Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-11025

van Willy Demeyer (PS) d.d. 5 februari 2014

aan de minister van Justitie

Gevangenis – Drugs – Strijd tegen het binnenbrengen van drugs – Fouillering op het lichaam – Vernietiging door het Grondwettelijk Hof – Andere maatregelen

strafgevangenis
verdovend middel
gedetineerde
drugverslaving
uitvoering arrest Grondwettelijk Hof

Chronologie

5/2/2014Verzending vraag
28/4/2014Einde zittingsperiode

Vraag nr. 5-11025 d.d. 5 februari 2014 : (Vraag gesteld in het Frans)

Bij arrest van 29 januari 2014 heeft het Grondwettelijk Hof artikel 108, § 2, eerste lid van de basiswet van 12 januari 2005 betreffende het gevangeniswezen en de rechtspositie van de gedetineerden vernietigd.

De vernietigde bepaling werd ingevoerd door de wet van 1 juli 2013 en beoogde hoofdzakelijk het binnenbrengen van drugs in de gevangenis te bestrijden door de stelselmatige fouillering op het lichaam in te voeren.

Het Hof oordeelde dat de bepaling, door in een stelselmatige fouillering te voorzien, zelfs als de noodzaak ervan niet is aangetoond en zonder precieze verantwoording die te maken heeft met het gedrag van de gedetineerde, op discriminerende wijze afbreuk doet aan het verbod om op een vernederende wijze te worden behandeld.

1) In zijn motieven voert de verzoeker aan dat er een efficiënt en minder vernederend alternatief bestaat voor de stelselmatige fouilleringen, namelijk het inzetten van drugshonden. Beschikt u over gegevens die het mogelijk maken de kost en de efficiëntie van zo'n maatregel te beoordelen?

2) Verschillende studies hebben aangetoond dat in de gevangenissen één gedetineerde op drie reeds illegale drugs heeft gebruikt. De gevangenis vormt een belangrijke toegangspoort tot verslaving, net zoals verslaving een belangrijke toegangspoort tot de gevangenis vormt.

Welke maatregelen is de minister van plan te nemen, naar aanleiding van het arrest van het Grondwettelijk Hof, om het binnenbrengen van drugs in de gevangenis te bestrijden?