Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-3918

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 28 december 2011

aan de staatssecretaris voor Ambtenarenzaken en Modernisering van de Openbare Diensten, toegevoegd aan de minister van Financiën en Duurzame Ontwikkeling, belast met Ambtenarenzaken

Thuiswerk - Federale ambtenaren - Beleid - Stand van zaken

werk op afstand
ministerie
ambtenaar
positieve arbeidsbeleving

Chronologie

28/12/2011Verzending vraag
13/2/2012Antwoord

Vraag nr. 5-3918 d.d. 28 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Een enquête van Jobat bij ruim 5 000 werknemers wees uit dat meer dan 50 % van de ondervraagden graag thuis wil werken. Deze resultaten sluiten aan bij de ervaringen in sommige diensten van de federale administraties. Daaruit blijkt onder andere dat door de toepassing van thuiswerk de arbeidsvoldoening sterk toeneemt en ook mensen aanzet om langer te werken en dus later voor een pensioen te kiezen. Het hoeft geen betoog dat deze gevolgen erg positief aansluiten bij wat ondertussen door quasi iedereen wordt beaamd, namelijk de noodzaak om langer werken. Daarnaast zijn er ongetwijfeld ook heel wat voordelen qua mobiliteit.

Uiteraard laten niet alle functies de toepassing van thuiswerk toe.

Hierover de volgende vragen:

1) Hoeveel federale ambtenaren kiezen momenteel voor regelmatig en structureel thuiswerk? Hoe evolueerden deze cijfers de voorbije jaren? Hoe worden deze evolutie en het thuiswerken op zich geëvalueerd?

2) Deelt de geachte staatssecretaris de analyse dat het bieden van optimale kansen om thuis te werken ook voor vele federale ambtenaren een goede zaak zou zijn, zowel voor de persoonlijke arbeidsvreugde als voor het stimuleren van een langere arbeidsloopbaan?

3) Op welke wijze kan en zal hij de kansen op thuiswerken voor federale ambtenaren stimuleren, vergroten zodat steeds meer federale ambtenaren kunnen en zullen kiezen voor regelmatig thuiswerk? Over welke instrumenten beschikt hij om deze doelstelling te concretiseren?

4) Welke concrete output wil hij voor dit aspect op welke termijn realiseren, onder andere in welke mate en wanneer moet het huidige thuiswerken van federale ambtenaren toenemen, zowel in aantal personen als in aantal dagen?

5) Beschikt hij hieromtrent over een actieplan of wil hij dergelijk actieplan in de nabije toekomst ontwikkelen? Welke concrete maatregelen hieromtrent plant hij de komende maanden?

Antwoord ontvangen op 13 februari 2012 :

1)De vraag van het geachte lid heeft betrekking op thuiswerk. In het federaal openbaar ambt bestaan er geen bepalingen met betrekking tot dit type van werk in het algemeen. Wat wel gereglementeerd - en dus toegestaan - is, is telewerk. Dit is een vorm van thuiswerk die in hoofdzaak onderworpen is aan voorwaarden die verband houden met informatica-apparatuur en telecommunicatie en de bereikbaarheid van de telewerker. Deze moet op elk tijdstip bereikbaar zijn, zowel voor zijn collega's en meerderen als voor de gebruikers. Telewerk maakt het kortom mogelijk om te werken zoals op kantoor - of toch bijna - zonder er fysiek aanwezig te zijn.

De evolutie van het telewerk wordt zowel op kwantitatief als op kwalitatief vlak opgevolgd.

Het koninklijk besluit van 22 november 2006 betreffende het telewerk in het federaal administratief openbaar ambt voorziet echter een evaluatieverslag door elke werkgever die het telewerk binnen zijn organisatie invoert.

Twee informatiebronnen zijn dus beschikbaar: de verslagen voorzien in de reglementering en de databank Pdata.

De Federale Overheidsdienst (FOD) P&O zamelt alle beschikbare gegevens in. Deze worden samengevat, bijgewerkt en ter beschikking gesteld van het netwerk van de directeurs van de stafdiensten P&O en de Human Resources (HR)-directeurs.

De evolutie in cijfers toont een gestage vooruitgang van het telewerk. Het aantal ambtenaren dat aan telewerk doet steeg van 490 in 2007 tot 2112 in 2010. In percentage van het personeelsbestand steeg de ratio van 3,9 % tot 12,3 %.

De evolutie verschilt sterk tussen de administraties onderling : zie de onderstaande tabel.

Meegedeelde gegevens betreffende telewerk

Autorité

2007

2008 - KB 22/11/2006

2009 - KB 22/11/2006

2010 - KB 22/11/2006

Overheid

FOD Buit. Zaken

x

x

 

 

FOD B&B

 

x

x - ontvangen in 02/2010

x

FOD Economie

 

 

in invoeringsfase

 

FOD Fin.

 

Geen enkele werknemer van de FOD heeft genoten van de bepalingen van het KB van 22 november 2006 betreffende het telewerk.

 

 

FOD IBZ

x

x

x

x

FOD Just.

 

 

De testfase ging van start op 1 februari 2010 met een groep van 34 personen.

x

FOD Meta/Werkgelegenheid

x

x

x

 

FOD Mobiliteit

in invoeringsfase

x

 

 

FOD P&O

x

x

x

x

FOD Soc. Zekerheid

x

x - ontvangen in 10/2009 !

x

x

FOD Volksgez.

x

x

 

 

Fedict

 

 

 

x

POD Maatsch. Int.

Geen enkele werknemer van de POD heeft genoten van de bepalingen van het KB van 22 november 2006 betreffende het telewerk.

 

 

 

PDOS-SDPSP

 

 

 

x

RVP-ONP

x

x

x

x

RSVZ-INASTI

 

 

 

 

RKW-ONAFTS

 

 

 

 

RIZIV-INAMI

x

x

x

 

Regie der Geb.

x

 

 

 

PODDO

 

 

 

 

DOSZ

 

 

 

 

RJV

 

 

 

 

RSZ-ONSS

x

x

x

 

RVA-ONEM

 

x

x

x

CDZ

 

 

 

 

IV-NIOOO

 

 

 

 

WIV-ISP

 

 

 

 

NGI

x

 

x

x

FED. PLANBUR.

 

 

 

 

FAVV-AFSCA

x

 

De werknemers van het FAVV genieten niet van de bepalingen van het KB van 22 november 2006 betreffende het telewerk.

De werknemers van het FAVV genieten niet van de bepalingen van het KB van 22 november 2006 betreffende het telewerk.

FAO - FAT

x

x

 

x

Defensie

niet officieel toegepast voor het burgerpersoneel

 

 

 

CODA

 

 

 

 

Kanselarij

 

x

x

 

CDSCA

 

 

 

x

HVW

 

 

 

 

BIRB

 

 

 

 

BELSPO

 

 

 

 

FAO - FAT

 

 

x

x

Instituut Gelijkheid

 

 

 

x

KSZ

 

 

 

 

 

16

15

14

15

Op kwalitatief vlak bevatten de verslagen aanwijzingen inzake de voordelen en nadelen van telewerk vanuit het oogpunt van de werknemers en de organisatie.

In het algemeen :

Het telewerk krijgt een positieve evaluatie. De medewerkers kunnen hun beroeps- en privéleven beter op elkaar afstemmen. Bovendien merken de medewerkers dat ze productiever zijn, wat door hun hiërarchische chefs wordt bevestigd. Telewerk kan echter een zekere frustratie opwekken door het gebrek aan interactie tussen de collega’s en een gestage afname van de sociale cohesie. Op het vlak van milieu is een vermindering van de ecologische voetafdruk mogelijk, afhankelijk van het gebruikte type van vervoer.

Meer in detail :

Voordelen voor de werknemers:

Betere concentratie tijdens het werk

Betere organisatie van het werk (autonomie)

Vermindering van vermoeidheid en stress

Stijging van de motivatie

Tijdswinst door het wegvallen van de verplaatsingen

Beter evenwicht beroepsleven - privéleven

Gunstige omgeving voor de ontwikkeling van desksharing

Voordelen voor de organisatie :

Kwaliteit van de prestaties

Productiviteit

Vermindering van het verzuim

Imago van de dienst

Sterke loyaliteit

Behoud van talenten

Nadelen voor de werknemers :

Beperking van de interactie met de collega's (minder vergaderingen), minder menselijke contacten, minder hulpmogelijkheden

Geringere begeleiding en ondersteuning

Geen overuren

Moeilijkere communicatie met de klanten

Risico op verlies van vertrouwelijke informatie en materiaal

Gemis aan flexibiliteit van het reglementair systeem (vaste dagen, verslagen, enz.)

Nadelen voor de organisatie :

Administratieve rompslomp

Telefonische beschikbaarheid

Beperkt karakter van e-mail om met bepaalde situaties om te gaan

Samengevat lijkt telewerk zowel voor de werknemers als voor de organisatie aantrekkelijk. Telewerk moet verder worden uitgebreid binnen de overheidsdiensten door het aantal werknemers die ervan genieten te verhogen. De telewerkperiodes moeten echter beperkt blijven rekening houdende met de nadelen op het vlak van interne en externe interactie en communicatie.

2) Ja, ik ben het eens met de analyse dat het toekennen van optimale mogelijkheden om thuis te werken ook voor tal van federale ambtenaren een uitstekende zaak zou zijn, zowel wat betreft hun tevredenheid op het werk als wat betreft het stimuleren van een langere loopbaanduur

3) Ik ben van mening dat de huidige reglementaire beschikking, die recentelijk werd aangepast om occasioneel telewerk mogelijk te maken, toereikend is.

4) & 5) Telewerk is, naast een essentiële vorm van welzijn van de werknemers, een manier om diensten te organiseren. Deze organisatorische context verschilt echter van dienst tot dienst. Hij is afhankelijk van het type prestaties dat verricht moet worden en de werkprocessen. Het lijkt mij dus niet gerechtvaardigd om algemene doelstellingen vast te leggen inzake het aantal telewerkers of het aantal telewerkdagen.