Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-2438

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 31 mei 2011

aan de staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan de Eerste Minister

Rijbewijs categorie D - Slaagpercentages - Beleid - Kosten

rijbewijs
verkeersopleiding
officiële statistiek

Chronologie

31/5/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten

Heringediend als : schriftelijke vraag 5-4799

Vraag nr. 5-2438 d.d. 31 mei 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In een antwoord op een de schriftelijke vraag nr. 5-2029 over het de behandeling van Nederlandstalige leerling-bestuurders in Brussel wekte het lage slagingspercentage van het praktisch rijexamen voor het rijbewijs B bijzondere aandacht en ook wel onrust. Meteen stelt zich de vraag hoe dit zit voor de andere categorieën. Daarom kreeg ik graag een antwoord op de volgende vragen enkele over het behalen van het rijbewijs D:

1) Welk percentage van aspirant bestuurders slaagt bij de eerste proef? Welk percentage aspirant bestuurders lukt in een tweede poging en welk percentage bij een derde poging (na de verplichte minimum twee uur praktijkonderricht)? Welk percentage van kandidaten heeft vier pogingen of meer nodig? Graag krijg ik deze cijfers uitgesplitst per jaar voor de periode van 2006 tot 2010. Hoe duidt en evalueert de geachte staatssecretaris deze cijfers en gaven deze aanleiding tot een aanpassing van het beleid ter zake?

2) Kan hij de gevraagde cijfers uit de eerst vraag ook opsplitsen naar de wijze van opleiding (erkende rijschool of vrije opleiding)? Kan hij mij tevens het percentage bezorgen van het aantal aspirant bestuurders per wijze van opleiding gedurende de gevraagde periode? Hoe duidt en evalueert hij deze cijfers en gaven deze aanleiding tot een aanpassing van het beleid ter zake?

3) Kan hij de gevraagde cijfers uit de eerste vraag opsplitsen per gewest? Hoe duidt en evalueert hij deze cijfers?

4) Sinds 10 september 2009 dienen alle beroepsbestuurders van voertuigen waarvoor een rijbewijs van categorie D vereist is, te voldoen aan de vakbekwaamheidvoorschriften. Kan hij mij het percentage bezorgen van het aantal leerling bestuurders naargelang men al dan niet kiest voor een rijbewijs met het bewijs van vakbekwaamheid voor de gevraagde periode? Bestaat er een correlatie tussen deze keuze en het slagingspercentage?

5) Men moet het rijexamen tussen de een en de twaalf maanden afleggen na het verkrijgen van het voorlopig rijbewijs. Bestaat er een correlatie tussen de duurtijd van de leerperiode en het slaagpercentages? Kan hij dit illustreren? Hoe duidt en evalueert hij deze cijfers en gaven deze aanleiding tot een aanpassing van het beleid ter zake?

6) Bestaat er een correlatie tussen het slagingspercentage bij de theoretische proef en het slagingspercentage bij de praktische proef? Kan hij deze illustreren? Hoe duidt en hij deze cijfers en gaven deze aanleiding tot een aanpassing van het beleid ter zake?

7) Kan de hij mij de gemiddelde totale kost meedelen voor het behalen van rijbewijs categorie D naargelang de wijze van opleiding? Acht hij dit een billijk en redelijk bedrag? Beaamt hij dat zich hier een kloof tussen arm en rijk dreigt te ontwikkelen, kortom dat dit systeem bijdraagt tot meer ongelijkheid op basis van sociaal-economische factoren?