Vreemdelingen - Toekenning van een verblijfsvergunning - Werkattest - Fraude
buitenlandse staatsburger
verblijfsrecht
arbeidsinspectie
fraude
werkvergunning
24/2/2011 | Verzending vraag |
11/4/2011 | Antwoord |
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1499
Bij de toekenning van verblijfsvergunningen speelt het bewijs dat de aanvrager een betaalde job heeft, een belangrijke rol. De grote waarde van zo'n bewijsstuk geeft zeker aanleiding tot misbruik en fraude. De verhalen over nepfirma's, fictieve werkgevers enzovoort, die vlot en tegen betaling een bewijs van betaald werk uitreiken, zijn legio. Die fraude kan enkel worden aangepakt indien er voldoende arbeidsinspecteurs zijn om bij verdenkingen snel en accuraat op te treden.
Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen.
1) Erkent de minister dat er fraude en misbruik bestaat bij de toekenning van werkattesten aan niet-Belgen, met het oog op de verkrijging van voordelen, erkenning en ondersteuning? Op welke argumenten baseert ze zich?
2) Beschikt ze over cijfers van misbruiken en fraude bij de toekenning van werkattesten aan niet-Belgen? Zo ja, hoeveel van die gevallen waren er per jaar in de periode 2006-2010, per gewest en per soort werkgever? Hoe evalueert ze de cijfers en hun ontwikkeling? Zo niet, werkt ze met bepaalde hypotheses; welke, waarop baseert ze zich?
3) Hoeveel arbeidsinspecteurs (in voltijdse equivalenten - VTE) zijn er om die inspecties uit te voeren? Hoe evolueerde hun aantal in de periode 2006-2010? Acht de minister dit aantal voldoende of zijn er te weinig? Wat ondernam en / of plant ze om de controles slagkrachtiger en doeltreffender te maken?
De aangehaalde problematiek inzake de toekenning van arbeidskaarten en de arbeidsinspectie behoort tot de bevoegdheid van mijn collega van Werk en Gelijke Kansen.