Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-1597

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 2 maart 2011

aan de minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen

Illegaal downloaden van muziek films en games - Bestrijding - Economische schade - Samenwerking met andere departementen

computerpiraterij
audiovisuele piraterij
invoer per lijn

Chronologie

2/3/2011Verzending vraag
29/4/2011Antwoord

Vraag nr. 5-1597 d.d. 2 maart 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het illegaal downloaden van muziek, films en games kost de Europese entertainmentsector binnen vier jaar 1,2 miljoen jobs. De economische impact van piraterij en namaak veroorzaakt tegen 2015 bij de Europese entertainmentsector een verlies van 240 miljard euro. Zo bleek uit onderzoek door de Belgian Anti-piracy Federation (BAF). BAF verwijderde in 2010 1,5 miljoen illegale bestanden op het net. Douane en politie namen 150 000 illegale goederen in beslag. Dit betekent een forse stijging tegenover 2009.

De geachte minister uitte zich vroeger publiekelijk als voorstander van het legaal maken van het tot dan illegale downloaden. Een vergoeding voor de auteurs, uitvoerders en de muziekindustrie zou via een taks op de dragers geïnd en uitbetaald worden. De wetgever deelt deze visie niet. Ook de entertainmentindustrie verzet zich virulent tegen deze optie. Inmiddels lijkt het alsof de overheid de strijd tegen het illegaal downloaden niet echt ernstig neemt.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Welke visie huldigt de geachte minister momenteel op het illegaal downloaden? In welke mate en in welke richting heeft hij zijn oorspronkelijke mening gewijzigd? Waarom?

2) Welke concrete maatregelen trof hij van 2007 tot op heden om de muziek-, film- en gamesindustrie te helpen in hun strijd tegen het illegaal downloaden? Bestaat er hierover een actieplan? Heeft hij reeds wetgevend werk ondernomen om het illegaal downloaden af te remmen? Hoeveel controleurs heeft hij op de baan voor de bestrijding van deze namaak?

3) Heeft hij een idee over welk bedrag de illegale downloads in ons land per jaar betekenen? Hoeveel middelen heeft hij jaarlijks vrijgemaakt sinds 2007 voor de strijd tegen het illegaal downloaden? Hoe evolueerde deze middelen?

4) Heeft hij deze problematiek besproken met de ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken? Tot welke resultaten leidde dit overleg? Werden zij in een gezamenlijk actieplan betrokken? Zo ja, op welke wijze en met welke effecten? Zo niet, hoe verklaart hij zijn inertie op dit vlak?

Antwoord ontvangen op 29 april 2011 :

1) Het fenomeen van het illegaal downloaden is een complex gegeven. Er komen bijvoorbeeld vragen bij kijken in verband met de wijze waarop kan vastgesteld worden of iets al dan niet legaal is, vragen van privacy, en vragen in verband met de mogelijke rol en aansprakelijkheid van internet service providers. Die complexiteit wordt bijvoorbeeld geïllustreerd door de grote diversiteit van voorstellen en oplossingen, zowel op nationaal als Europees vlak, over de manier van om te gaan met downloaden.

Op Europees vlak zijn momenteel verschillende ontwikkelingen gaande. Zo is er momenteel een evaluatie gaande van de richtlijn 2004/48/EG betreffende de handhaving van intellectuele eigendomsrechten. De Europese Commissie nodigde de belanghebbenden daarbij uit om tegen eind maart 2011 hun feedback te geven, die als bron van informatie zal dienen voor de besluiten die de Commissie moet nemen betreffende toekomstige te overwegen maatregelen, onder meer in verband met de problematiek van de handhaving van rechten op het internet.

Daarnaast zijn er op Europees vlak ook verschillende rechtszaken hangende voor het Hof van Justitie van de Europese Unie (EU). Een ervan is de zaak Sabam – Scarlet (Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Hof van Beroep te Brussel op 5 februari 2010, nr. C-70/10, P.B. C. 113 van 1 mei 2010, p. 20), waar aan het Hof de vraag wordt gesteld of het mogelijk is om een internetprovider te bevelen “om ten aanzien van al zijn klanten, in abstracto en als preventieve maatregel, op zijn kosten en zonder beperking in de tijd, een systeem toe te passen voor het filteren van al het onder andere via” “peer-to-peer”-software in- en uitgaande digitale dataverkeer, teneinde te kunnen vaststellen of op zijn netwerk bestanden in omloop zijn die film-, muziek- of audiovisuele werken bevatten waarvan de verzoeker beweert de auteursrechthebbende te zijn, en vervolgens de uitwisseling ervan te blokkeren, hetzij bij ontvangst, hetzij bij verzending ervan”.

Het komt mij voor dat deze evoluties op Europees vlak in rekening moeten gebracht worden bij het bepalen van elk verder wettelijk initiatief.

Mijn mening in verband met het fenomeen was en is nog steeds dat rechthebbenden vergoed moeten worden wanneer hun werken en prestaties worden geëxploiteerd, zonder evenwel afbreuk te doen aan enkele basisprincipes die onder meer vastgelegd zijn in Europese richtlijnen.

2) Dat ik dit principe huldig dat rechthebbenden moeten vergoed worden voor de exploitatie van hun werken en prestaties kan geïllustreerd worden met twee wettelijke maatregelen uit 2009. Ten eerste vermeld ik de wetten van 10 en 11 december 2009 in verband met het statuut van en de controle op de vennootschappen voor het beheer van de rechten, waarin maatregelen getroffen worden om de efficiëntie en transparantie van beheervennootschappen te vergroten, en waarin onder meer bepaald wordt dat de beheersvennootschappen de geïnde rechten binnen de 24 maanden na inning moeten verdelen onder de rechthebbenden. Ten tweede werd met het koninklijk besluit van 17 december 2009 het koninklijk besluit van 28 maart 1996 in verband met de vergoeding voor het kopiëren voor eigen gebruik aangepast en gemoderniseerd om rekening te houden met de huidige technologische realiteit.

Een wettelijk kader voor de strijd tegen het illegaal downloaden van muziek, films en games wordt op dit ogenblik voornamelijk geboden door de wetten van 9, 10 en 15 mei 2007 die de burgerrechtelijke en strafrechtelijke aspecten van de strijd tegen namaak en piraterij regelen.

Zo werd door de wetten van 9 en 10 mei 2007, conform de Europese richtlijnen 2001/29 en 2004/48 bijvoorbeeld voorzien dat ten aanzien van tussenpersonen wier diensten door derden worden gebruikt om inbreuk op het auteursrecht of op een naburig recht te plegen, een stakingbevel kan worden uitgesproken. Het is deze bepaling die momenteel het voorwerp uitmaakt van een prejudiciële vraag bij het Europees hof van Justitie.

Krachtens de wet van 15 mei 2007 betreffende de bestraffing van namaak en piraterij van intellectuele eigendomsrechten is de Algemene Directie Controle en Bemiddeling van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie thans bevoegd om de inbreuken op intellectuele eigendomsrechten vast te stellen, ongeacht of ze op internet gepleegd werden of niet. Deze wet is in werking getreden op 1 oktober 2007.

Zoals aangegeven in het antwoord op de eerste vraag is momenteel een evaluatie gaande door de Europese Commissie van de richtlijn 2004/48/EG betreffende de handhaving van intellectuele eigendomsrechten. Een van de redenen van deze evaluatie is een verbetering van de strijd tegen namaak op internet. De Dienst voor de Intellectuele Eigendom zal deze evaluatieoefening van nabij opvolgen.

Naast het voorzien van een wettelijk kader lijkt mij ook een rol voor de sector weggelegd, enerzijds via een samenwerking tussen rechthebbenden en service providers, anderzijds door het voorzien van een voldoende attractief legaal aanbod.

In dit verband kan opgemerkt worden dat er tegen bepaalde vormen van uitwisseling van muziekbestanden een samenwerking bestaat tussen rechthebbenden en internetproviders. Zo hebben in juli 2005 de Belgische vereniging van internetproviders (ISPA Belgium) en de muziekindustrie (IFPI Belgium) een overeenkomstprotocol ondertekend tot bestrijding van het onwettelijk verdelen van muziek op het internet via discussiegroepen. Krachtens dit protocol kan de IFPI een accessprovider vragen de toegang te blokkeren tot een discussiegroep met een belangrijke hoeveelheid onwettelijke muziekinhouden of linken hiernaar.

De Belgian Entertainment Association (BEA), die de Belgische videospel-, muziek- en video-industrie vertegenwoordigt, heeft het initiatief genomen om een ontwerp voor een gelijkaardig overeenkomstprotocol voor te leggen aan verscheidene verleners van internetdiensten behelzende het ter beschikking stellen van onwettelijke inhouden via internetsites.

Ook het vergroten van het legale aanbod van de auteursrechtelijke beschermde werken kan het fenomeen van het illegaal downloaden op internet helpen indijken. In het Digital Music Report 2011, gepubliceerd door IFPI wordt trouwens vermeld dat het legale aanbod van digitale muziek ook aan het groeien is. Nieuwe online muziekwinkels en de opkomst van nieuwe modellen, meestal in samenwerking met internetaanbieders, zijn daarvoor verantwoordelijk.

Men kan bijgevolg besluiten dat naast wettelijke initiatieven ter bestrijding van de piraterij op internet, de rechthebbenden eveneens een sleutelrol spelen door het uitwerken van nieuwe businessmodels ter vergroting van het legale aanbod van auteursrechtelijke beschermde werken op internet.

3) Het fenomeen van het illegaal downloaden is een complexe materie. Dat wordt niet alleen duidelijk via de grote diversiteit aan voorstellen en oplossingen betreffende de manier waarop men tegen dat downloaden kan optreden, maar ook wat betreft de cijfers. Ik heb geen andere cijfers dan die die door het geachte lid zelf werden meegedeeld. Algemeen gesproken is het namelijk erg moeilijk om betrouwbare cijfers te verkrijgen over de economische impact van namaak en piraterij.

Wat de inzet van middelen betreft, kan er worden op gewezen dat er binnen de schoot van de Algemene Directie Controle en Bemiddeling een specifieke cel werd opgericht die belast is met de controle op de wet van 15 mei 2007 betreffende de bestraffing van namaak en piraterij van intellectuele eigendomsrechten.

4) De met de controle op de namaak belaste diensten werken onder toezicht van het Parket-Generaal. In dit verband werden er verschillende samenwerkingsverbanden opgericht die, onder de leiding van de parketten, tot gezamenlijke acties hebben geleid.