Schriftelijke vraag nr. 5-2063

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 12 april 2011

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen

Verkeersboetes - Inning - Bedragen - Evolutie

wegverkeer
geldboete
officiële statistiek
geografische spreiding
overtreding van het verkeersreglement

Chronologie

Vraag nr. 5-2063 d.d. 12 april 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In 2010 betaalden de Belgen gezamenlijk 370 000 euro aan verkeersboetes.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Hoe evolueerden deze jaarlijkse ontvangsten in de periode van 2006 tot 2010? Hoe evalueert en duidt de geachte minister deze ontwikkelingen?

2) Van welke soort boetes zijn deze ontvangsten afkomstig, hoe liggen de verhoudingen tussen deze boetes en hoe evolueerden deze verhoudingen in de periode van 2006 tot 2010? Hoe evalueert en duidt hij deze ontwikkelingen?

3) In welke mate zijn de ontvangsten uit boetes absoluut en relatief afkomstig uit de gewesten en hoe evolueerde deze verhoudingen in de periode van 2006 tot 2010? Hoe evalueert en duidt hij deze ontwikkelingen? Hoeveel bedragen deze ontvangsten per inwoner, verdeeld naar de gewesten? Hoe evalueert en duidt hij deze verhouding?

4) Hoeveel procent van de uitgeschreven verkeersboetes wordt er niet betaald, dit per jaar, per soort boete en per gewest in de periode van 2006 tot 2010? Hoe evalueert en duidt hij deze ontwikkelingen?

5) Welk gevolg geeft men aan de niet betaalde boetes, dit per jaar voor de periode van 2006 tot 2010, per soort boete en per gewest? Hoe evalueert en duidt hij deze ontwikkelingen? Hoeveel euro recupereert men door een niet betaalde boete op te volgen? Hoeveel euro gaat er verloren, dit per jaar voor de periode van 2006 tot 2010, per soort boete en per gewest? Hoe evalueert en duidt hij dit bedrag?

6) Hoeveel verkeersboetes worden er gemiddeld per jaar, voor de periode van 2006 tot 2010 dubbel (of meer) betaald? Over hoeveel euro gaat het gemiddeld per jaar in de periode van 2006 tot 2010? Tot welk gevolg leidt een dubbele betaling?

Antwoord ontvangen op 17 juni 2011 :

De Federale Overheidsdienst (FOD) Financiën is slechts een van de (laatste) ketenpartners in het proces van de vaststelling en inning of invordering van boetes. Er kan dan ook enkel geantwoord worden op de vragen die betrekking hebben op de bevoegdheid van de FOD Financiën.

Met betrekking tot de vragen wil ik een aantal belangrijke punten in herinnering brengen.

a) De administratie van de Niet Fiscale Invordering bij de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie int de ontvangsten ingevolge “boeten van veroordelingen in allerhande zaken” die de eigenlijke boeten van veroordelingen, de transactionele stortingen en de onmiddellijke inningen omvatten.

b) Enkel de strafboetes, opgelegd door de strafrechter, worden ingevorderd door de plaatselijke kantoren der domeinen en/of penale boetes. Voor de andere pecuniaire sancties zoals de onmiddellijke inningen en de minnelijke schikkingen is de rol van mijn administratie beperkt tot kassier die de opbrengst haar uiteindelijke bestemming geeft.

c) Terwijl de onmiddellijke inningen volledig betrekking hebben op de verkeersboeten, is dit niet het geval voor de transactionele stortingen en de eigenlijke boeten van veroordelingen. Wat betreft de transactionele stortingen dient er aangestipt te worden dat de bovenvermelde administratie op het vlak van de transacties niet enkel instaat voor inningen inzake verkeersovertredingen. Ook betalingen inzake transacties in andere materies worden geïnd met als gevolg dat dit gedeelte, hoewel marginaal, eveneens begrepen zit in de transactionele stortingen. Wat de specifieke boeten van veroordelingen betreft worden bovendien eveneens betalingen geïnd inzake andere materies en de administratie beschikt thans niet over statistieken die toelaten op dit niveau de ontvangsten te bepalen die voortvloeien uit verkeersovertredingen.

d) De inning zelf van deze ontvangsten is gecentraliseerd op het niveau van de tien gewestelijke directies van de sector Registratie en Domeinen. Daarbij dient rekening te worden gehouden met het feit dat de totale opbrengst van de onmiddellijke inningen gestort wordt bij het tweede ontvangkantoor der penale boeten van Brussel. De totaliteit ervan is bijgevolg in ontvangst geboekt bij de gewestelijke directie van Brussel en de administratie beschikt niet over gegevens die toelaten dit bedrag uit te splitsen.

Meer statistische informatie zal kunnen geleverd worden wanneer het ICT-investeringsproject STIMER zal zijn geïmplementeerd. Hoe dan ook zal de administratie nooit weten hoeveel boetes werden opgesteld: dat weten alleen de overheden die de boetes hebben vastgesteld. Ik verwijs u voor deze vragen dan ook naar de collega’s die justitie en verkeersveiligheid in hun bevoegdheid hebben.

Wat volgt is gebaseerd op de gegevens waarover de FOD Financiën beschikt, namelijk de bruto- en netto-opbrengsten van de boeten in allerhande zaken. Voor de opbrengsten van de jaren 2006 tot en met 2008 wordt verwezen naar het antwoord op de schriftelijke parlementaire vraag nr. 401 van de heer Marc Verhaegen van 31 maart 2009 (QRVA Kamer 2008-2009 52 62 van 18 mei 2009, blz. 186). De opbrengsten van de jaren 2009 en 2010 staan in de tabellen hieronder.

Op basis van die tabellen worden de verhoudingen tussen de door de FOD Financiën gekende gegevens weergegeven, alsook de procentuele evolutie over de jaren 2006 tot en met 2010. Deze tabel (gebaseerd op de bruto-ontvangsten) gaat hieronder: