Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-1301

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 10 februari 2011

aan de minister van Landsverdediging

Problematiek met betrekking tot defensie - Vergadering met de legertop - Mening van de minister van Defensie

krijgsmacht
defensieuitgaven
legercontingent
strijdkrachten in het buitenland
gevechtsvliegtuig
parlementaire commissie

Chronologie

10/2/2011Verzending vraag
28/4/2011Antwoord

Vraag nr. 5-1301 d.d. 10 februari 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Op 7 februari 2011 vergaderde de Belgische legertop met de vier voorzitters van de Kamer- en Senaatscommissies die betrekking hebben op defensie, namelijk de commissie Defensie, de commissie Legeraankopen, de commissie Buitenlandse Betrekkingen en Landsverdediging en de bijzondere commissie voor Opvolging van Buitenlandse Missies. Op de agenda stonden onder andere de personeelsproblemen en de getalsterkte van het Belgische leger, de buitenlandse operaties, Afghanistan in het bijzonder, de F16's, de vrijwillige opschorting van de prestaties (een soort militair brugpensioen) en de problemen met investeringen die in het huidige systeem van voorlopige twaalfden niet kunnen plaatsvinden.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen :

1) Was de minister bij voorbaat op de hoogte van dit overleg? Zo ja, werd deze vergadering met hem voorbereid? Zo niet, zoals bleek uit de reacties van zijn beleidscel, hoe verklaart hij dit?

2) Welk belang hecht hij aan dit overleg? Pleit hij voor een meer structureel overleg tussen het parlement en de legertop? Zo ja, welke verwachtingen koestert hij hieromtrent? Vreest hij niet dat daardoor een politieke bypass ontstaat, waarbij de wetgevende macht zijn ambt als minister kortsluit?

Antwoord ontvangen op 28 april 2011 :

Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door hem gestelde vragen.

De vragen die het geachte lid mij stelt werden tevens in de Commissie voor de Landsverdediging gesteld.

Ik verzoek het geachte lid de antwoorden te willen raadplegen die ik gegeven heb op de vragen nr. 2651 en 2672 van de heren volksvertegen-woordigers David Geerts en Antony Dufrane (CRABV 53 COM 134 van 16 februari 2011).