Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-1294

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 10 februari 2011

aan de minister van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven

Bpost - Brussel - Tweetaligheid van de werknemers - Maatregelen

postdienst
taalgebruik
tweetaligheid
Hoofdstedelijk Gewest Brussels

Chronologie

10/2/2011Verzending vraag
13/7/2011Antwoord

Vraag nr. 5-1294 d.d. 10 februari 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Niettegenstaande de hoge juridische status van de gecoördineerde wetten van 18 juli 1966 op het gebruik van de talen in bestuurszaken (ze zijn van openbare orde) en ondanks het feit dat bpost een overheidsbedrijf is, aangezien de Belgische Staat over de meerderheid van de aandelen beschikt, blijkt de overheid niet bij machte om haar eigen wetten te doen naleven. Bpost rekruteert heel wat werknemers die geen Nederlands praten. Bij de loketfuncties worden vaak Nederlandsonkundigen ingezet. Vlamingen krijgen in hun hoofdstad vaak geen correcte behandeling. Ook bpost legt zich blijkbaar bij de situatie neer en werkt op die wijze in de illegaliteit.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen.

1) Hoeveel Nederlandskundige en Nederlandsonkundige werknemers, inclusief ambtenaren, werken in de verschillende Brusselse vestigingen van bpost? Hoe evolueerden die aantallen en hun verhouding sinds 1996?

2) Beaamt de minister dat de kennis van het Nederlands een ernstig probleem is bij het personeel, inzonderheid het loketpersoneel, van vestigingen van bpost in Brussel? Zo neen, met welke argumenten weerlegt zij dit? Zo ja, hoe evalueert en duidt zij dit probleem en de evolutie ervan de voorbije decennia?

3) Wat is de taalverhouding bij de loketfuncties in de Brusselse vestigingen van bpost? Hoe is het mogelijk dat werknemers en ambtenaren die geen Nederlands praten, toch loketfuncties uitoefenen? Wat doet de overheid om die wettelijke verplichting en elementaire vorm van beleefdheid te waarborgen? Geeft bpost premies aan twee- en meertalige werknemers? Hoe definieert het in die context de twee- en meertaligheid? Hoeveel bedragen de premies? Wie controleert de tweetaligheid? Welke inspanningen leverden de minister en de regering om ervoor te zorgen dat het personeel van bpost de taal van de meerderheid van de inwoners van dit land machtig is? Worden taalcursussen georganiseerd? Zijn taalexamens verplicht voordat wordt overgegaan tot definitieve aanwervingen? Wat zal de minister op korte termijn doen om aan die onaanvaardbare situaties een einde te stellen?

Antwoord ontvangen op 13 juli 2011 :

Bpost verzekert mij dat het alle mogelijke inspanningen doet om de taalwetgeving te respecteren en deelt mij de volgende informatie mee.

Voor wat betreft de postkantoren in de 19 gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk gewest volgt bpost onderstaande regels.

De kennis van de 2de landstaal moet zowel door de statutaire als de contractuele personeelsleden worden aangetoond alvorens men in die kantoren in een ambt of betrekking benoemd of bevorderd kan worden.

Indien er geen sprake is van contact met het publiek, dient het personeelslid enkel een Selorattest te bezitten van een schriftelijk of computergestuurd examen over de elementaire kennis van de 2de landstaal.

Dit taalexamen van Selor heeft, bij toepassing van art.8 van het Koninklijk Besluit van 8 maart 2001, betrekking op de vaardigheid om elementaire mondelinge boodschappen te begrijpen en elementaire teksten te verstaan.

Indien er bij de uitoefening van de dienst wel sprake is van contact met het publiek (bv. postman-uitreiker; loketbediende), dan moet het personeelslid een Selorattest bezitten van een aanvullend of bijzonder examen waaruit een aan de aard van de functie aangepaste voldoende of elementaire kennis van de 2de landstaal blijkt.

Dit taalexamen van Selor heeft, bij toepassing van artikel 9 § 1 van het Koninklijk Besluit van 8 maart 2001, betrekking op het begrijpen van gebruikelijke mondelinge boodschappen en de vaardigheid om een gesprek te voeren over een onderwerp dat verband houdt met de functie, ingeval het gaat om personeelsleden die de hiërarchische meerdere zijn van andere personeelsleden, en op de vaardigheid om een elementair gesprek te voeren over een onderwerp dat verbandt houdt met de functie, ingeval het gaat om personeelsleden die géén hiërarchische meerdere zijn van andere personeelsleden.

Er wordt evenwel vastgesteld dat er een gebrek aan voldoende wettelijk tweetalige kandidaten bestaat voor dergelijke tweetalige functies, zodat bpost, teneinde de continuïteit van de openbare dienstverlening te kunnen blijven garanderen, in sommige gevallen verplicht is om ook niet-wettelijk tweetaligen tewerk te stellen op tweetalige betrekkingen.

In die gevallen wordt bij de aanwerving, tijdens het selectieïnterview, wel getest of de betrokken kandidaat dan toch tenminste over een voldoende feitelijke kennis beschikt van de 2de landstaal om de job in kwestie te kunnen uitoefenen. Van deze personeelsleden worden bovendien verwacht om intensief taalcurssen te volgen en om zo snel mogelijk het vereiste tweetaligheidsattest van Selor te bekomen.

1 en 2) Om de gevraagde evolutie in kaart te kunnen brengen (sinds 2006 – oudere cijfers zijn niet beschikbaar), werden volgende definities gehanteerd:

In december 2006 waren 71,2 % van de bpost-personeelsleden tewerkgesteld in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Nederlandskundig. In maart 2011 was dit 62,6 %. Deze evolutie is te verklaren enerzijds door het stijgend aandeel Franstalige personeelsleden (van 28, 8 % naar 37, 4 %), anderzijds de toename van het aantal tweetalige personeelsleden (met een Selorattest) van 10, 7 naar 22, 7 % .

3) Voor wat betreft de personeelsleden in loketfuncties is de evolutie als volgt:

Een toelage voor tweetaligheid wordt toegekend aan statutaire of contractuele personeelsleden op voorwaarde dat:

De toelage voor tweetaligheid bedraagt per maand:

Het opleidingscentrum van bpost heeft verschillende opleidingspakketten Frans of Nederlands om de kennis van die talen te verhogen. Het bedrijf moedigt de personeelsleden aan om deze opleidingen te volgen. Vorig jaar hebben 195 personeelsleden een taalcursus gevolgd.

Ik ben van oordeel dat de overheidsbedrijven ten volle de wetgeving inzake het gebruik van de talen dienen na te leven.