Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-3627

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 3 november 2011

aan de minister van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven

Lonen van topmanagers overheidsbedrijven - Kwantificeerbare criteria - Vergelijkende studie - Nieuwe procedures - Cijfers

overheidsbedrijf
ondernemingsdirecteur
raad van bestuur
economische ethiek
loon

Chronologie

3/11/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten

Vraag nr. 5-3627 d.d. 3 november 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In maart 2008 kondigde de geachte minister aan de hoge lonen en vergoedingen van de topmanagers van overheidsbedrijven te willen inperken. Ze wil dat doen door bij het afsluiten van elk nieuw contract met een gedelegeerd bestuurder acties te ondernemen om een meer billijke proportionaliteit van de lonen en vergoedingen te waarborgen.

Daarnaast stemde de geachte minister toe om hierover een dialoog te starten met de voorzitters van de raden van bestuur, die de contracten met de gedelegeerd bestuurders afsluiten. De geachte minister wou nieuwe procedures invoeren, zoals door bij elk nieuw contract een vergelijkende studie te laten uitvoeren naar de lonen van soortgelijke toplui in vergelijkbare bedrijven. Bij de bepaling van de jaarlijkse variabele vergoeding moeten kwantificeerbare criteria - zoals aangroei van het klantenbestand, omzet en cashflow - de bovenhand hebben op niet-kwantificeerbare criteria. Tenslotte moeten de extra's, die een fractie vormen van de jaarlijkse vaste vergoeding (vaste telefoonlijn thuis, alarminstallatie thuis, enz.) worden bekeken.

Hierover de volgende vragen:

1) Hoeveel bedragen de lonen (totaal loonpakket) van de topmanagers (top drie) van de overheidsbedrijven? Hoe is dit de afgelopen vijf jaar geëvolueerd? Hoeveel nieuwe topmanagers zijn er aangeworven sinds 2008 en onder welke loonvoorwaarden gebeurde dit?

2) Heeft er nu een dialoog plaats gevonden met de voorzitters van de raden van bestuur? Met welk resultaat?

3) Wordt er tegenwoordig een vergelijkende studie uitgevoerd naar de lonen bij een aanwerving en kan de geachte minister dit illustreren? Heeft er een verschuiving plaatsgevonden naar meer kwantificeerbare criteria bij het bepalen van de variabele vergoedingen en kan de geachte minister dit illustreren? Zijn hier andere nieuwe procedures en praktijken uit voortgekomen en over welke gaat het hier?

4) Is de geachte minister van mening dat de huidige lonen van de topmanagers bij overheidsbedrijven in proportie zijn met de verantwoordelijkheden van hun functie?