Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-11066

van André du Bus de Warnaffe (cdH) d.d. 5 februari 2014

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen

het achterblijven van de publicatie van het evaluatierapport van de zorgtrajecten

chronische ziekte
diabetes

Chronologie

5/2/2014Verzending vraag
13/2/2014Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-4709

Vraag nr. 5-11066 d.d. 5 februari 2014 : (Vraag gesteld in het Frans)

De zorgtrajecten hebben tot doel de samenwerking tussen personen met een chronische aandoening, hun huisarts, hun geneesheer-specialist en de andere zorgverleners (waaronder slechts twee opvoeders in diabetologie) zo goed mogelijk te laten verlopen. Het doel is een betere begeleiding van chronisch zieken en een betere opvolging van de patiënt te krijgen. Momenteel bestaan er twee zorgtrajecten: één voor type 2-diabetes en één voor chronische nierinsufficiëntie. In december 2009 heeft het Comite van de verzekering voor geneeskundige verzorging 58 proefprojecten van “lokale multidisciplinaire netwerken” goedgekeurd op basis van hun actieplan over 4 jaar.

We hadden graag het evaluatieverslag van de zorgtrajecten gehad op 14 november 2013, de werelddag voor diabetespatiënten. Dat is echter niet gelukt.

Het was ook niet niet beschikbaar op de nationale conferentie “Zorg voor chronisch zieken” die op initiatief van de minister werd gehouden op 28 november.

Blijkbaar was het verslag toen bijna klaar, maar moest het in december nog voorgelegd worden aan de artsen en ziekenfondsen.

Eind januari is het verslag nog steeds niet beschikbaar. We blijven wachten, maar er is weinig hoop dat er nog iets komt voor de verkiezingen.

We kijken uit naar de aanbevelingen van het RIZIV over de verlenging of eventuele bijsturing van de twee bestaande zorgtrajecten dan wel over het afvoeren ervan.

Kan de minister ons laten weten:

1) welke elementen de afwerking van dit verslag in de weg staan en met welke redelijke termijnen we nog moeten rekening houden voor we dit document kunnen raadplegen;

2) wat de budgettaire kosten zijn van deze twee zorgtrajecten gedurende 4 jaar, van 2009 tot 2013;

3) wat de gevolgen zijn van deze vertraging voor de lokale multidisciplinaire netwerken en de promotoren van zorgtrajecten;

4) wat het aantal lokale multidisciplinaire netwerken is die momenteel door het RIZIV erkend zijn;

5) waarom een patiënt die ingeschreven is in een diabetesovereenkomst niet dezelfde terugbetalingen krijgt als een patiënt in een zorgtraject;

6) of het afsluiten van een protocolakkoord tussen de federale staat en de deelstaten over een nationaal actieplan op de agenda staat van de volgende Interministeriële Conferentie Volksgezondheid?

Antwoord ontvangen op 13 februari 2014 :

De zorgtrajecten diabetes type 2 en chronisch nierinsufficiëntie werden vanuit verschillende oogpunten beoordeeld. Er werden vier evaluatierapporten opgesteld met de evaluatie van de impact op de zorgkwaliteit (Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid), de evaluatie van de patiëntentevredenheid en de perceptie van de ervaringen (diabetesverenigingen - Koning Boudewijnstichting), de analyse van de resultaten van de vragenlijsten van de diabeteseducatoren van de eerste lijn en diabetesconventiecentra (Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV)), en de evaluatie van de lokale multidisciplinaire netwerken (universitair team van de VUB). Een globaal evaluatierapport vat die 4 rapporten samen en formuleert besluiten en aanbevelingen voor de toekomst. Dat globaal evaluatierapport en die 4 rapporten werden pas gisteren (3 februari 2014) aan het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het RIZIV voorgelegd. Ingevolge de machtiging van 13 januari van het Verzekeringscomité om het rapport te verspreiden, werd een persbericht verspreid en werden het globale rapport en zijn bijlagen op de website van het RIZIV en op www.zorgtraject.be gepubliceerd.  

Volgens het RIZIV kostten de zorgtrajecten diabetes type 2 en chronische nierinsufficiëntie, in de periode van juni 2009 tot september 2013, 13.013.200,53 euro. Die kosten dekken de forfaitaire honoraria van de artsen, de diabeteseducatie in eerste of, indien nodig, in tweede lijn, de coaching van de educatoren van de eerste lijn door de diabetesconventiecentra, de diëtetiek, de podologie en het zelfregulatiemateriaal voor de patiënt. Al die maatregelen beogen een betere verzorging en zelfregulatie van de patiënt. 

Het RIZIV financiert thans 60 lokale multidisciplinaire netwerken (LMN). Het is de bedoeling dat ze een lokaal multidisciplinair netwerk opzetten dat alle actoren die aan de zorgtrajecten meewerken ondersteunt; de evaluatie beveelt aan om ze voort te zetten. De latere verspreiding van het rapport zal geen gevolgen hebben voor de LMN en de promotoren van de zorgtrajecten. Aangezien de overeenkomsten eind 2013 aflopen heeft de Nationale artsen-ziekenfondsencommissie van het RIZIV immers in juli 2013 zijn principieel akkoord gegeven om de LMN-overeenkomsten in 2014 te verlengen, met een verdere financiering van het LMN-personeel. Daarbij werd wel gezegd dat de nadere uitvoeringsregels van de overeenkomst en andere aspecten van de financiering op basis van de uitslag van de evaluatie zouden moeten worden vastgelegd. Het RIZIV heeft voor de periode 2014-2015 een nieuw LMN-overeenkomstenmodel opgesteld dat met de uitslag van de evaluatie rekening houdt. De nationale artsen-ziekenfondsencommissie en de Gewesten en Gemeenschappen hebben dat model goedgekeurd. Het Verzekeringscomité van het RIZIV heeft op afgelopen 3 februari het overeenkomstenmodel en de kandidaatstellingen van de LMN om een nieuwe overeenkomst te sluiten goedgekeurd.  

In het zorgtraject diabetes coördineert de huisarts de verzorging en follow-up van de patiënt, en dat gebeurt vooral in de eerste lijn. Een gespecialiseerd multidisciplinair team van de tweede lijn verzorgt en volgt patiënten in een diabetesovereenkomst in een diabetesconventiecentrum. Ze genieten er andere voordelen dan die van het zorgtraject, waaronder meer terugbetaald zelfregulatiemateriaal en een aan hun noden aangepast diabeteseducatieprogramma.  

Op de volgende interministeriële Conferentie Volksgezondheid van 24 februari 2014 zal een protocolakkoord betreffende het ten aanzien van de chronisch zieken te voeren gezondheidsbeleid worden voorgelegd, met de bedoeling om nog vóór het einde van dit jaar tot een actieplan te komen dat de steun van alle gezondheidszorgactoren en overheden geniet.