Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-2120

van Elke Sleurs (N-VA) d.d. 15 april 2011

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie

Bevallingen - Verblijfsperiode in het ziekenhuis - Nazorg buiten het ziekenhuis

moederschap
ziekenhuisopname
officiële statistiek
geografische spreiding

Chronologie

15/4/2011Verzending vraag
25/5/2011Antwoord

Vraag nr. 5-2120 d.d. 15 april 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het ziekenhuisverblijf na een bevalling is in België hoger dan in andere Europese landen. Heden worden mensen reeds gestimuleerd om sneller terug te keren naar huis. De verdere zorg van de pas bevallen vrouw verloopt dan met behulp kraamzorg aan huis.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1. Hoeveel intramurale bevallingen werden er in de afgelopen twee jaar uitgevoerd door respectievelijk een vroedvrouw, een gynaecoloog of een huisarts? Graag had ik deze cijfers opgesplitst verkregen per jaar, per gewest en per instellingstype (algemeen ziekenhuis, algemeen ziekenhuis met universitair karakter, universitair ziekenhuis en eventueel gespecialiseerde zorg).

2. Hoe vaak was de ligtijd in het ziekenhuis na een ongecompliceerde bevalling in de afgelopen twee jaar langer dan vijf dagen? Hoe vaak was dit het geval bij gecompliceerde bevallingen? Graag had ik deze cijfers opgesplitst verkregen per jaar, per gewest, en per instellingstype (algemeen ziekenhuis, algemeen ziekenhuis met universitair karakter, universitair ziekenhuis en eventueel gespecialiseerde zorg).

3. Welke waren in de afgelopen twee jaar de vijf ziekenhuizen met de langste gemiddelde aantal ligdagen na een ongecompliceerde bevalling? Graag had ik het exacte aantal ligdagen, het gewest en het instellingstype van deze ziekenhuizen gekregen. Werden deze ziekenhuizen gewezen op deze lange ligtijd? Had deze lange ligtijd een lagere financiering van het ziekenhuis tot gevolg?

4. Welke was in de afgelopen twee jaar de aard van de ziekenhuiskamer waar de vrouwen in verbleven in geval van een ongecompliceerde bevalling? Hoe vaak was dit een eenpersoons-, tweepersoons-, driepersoons- of vierpersoonskamer? Graag had ik deze cijfers opgesplitst verkregen per jaar, per gewest en per instellingstype (algemeen ziekenhuis, algemeen ziekenhuis met universitair karakter, universitair ziekenhuis en eventueel gespecialiseerde zorg), en volgens verblijfsduur (korter of langer dan vijf dagen).

5. Wat was in de afgelopen twee jaar de totale kostprijs van de extramurale postnatale zorg wanneer er geen verwikkelingen waren? Graag had ik deze cijfers opgesplitst verkregen per jaar, per gewest en in volgende categorieën: op de eerste dag na de bevalling, op de tweede dag na de bevalling, op de derde dag na de bevalling, op de vierde dag na de bevalling ,op de vijfde dag na de bevalling en na de vijfde dag na de bevalling.

6. Wat was in de afgelopen twee jaar de totale kostprijs van de intramurale postnatale zorg wanneer er geen verwikkelingen waren? Graag had ik deze cijfers opgesplitst verkregen per jaar, per instellingstype, per gewest, en in volgende categorieën: op de eerste dag na de bevalling, op de tweede dag na de bevalling, op de derde dag na de bevalling, op de vierde dag na de bevalling ,op de vijfde dag na de bevalling en na de vijfde dag na de bevalling.

Antwoord ontvangen op 25 mei 2011 :

De vragen die u stelt kunnen niet beantwoord worden door het Directoraat-generaal Organisatie Gezondheidszorgvoorzieningen van de Federale overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen Leefmilieu en overtreffen hun bevoegdheid.

Om op deze vragen een antwoord te kunnen geven dient men een studie op te zetten. Dit soort studie zou kunnen uitgevoerd worden door het KCE of een universiteit.