Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-4665

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 28 december 2011

aan de minister van Justitie

Mensenhandel- Telefonieonderzoek - Hoge kostprijs

mensenhandel
telefoon- en briefgeheim

Chronologie

28/12/2011Verzending vraag
26/11/2012Rappel
24/7/2013Rappel
13/12/2013Herkwalificatie
28/1/2014Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 5-2423
Geherkwalificeerd als : vraag om uitleg 5-4498

Vraag nr. 5-4665 d.d. 28 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het jaarverslag 2009 van het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding over mensenhandel, stelt vast dat een telefonieonderzoek in België veel te duur uitvalt in vergelijking met het buitenland. De Belgische telefoonmaatschappijen verrijken zich ten koste van de Belgische Staat.

De hoge kostprijs beperkt uiteraard dit soort onderzoeken. Nochtans blijken deze telefonieonderzoeken belangrijke en essentiële onderzoekstechnieken, bijvoorbeeld in de dossiers over mensenhandel.

Als lid van de werkgroep Mensenhandel in de Senaat, heb ik hierover de volgende vragen:

1) Wat is de gemiddelde uurk ostprijs van een telefonieonderzoek? Vindt de geachte minister dit een billijk en redelijk tarief? Hoe verhouden deze kosten zich tot de tarieven in de buurlanden? Hoe verklaart hij deze verschillen?

2) Op welke wijze evolueerde deze gemiddelde uurkostprijs sinds 2006? Hoe evalueert en duidt hij deze ontwikkelingen?

3) Kan hij mij tevens de gemiddelde uurkostprijs per operator bezorgen? Zijn er operatoren die (veel) meer aanreken dan anderen? Hoe verklaart hij deze verschillen?

4) Wat was de totale jaarlijkse kostprijs voor dit soort onderzoeken sinds 2006? Welk budget werd er daarbij jaarlijks voorzien en werd dit opgebruikt? Hoe evalueert en duidt hij deze ontwikkelingen?

5) Hoeveel telefonieonderzoeken werden er sinds 2006 jaarlijks ondernomen? Over hoeveel uren gaat het daarbij? Hoe evalueert en duidt hij deze cijfers?

6) Hoe vaak werd er jaarlijks sinds 2006 een verzoek voor een telefonieonderzoek afgewezen omwille van financiële overwegingen? Hoe evalueert en duidt hij deze ontwikkelingen?

7) Wat ondernam of plant hij om de kosten voor een telefonieonderzoek te verminderen? Plant hij een heronderhandeling met de operatoren over de prijs van telefonieonderzoeken?

8) Beaamt hij mijn opvatting dat het bijzonder onkies is om als operatoren hieruit (groot) profijt te halen, rekening houdend met het maatschappelijke en juridische nut van dit soort onderzoeken en wetende dat hiermee schrijnende toestanden worden verholpen?

Antwoord ontvangen op 28 januari 2014 :

1) Een telefoontap kost éénmalig 12,50 euro en 25 euro per lopende dag (24u). Dat is dus om en bij één euro per uur.

Het is moeilijk om een vergelijking te maken met de buurlanden. In sommige landen werkt men met een dagtarief, in andere landen met een jaarlijks bedrag, in andere landen is het dan weer gratis. In dat laatste geval laat de medewerking dan wel vaak te wensen over. 

Het BIPT werd gelast met het berekenen van een objectief en beargumenteerd tarief. Die studie is ondertussen bijna afgerond en ik verwijs naar mijn collega de vice-eerste minister en minister van Economie en Consumenten voor deze resultaten. 

2) In februari 2011 werd het nieuwe koninklijk besluit in verband met de medewerkinsplicht gepubliceerd. Dit koninklijk besluit legde nieuwe, lagere tarieven vast.

De regering heeft dit koninklijk besluit begin 2013 aangepast waardoor de tarieven voor een groot aantal diensten werd gehalveerd.

Het BIPT dit jaar een studie besteld om te analyseren wat de effectieve kosten zijn voor de telecomoperatoren betreffende de medewerkingsplicht.

In deze studie is het effect te lezen van de verschillende verlagingen van de tarieven. Helaas wordt deze studie pas binnenkort gepubliceerd. Het effect van een tariefverlaging wordt natuurlijk wel deels teniet gedaan door de stijging van het aantal aanvragen. 

3) Deze is sinds jaren dezelfde per operator. Men kan het koninklijk besluit Medewerkinsplicht raadplegen om deze tarieven te kennen. De bijlage met tarieven werd in 2013 voor het laatst gewijzigd.

Een telefoontap kost éénmalig 12,50 euro en 25 euro per lopende dag (24u). Dat is dus om en bij één euro per uur.  

4)

2009: euro 9.575.571,80

2010: euro 4.388.548,66

2011: euro 7.380.395,75

Deze cijfers zijn gebaseerd op de ontvangen en gecontroleerde facturen die de federale politie (NTSU/CTIF) ontvangt van de operatoren. Voor 2010 & 2011 zijn er van één van de operatoren een groot deel facturen nog niet ontvangen en goedgekeurd. Dit vertekent het beeld dus wel. Ook voor 2012 en 2013 zijn deze cijfers nog niet definitief (laattijdige facturen van sommige operatoren). 

5)

2009: 5653

2010: 6031

2011: 6671

2012: 7000 (geschat)

2013: (nog onbekend) 

Deze evolutie is te wijten aan verschillende factoren. We hebben onder andere te maken met een continue stijging van het aantal telefoonaansluitingen, waarbij één persoon nu vaak meerdere nummers heeft (vast, mobiel, enz.). Waar er vroeger één nummer moest worden afgeluisterd, moeten we er nu verschillende afluisteren voor hetzelfde resultaat. Bovendien stijgt het aandeel van telecommunicatie in het geheel van menselijke interacties en is het afluisteren van telefoongesprekken dan ook meer noodzakelijk dan vroeger. Voor bepaalde misdrijven (bijvoorbeeld misdrijven gepleegd door rondtrekkende dadergroeperingen) is telefonieonderzoek één van de enige mogelijkheden waarover onderzoekers beschikken. Daarnaast is er bij de onderzoekers en onderzoekrechters een groeiend besef over de mogelijkheden en de effectiviteit van telefonie-interceptie, waardoor de vraag naar interceptiemaatregelen stijgt. 

Gezien de dalende bewijswaarde van verklaringen en het politieverhoor als middel van waarheidsvinding (cfr. COL 7/2010 en de rechtspraak van het EHRM), stijgt het belang van andere onderzoeksmethodes, zoals telefonieonderzoek. 

6) De inzet van telefonieonderzoek wordt door de onderzoeksrechter getoetst aan de principes van wettelijkheid, proportionaliteit, subsidiariteit en opportuniteit. Gezien het de onderzoeksrechter is die deze afweging maakt en men ons niet inlicht over niet uit te voeren telefoontaps, is het onmogelijk te zeggen in hoeveel gevallen telefonieonderzoek niet werd uitgevoerd omwille van financiële overwegingen. 

7) In februari 2011 werd het nieuwe koninklijk besluit in verband met de medewerkinsplicht gepubliceerd. Dit koninklijk besluit legde nieuwe, lagere tarieven vast.

De regering heeft dit koninklijk besluit begin 2013 aangepast waardoor de tarieven voor een groot aantal diensten werd gehalveerd.

Het BIPT dit jaar een studie besteld om te analyseren wat de effectieve kosten zijn voor de telecomoperatoren betreffende de medewerkingsplicht.

In deze studie is het effect te lezen van de verschillende verlagingen van de tarieven. Helaas wordt deze studie pas binnenkort gepubliceerd. Het effect van een tariefverlaging wordt natuurlijk wel deels teniet gedaan door de stijging van het aantal aanvragen. 

8) Het BIPT werd gelast met het berekenen van een objectief en beargumenteerd tarief. Die studie is ondertussen bijna afgerond en ik verwijs naar mijn collega de vice-eerste minister en minister van Economie en Consumenten voor deze resultaten.