Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-2309

van Liesbeth Homans (N-VA) d.d. 10 mei 2011

aan de minister van KMO's, Zelfstandigen, Landbouw en Wetenschapsbeleid

Vastgoedmakelaars - Beschuldigingen van vermeende wanpraktijken - Antwoord van de minister op de bekommernissen van het Beroepsinstituut

makelaar
beroepsorde

Chronologie

10/5/2011Verzending vraag
28/6/2011Antwoord

Vraag nr. 5-2309 d.d. 10 mei 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het Beroepsinstituut van vastgoedmakelaars (BIV) dreigt met juridische stappen als het imago van de sector nog langer wordt besmeurd. Reden: heel wat makelaars werden de voorbije jaren onterecht beschuldigd van " zware wanpraktijken ". Daarnaast bewees de laatste inspectieronde van de Economische Inspectie dat de sector wel degelijk het juiste pad bewandelt en vaak te hard wordt aangepakt.

Zo werden er na de jongste controles een pak minder processen-verbaal (pv) uitgeschreven. Concreet werden eind vorig jaar 204 vastgoedkantoren gecontroleerd, wat resulteerde in 62 pv's. Of anders gezegd: nog maar 30 % van de gecontroleerde vastgoedkantoren bleek niet strikt in orde met hun contracten, een verbetering van bijna 45 % ten opzichte van begin 2010.

Toch werden heel wat makelaars zwaar op de vingers getikt. Eén van de redenen daarvoor is dat de Economische Inspectie plots een andere interpretatie aan de spelregels gaf, zonder de sector daarvan op de hoogte te brengen. Met alle gevolgen vandien.

Het BIV kaartte deze problematiek een tijd geleden reeds bij u aan als voogdijminister van KMO's en zelfstandigen.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Hebt u intussen gevolg gegeven aan de bezwaren die het BIV aan u overmaakte?

2) Hebt u contact opgenomen met de Economische Inspectie zodat het een en ander verduidelijkt kan worden? Is er overleg gepland tussen de Inspectie, uw kabinet en het BIV?

3) Hoe staat u tegenover de voorstellen van het BIV om de regeling omtrent bemiddelingsopdrachten aan te passen?

Antwoord ontvangen op 28 juni 2011 :

In eerste instantie moet ik het geachte lid melden dat als er effectief vooruitgang werd geboekt voor de vastgoedmakelaars, er nog een weg moet worden afgelegd om te komen tot uitstekende prestaties ten opzichte van de consument. De reden waarom dit jaar de sancties zwaarder waren, heeft net te maken met het feit dat het niet meer gaat om nieuwe types controles en dat de inloopperiode met betrekking tot de nieuwe wetgeving nu maar eens afgelopen moet zijn. Het gaat dus niet om een veranderde interpretatie door de diensten van de economische inspectie, maar om een strikte naleving van de wet.

In antwoord op de vraag van het geachte lid kan ik het volgende mededelen:

1. De documenten, welke de opmerkingen en bezwaren bevatten van het Beroepsinstituut der Vastgoedmakelaars (BIV) aangaande het koninklijk besluit van 12 januari 2007 die mij werden gecommuniceerd tijdens een vergadering met mijn medewerkers eind april, werden rechtstreeks voor analyse en advies toegezonden aan de administratie. De administratie is gestart met een omvangrijk project om alle uitvoeringsbesluiten die op grond van de vroegere wetten betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument te screenen als gevolg van de uitvaardiging van de wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming. Deze screening omvat evengoed een formeel juridisch als een inhoudelijk luik. De opmerkingen van het BIV, dat trouwens ook onlangs een gesprek heeft gehad met de administratie over het genoemde besluit, zullen ten gronde worden onderzocht in het kader van deze screening.

2. en 3 Van zodra ik over deze analyse en advies beschik, zal ik een overleg organiseren met de betrokken administraties en het BIV.