Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-256

van Richard Miller (MR) d.d. 25 oktober 2010

aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen

Belgische ambassades en consulaten - Eventuele reorganisatie - Cijfermatige evaluatie van de Belgische aanwezigheid in het buitenland - Resultaten - Maatregelen

diplomatieke vertegenwoordiging
ambassade
consulaat
Belgen in het buitenland

Chronologie

25/10/2010Verzending vraag
3/11/2010Antwoord

Vraag nr. 5-256 d.d. 25 oktober 2010 : (Vraag gesteld in het Frans)

In antwoord op enkele parlementaire vragen in de maand april 2010 in de Kamer van volksvertegenwoordigers (Kamer, CRIV 52 COM 866) hebt u aangekondigd dat u aan uw administratie gevraagd had een cijfermatige niet-persoonsgebonden evaluatie te maken van de Belgische aanwezigheid in het Buitenland.

U hebt toen bevestigd dat het netwerk van Belgische posten in het buitenland permanent getoetst wordt en dat onze diplomatieke aanwezigheid in Kaboel zou worden geüpgraded, wat effectief is gebeurd.

Ik heb volgende vragen :

1) Heeft uw administratie een cijfermatige evaluatie gemaakt van de Belgische aanwezigheid in het buitenland, met objectivering van de redenen waarom we in sommige plaatsen in de wereld een ambassade of consulaat moeten behouden of sluiten?

2) Welke lessen trekt u uit die evaluatie voor onze aanwezigheid in de wereld? Blijkt uit de evaluatie dat er posten zijn die, objectief beschouwd, niet langer verantwoord zijn?

Antwoord ontvangen op 3 november 2010 :

In uitvoering van een opdracht die ik in het voorjaar heb gegeven, wordt door de bevoegde diensten van mijn departement werk gemaakt van een nieuwe methodologie voor herziening van het netwerk van diplomatieke en consulaire posten van België in het buitenland. Zowel wat de uitwerking van deze methodologie als wat de toepassing ervan met het oog op de herziening van het netwerk betreft, zullen te gepasten tijde door deze diensten voorstellen worden geformuleerd.