Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-1308

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 10 februari 2011

aan de eerste minister, belast met de Coördinatie van het Migratie- en asielbeleid

Nationaal Orkest van België (NOB) in Brussel - Werknemers - Tweetaligheid - Maatregelen

Hoofdstedelijk Gewest Brussels
muziek
federale wetenschappelijke en culturele instellingen
taalgebruik
tweetaligheid

Chronologie

10/2/2011Verzending vraag
5/7/2011Antwoord

Vraag nr. 5-1308 d.d. 10 februari 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Niettegenstaande de hoge juridische status van de gecoördineerde wetten van 18 juli 1966 op het gebruik van de talen in bestuurszaken, die van openbare orde zijn, en het Nationaal Orkest van België (NOB) een onderdeel van de federale overheid is, blijkt deze overheid niet bij machte om haar eigen wetten te laten naleven. Vele Brusselse culturele instellingen rekruteren heel wat werknemers die geen Nederlands spreken. Bij de loketfuncties worden vaak Nederlandsonkundigen ingezet. Vlamingen krijgen in hun hoofdstad vaak geen correcte behandeling. Ook bij de verschillende federale culturele instellingen, waaronder het NOB, legt men zich blijkbaar neer bij deze situatie en werkt men op deze wijze in de illegaliteit.

Graag kreeg ik antwoord op de volgende vragen:

1) Hoeveel Nederlandskundige en Nederlandsonkundige werknemers werken er bij het NOB in Brussel? Hoe evolueerden deze aantallen en hun verhouding sinds 2001?

2) Beaamt de eerste minister dat zich qua kennis van het Nederlands een ernstig probleem voordoet bij het personeel, inzonderheid het loketpersoneel, van deze instelling? Zo neen, met welke argumenten ontkent hij dit? Zo ja, hoe evalueert en duidt hij dit probleem en de evolutie ervan in het voorbije decennium?

3) Hoe ligt de taalverhouding bij de loketfuncties van deze instelling? Hoe is het mogelijk dat werknemers die geen Nederlands spreken toch loketfuncties uitoefenen? Wat doet de overheid om deze wettelijke verplichting en elementaire vorm van beleefdheid te waarborgen? Geeft deze federale instelling premies aan twee- en meertalige werknemers? Hoe definieert men in deze context de twee- en meertaligheid? Hoeveel bedragen deze premies? Wie controleert de kennis van de tweetaligheid? Welke inspanningen leverden de eerste minister en de regering om ervoor te zorgen dat het personeel - bij uitstek het loketpersoneel - van het NOB de taal van de meerderheid van de inwoners van dit land machtig is? Worden er taalcursussen georganiseerd? Zijn taalexamens verplichtend voordat men overgaat tot definitieve aanwervingen? Wat onderneemt hij op korte termijn om aan deze onaanvaardbare situaties een einde te stellen?

Antwoord ontvangen op 5 juli 2011 :

De vraag van het geachte lid wordt toegezonden aan de Staatssecretaris voor de Federale Culturele Instellingen daar ze tot zijn bevoegdheden behoort.