Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-3119

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 21 september 2011

aan de minister van Binnenlandse Zaken

Politie zone van Ukkel-Watermaal-Bosvoorde-Oudergem - Parkeerboetes - Inning - Taalwetgeving

Hoofdstedelijk Gewest Brussels
gemeentepolitie
overtreding van het verkeersreglement
administratieve sanctie
plaatselijke overheid
taalgebruik

Chronologie

21/9/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten

Heringediend als : schriftelijke vraag 5-4830

Vraag nr. 5-3119 d.d. 21 september 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Recent werd ik geconfronteerd met het volgende verhaal van de heer X. Na de vaststelling van de overtreding van een parkeerverbod in Oudergem, werd de heer X geverbaliseerd door de zonale politie (Ukkel, Watermaal-Bosvoorde, Oudergem). Om alle misverstanden te vermijden, het betrof hier geen niet-betaalde parkeerretributie. Het proces verbaal (PV) verwijst naar de federale verkeerswetgeving en naar de gemeentelijke politieverordening. Dit PV berichtte dat de heer X door de gemeentelijke ambtenaar voor administratieve sancties zou worden gecontacteerd worden. Het PV was, zoals het hoort, opgesteld in het Nederlands.

Kort nadien ontving de heer X van de 'fonctionnaire sanctionnateur' van Oudergem een voorstel tot minnelijke schikking, te storten in de gemeentekas.

Dit voorstel tot minnelijke schikking is omwille van twee redenen erg bevreemdend:

- Het is in het Frans opgesteld;

- Het is een verzoek tot storting van gelden in de gemeentekas terwijl deze de federale overheid toekomen.

Dhr. X stuurde de 'fonctionnaire sanctionnateur' van Oudergem een briefje met het verzoek om een Nederlandstalig voorstel toe te sturen. Aan dit verzoek werd geen gevolg gegeven.

Ongeveer twee maand later ontvangt de heer X van de 'sanctionerende ambtenaar' (tevens gemeentesecretaris) het uitdrukkelijk verzoek de 'administratieve sanctie' te voldoen. Dit document is in het Nederlands. Er wordt uiteraard gedreigd met kosten van deurwaarder en procesvoering. Het niet ontvangen van een Nederlandstalig voorstel tot minnelijke schikking ontving verantwoordt hij met de opmerking dat het aanbieden van een minnelijk voorstel niet verplicht is. Hieruit concludeert hij dat hij niet verplicht is, zelfs niet op een uitdrukkelijk verzoek (!), een Nederlandstalig document toe te sturen. Kortom een bewuste en flagrante schending van de taalwetgeving.

Het gemeentebestuur van Oudergem ging hierbij zeer creatief tewerk. Het verwijst naar de gemeentelijke politieverordening en stelt dat indien de Procureur afziet van vervolging (ten voordele van de federale overheid) de gemeente een administratieve sanctie oplegt. De bevoegdheid hiertoe op gemeentelijk vlak is beperkt: ze mogen een dergelijke sanctie niet opleggen wanneer dezelfde overtreding op hoger vlak (federaal in casu) is gepenaliseerd. Deze beperking is uitdrukkelijk opgenomen in de federale regelgeving ter zake (Nieuwe gemeentewet). Het lijkt of op deze wijze worden op een creatieve wijze gelden die de federale overheid toekomen naar de gemeentekas versluisd. Gelet op het feit dat in het PV naar de verkeerswetgeving én naar de gemeentelijke politieverordening worden verwezen, lijkt dit te gebeuren op een systematische wijze, met de inschakeling van de politie (opstellers van het PV met dubbele verwijzing) en van de Procureur des Konings.

Ik heb bij deze feiten de volgende vragen:

1) Deelt de geachte minister de analyse dat dergelijke aanpak volledig illegaal is?

2) Beoordeelt zij dat in deze aanpak de taalwetgeving flagrant werd overtreden en dat het argument dat de "sanctionerende ambtenaar", in dit geval de gemeentesecretaris, gen hout snijdt?

3) Gaat zij akkoord dat door deze aanpak middelen bestemd voor de staatskas op systematische en onwettige wijze worden afgeleid naar de gemeentekas?

4) Beaamt zij dat het betrokken gemeentebestuur bewust en systematisch misbruik maakt van haar macht door desinformatie en intimidatie (procesvoering met de daaraan verbonden kosten) van de overtreders.