Schriftelijke vraag nr. 5-4571

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 23 december 2011

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen

Internationaal Atoomagentschap - Nucleaire vervuiling - Europa - België

Internationale Organisatie voor Atoomenergie
radioactieve verontreiniging
nucleaire veiligheid
nucleaire beveiliging

Chronologie

Herindiening van : schriftelijke vraag 5-3764

Vraag nr. 5-4571 d.d. 23 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Recent meldde het Internationaal Atoomagentschap (IAEA) de detectie van weliswaar kleine maar toch uitzonderlijke hoeveelheden radioactieve stoffen, onder andere jodium-131. Het Agentschap vermoedt een bron ergens in Zuid-Oost Europa en wijt de verhoging ofwel aan een kernreactoraccident of een uitstoot afkomstig van radioactieve farmaceutische producten.

Hierbij de volgende vragen:

1) Werd er ook boven België een verhoging van radioactieve stoffen vastgesteld? Zo ja, welke waarden en met welke veiligheidseffecten voor de volksgezondheid? Zo niet, hoe komt het dat België hieraan ontsnapte, dit in tegenstelling tot andere landen van de Europese Unie?

2) Kon men ondertussen de oorzaak of oorzaken van deze verhoging vaststellen? Zo ja, waar lag/lagen deze? Zo niet, hoe komt het dat dit zo moeilijk blijkt?

Antwoord ontvangen op 22 maart 2012 :

Het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) staat onder de voogdij van de minister van Binnenlandse Zaken en publiceerde op 16 en 17 november 2011 de hierna volgende informatie op zijn website:

1. In het kader van het programma voor het radiologisch toezicht op het nationale grondgebied werd er geen significante aanwezigheid van jodium-131 gedetecteerd in België. De gemeten concentraties blijven beneden de detectielimieten van onze laboratoria. De meteorologische omstandigheden spelen een belangrijke rol in het geografisch verspreidingspatroon.

Er moest dus geen enkele specifieke maatregel inzake volksgezondheid worden genomen.

2. Het Internationaal Atoomenergie Agentschap (IAEA) werd door de Hongaarse Autoriteit voor Kernenergie (HAEA - Hungarian Atomic Energy Authority) ingelicht dat de lozingen van jodium-131 heel waarschijnlijk van het Institute of Isotopes in Boedapest afkomstig zijn. Dit bedrijf produceert radio-isotopen voor medische, industriële en onderzoekstoepassingen. Volgens het HAEA, vonden deze lozingen plaats tussen 8 september en 16 november 2011. Het onderzoek moet de precieze oorzaak nog vaststellen.