Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-4156

van Inge Faes (N-VA) d.d. 23 december 2011

aan de eerste minister

Journalisten - Erkenningscommissie voor beroepsjournalisten - Werking - Cijfers

beroep in de communicatiesector
toegang tot het beroepsleven

Chronologie

23/12/2011Verzending vraag
8/2/2012Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 5-3565
Doorverwezen aan : schriftelijke vraag 5-5889

Vraag nr. 5-4156 d.d. 23 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De erkenningscommissie van eerste aanleg, die werd ingesteld bij artikel 2 van de wet van 30 december 1963 op de erkenning en de bescherming van de titel van beroepsjournalist, omvat drie afdelingen, één Nederlandstalige, één Franstalige en één adviesafdeling voor buitenlandse journalisten. De commissie van beroep, die werd ingesteld bij artikel 2 van bovengenoemde wet, omvat twee afdelingen, één Nederlandstalige en één Franstalige.

Om de werking van de erkenningscommissie voor beroepsjournalisten te kunnen onderzoeken had ik graag volgende cijfers :

1) Hoeveel verzoeken tot erkenning van de titel van beroepsjournalist worden voor de Nederlandstalige en Franstalige afdelingen van de commissie voorgelegd? Hoeveel van deze verzoeken worden met positief gevolg behandeld? Dit per jaar sinds 2005 en onderverdeeld per taal.

2) Hoeveel verzoeken van buitenlandse journalisten worden jaarlijks sinds 2005 ingediend bij de adviesafdeling voor de buitenlandse journalisten? Hoeveel hiervan worden jaarlijks sinds 2005 door de Nederlandstalige afdeling behandeld?

3) Hoeveel aanvragers, per jaar en sinds 2005, tekenen beroep aan tegen de beslissing van erkenningscommissie in eerste aanleg? Dit ook onderverdeeld in de Nederlandstalige en Franstalige beroepscommissie.

4) In hoeveel gevallen wordt de beslissing van eerste aanleg herroepen in de beroepscommissie, dit onderverdeeld per taalkader?

5) De beslissingen van de Franstalige of Nederlandstalige afdeling van eerste aanleg of van beroep worden in het bijzonder met redenen omkleed indien zij het advies van de afdelingen voor de buitenlandse journalisten niet volgen. In hoeveel gevallen, per jaar en sinds 2005, werd dit advies niet gevolgd? Dit graag onderverdeeld voor de Nederlandstalige en Franstalige afdelingen van eerste aanleg en beroep.

Antwoord ontvangen op 8 februari 2012 :

De vraag van het geachte lid wordt toegezonden aan de minister van Binnenlandse Zaken daar ze tot haar bevoegdheden behoort.