Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-2062

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 12 april 2011

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen

Verkeersboetes - Foute betalingen - Oorzaken en gevolgen - Maatregelen

wegverkeer
geldboete
overtreding van het verkeersreglement
overschrijving
financiële dienst van de post

Chronologie

12/4/2011Verzending vraag
17/6/2011Antwoord

Vraag nr. 5-2062 d.d. 12 april 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Naar verluidt worden er dagelijks vier honderd verkeersboetes op een foute wijze betaald. Dit zijn er per jaar 146 000. De Federale Ombudsman vindt de oorzaak daarvan in het overschrijvingsformulier, waarop een refertenummer staat voorgedrukt. Bij online bankieren moet de betaler dit nummer manueel invoeren en daar loopt het blijkbaar heel vaak mis.

De minister van Binnenlandse Zaken verwees me door voor volgende vragen:

1) Beaamt de geachte minister de hoge cijfers van de fout betaalde verkeersboetes, geraamd op bijna 150 000 per jaar?

2) Deelt hij de analyse van de Federale Ombudsman dat het vooral het manueel invullen van het refertenummer bij homebanking deze problemen veroorzaakt?

3) Tot welke gevolgen leiden deze foute betalingen? Derft de Staat hierdoor inkomsten? Hoeveel bijkomende administratieve last en kost brengt dit met zich mee? Wat ondernam of plant de minister om deze ongewenste ontwikkelingen te counteren?

Antwoord ontvangen op 17 juni 2011 :

1) en 2) Ik kan het door u aangehaalde aantal van 150 000 foute betalingen inzake onmiddellijke inningen niet bevestigen. Dit aantal foute betalingen werd vermeld in het Jaarverslag 2008 van de Federale Ombudsman. Welnu, sindsdien is de toestand veranderd.

In 2010 werd 94 % van de 3 086 231 ontvangen betalingen voor de onmiddellijke inningen correct uitgevoerd en konden de betalingen worden toegewezen aan het dossier van de onmiddellijke inning. Indien voor de resterende 6 % abstractie gemaakt wordt van de te laat betaalde boetes, dan blijkt dat 1,66 % (of 51 196 betalingen) niet konden worden toegewezen aan een onmiddellijke inning. Dat zijn er dus gemiddeld 140 per dag.

Dat de toestand gunstig is geëvolueerd, is te wijten aan verschillende factoren.

1) de burgers raken meer en meer vertrouwd met het betalen via een overschrijving met een gestructureerde mededeling aangezien het de meest gebruikte betalingsvorm is voor klanten van bedrijven die diensten zoals telecom, gas, elektriciteit, water, enz. Leveren ;

2) de begeleidende brief bij het betalingsbericht bevat de expliciete aanbeveling om de gestructureerde mededeling te gebruiken op gevaar af dat de gerechtelijke procedure kan worden verder gezet ;

3) indien niet correct zou betaald zijn dan wordt een herinneringsbrief verstuurd met dezelfde mededeling ;

4) de homebanking-toepassingen controleren of de gestructureerde mededeling correct werd ingevuld door middel van een controlegetal ;

5) indien de gestructureerde mededeling niet wordt gebruikt dan probeert “bpost” op basis van een aantal gegevens (kentekenplaat, PV-nummer, enz.) die in het vrije mededelingsveld worden vermeld, de betaling alsnog correct toe te wijzen ;

6) indien er dan toch cash betaald wordt in een postkantoor dan kan dat enkel mits vermelding van de gestructureerde mededeling.

Sommigen gebruiken doelbewust geen mededeling of gebruiken het vrije mededelingsveld om hun ongenoegen over de boete te uiten.

3) De Staat leidt geen rechtstreeks verlies door de foute betalingen: deze komen terecht op een rekening van een ontvanger van de penale boetes bij de Federale Overheidsdienst (FOD) Financiën.

De foute betalingen zorgen wel voor een bijkomende administratieve last. Eerst bij de Post en later bij de politie en bij de parketten blijft dit voorstel van onmiddellijke inning 'onbetaald', zodat het als zodanig behandeld wordt: de politie print een proces-verbaal uit, maakt het over aan het parket, dat een dossier opent en een voorstel van minnelijke schikking richt aan de vermoedelijke overtreder. De overtreder kan alsnog een bewijs van zijn betalingsopdracht en betaling overmaken aan het parket dat dan manuele opzoekingen zal verrichten en de betaling zal afboeken. Indien de overtreder niet reageert op de minnelijke schikking dan zal hij gedagvaard worden voor de strafrechter. Ook dan nog en zelfs bij de uitvoering van het vonnis kan de overtreder nog de betaling aantonen.

De kostprijs van dit bijkomende werk, vooral voor de parketten en de rechtbanken, is echter niet te berekenen. Het nemen van acties om aan deze toestand te remediëren behoort eerder tot de bevoegdheid van de collega’s die justitie en verkeersveiligheid in hun bevoegdheid hebben.