn taalexamens verplichtend voordat men overgaat tot definitieve aanwervingen? Wat onderneemt zij op korte termijn om aan deze onaanvaardbare situaties een einde te stellen?

Antwoord ontvangen op 9 februari 2012 :

Uit de tabel in bijlage kan worden afgeleid hoeveel statutair personeel - tewerkgesteld in het District Centrum (Brussel) - eentalig Franstalig is en dit voor de periode van 2005 tot 2011.

Iedere plaatselijke dienst van Brussel-Hoofdstad gebruikt in zijn betrekkingen met een particulier de door deze gebruikte taal voor zover die taal het Nederlands of het Frans is.

Om die reden zijn de posten in het District Centrum tweetalige posten en kunnen die enkel door tweetalig personeel definitief worden bezet.

In de praktijk echter worden - gelet op de behoeften - sommige posten voorlopig bezet door een personeelslid dat zijn getuigschrift van tweetaligheid nog dient te behalen. Indien echter in afwachting daarvan een ander personeelslid wel een tweetaligheidsgetuigschrift kan voorleggen, zal deze laatste titularis worden van de desbetreffende post.

1. Toelage voor tweetaligheid

1.1 De toelage voor tweetaligheid wordt toegekend aan het statutair personeel en aan het niet-statutair personeel dat met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde duur werd in dienst genomen op voorwaarde dat de betrokken personeelsleden het bewijs leveren dat zij de tweede taal kennen en dat hun taalkennis overeenstemt met het niveau van hun graad, op grond van een attest afgeleverd door SELOR waaruit blijkt:

1.2.De toelage wordt eveneens toegekend aan het personeel van het Hoofdbestuur op voorwaarde dat zij hun schriftelijke en mondelinge kennis van de tweede landstaal bewijzen.

Het koninklijk besluit van 21 juli 2009 maakt het onderscheid tussen elementaire en voldoende kennis. Het onderscheid tussen beide wordt door de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS)-Groep als volgt toegepast:

De toelage bedraagt 120 euro per maand voor de personeelsleden onder 1.1. Zij bedraagt respectievelijk 80 en 40 euro voor de personeelsleden van het hoofdbestuur naargelang het niveau voldoende kennis of elementaire kennis is vereist (alle bedragen aan 100 %).

2.Belangstellingpremie voor tweetaligheid

Een “belangstellingspremie voor tweetaligheid” wordt toegekend aan elk personeelslid waarvan de functie contact met het publiek inhoudt, waarvan de wet tweetaligheid vereist en die zijn tweetaligheid kan bewijzen, bevestigd door SELOR van het vereiste kennisniveau: ofwel elementaire ofwel voldoende kennis.

De belangstellingspremie voor tweetaligheid wordt ten vroegste toegekend op het einde van een gunstig afgesloten stage – of proeftijd.

Het bedrag van de premie is forfaitair. De toegekende bedragen zijn de volgende:

3.3. Specifiek voor het treinbegeleidings-personeel

De productiviteitspremies voor het treinbegeleidingspersoneel worden onder meer berekend in functie van de talenkennis van het betrokken personeelslid. De talenkennis wordt uitgedrukt onder de vorm van een factor. De waarde van deze factor wordt bepaald door het aantal door het personeelslid gekende talen waarbij rekening gehouden wordt met de dienstvereisten.

Selor is het enige orgaan in België dat gemachtigd is tweetaligheidsattesten toe te kennen.

Daarnaast wordt voor sommige betrekkingen de funcionele tweetaligheid in het kader van de aanwervingsprocedure getest door de NMBS- Holding zelf.

Taalcursussen worden binnen de NMBS Groep georganiseerd. De bedoeling is dat de personeelsleden de “functionele noties” leren kennen van de tweede landstaal in functie van hun job.

Bijlage

Statutair bezoldigd personeel district centrum (uitgeoefende functie waarvoor tweetaligheid vereist is)/

 

 

 

 

 

 


Eentalig N

Tweetalig N

Eentalig F

Tweetalig F

Totaal

01/01/2005

Totaal

221

735

262

451

1669

 

waarvan loketpersoneel

34

167

40

85

326

01/01/2006

Totaal

238

752

303

466

1759

 

waarvan loketpersoneel

45

167

55

90

357

01/01/2007

Totaal

243

748

264

466

1721

 

waarvan loketpersoneel

53

197

67

106

423

01/01/2008

Totaal

281

747

311

438

1777

 

waarvan loketpersoneel

33

193

62

96

384

01/01/2009

Totaal

325

831

410

482

2048

 

waarvan loketpersoneel

40

189

62

104

395

01/01/2010

Totaal

349

787

430

444

2010

 

waarvan loketpersoneel

34

144

40

92

310

01/01/2011

Totaal

270

871

375

467

1983

 

waarvan loketpersoneel

25

162

28

94

309

01/03/2011

Totaal

294

859

398

462

2013

 

waarvan loketpersoneel

25

160

26

92

303