Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-2721

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 12 juli 2011

aan de staatssecretaris voor Begroting, Migratie- en asielbeleid, Gezinsbeleid en Federale Culturele Instellingen

Onverwijderbare personen - Toekenning van een verblijfstitel - Afgeleide rechten

richtlijn (EU)
illegale migratie
toelating van vreemdelingen
verblijfsrecht

Chronologie

12/7/2011Verzending vraag
12/10/2011Antwoord

Vraag nr. 5-2721 d.d. 12 juli 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In het jaarverslag 2010 van het Centrum voor gelijkheid van kansen en racismebestrijding, vraagt het centrum bij de omzetting van de richtlijn 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 over gemeenschappelijke normen en procedures in de lidstaten voor de terugkeer van onderdanen van derde landen die illegaal op hun grondgebied verblijven gebruik te maken van de mogelijkheid voor het toekennen van een verblijfstitel aan onverwijderbare personen en hen in voorkomend geval alle afgeleide rechten toe te kennen.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

Hoe en wanneer zal de geachte staatssecretaris de vraag van het Centrum voor gelijkheid van kansen en racismebestrijding opvolgen, om bij de omzetting van de richtlijn 2008/115/EG gebruik te maken van de mogelijkheid voor het toekennen van een verblijfstitel aan onverwijderbare personen en hen in voorkomend geval alle afgeleide rechten toe te kennen?

Antwoord ontvangen op 12 oktober 2011 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag.

De Richtlijn 2008/115/EG legt de Lidstaten geenszins op om aan onverwijderbare personen een verblijfsvergunning uit te reiken.

België heeft bij de omzetting van het betreffende artikel 6, paragraaf 4 van de Richtlijn verwezen naar de vigerende artikelen 9 bis en 9 ter van de Vreemdelingenwet. Deze artikelen komen tegemoet aan de aangehaalde problematiek.