|
|
Ivoorkust - Politieke crisis - Kwijtschelding van schulden
Ivoorkust
armoede
vermindering van de schuld
politieke situatie
| 31/1/2011 | Verzending vraag |
| 1/3/2011 | Antwoord |
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1079
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1080
In het kader van het "HIPC-initiatief" (heavily indebted poor countries) staan nog een aantal schuldverlichtingen gepland voor arme landen met grote schuldenlast. Dit initiatief wil deze landen helpen op weg naar een duurzame schuldensituatie op middellange termijn. Er wordt verwacht dat zij hun bereidheid tot aanpassing tonen, door een voldoende duurzame toepassing van geschikte maatregelen, met andere woorden maatregelen gericht op de strijd tegen de armoede. In dat verband stellen de partnerlanden strategieën tot vermindering van de armoede op, in overleg met de civiele maatschappij en de donoren. Voor een aantal landen is het multilateraal HIPC-schuldenverlichtingsinitiatief nog niet afgerond. Sommige van die landen hebben bij de Belgische Nationale Delcrederedienst nog een uitstaande schuld die geheel of gedeeltelijk kan worden kwijtgescholden als het HIPC-voltooiingspunt is bereikt. Voor België gaat het onder meer over Ivoorkust, waarvan de Delcredereschuld nog 204,6 miljoen bedraagt.
Op dit moment bevindt Ivoorkust zich in een diepe crisis. De uitkomst blijkt allerminst duidelijk. Zittend president Laurent Gbagbo weigerde af te treden na zijn verkiezingsnederlaag. De Verenigde Naties, de Verenigde Staten en de Europese Unie erkenden oppositiekandidaat Ouattara als winnaar van de presidentsverkiezingen van 28 november 2010.
Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:
1) In welke mate beïnvloedt deze crisis het HIPC- voltooiingspunt voor Ivoorkust? Wordt het HIPC- proces bevroren tot de huidige crisis is oplost? Welke gevolgen heeft dit voor de schuldverlichting aan Ivoorkust? Werd die situatie besproken binnen de Club van Parijs? Zo ja, wat was het standpunt van de Belgische regering en tot welk resultaat leidde dit overleg? Zo neen, wordt dit besproken op de volgende vergadering en welk standpunt zal de Belgische regering aldaar innemen?
2) Op voorwaarde dat er in 2010 geslaagde verkiezingen worden georganiseerd werd in het kader van het HICP -initiatief aan Ivoorkust 3 miljard kwijtschelding beloofd. De verkiezingen mogen als geslaagd worden geëvalueerd, met een duidelijke winnaar. De verliezer wil die resultaten echter niet erkennen. Welke gevolgen heeft dit voor de kwijtschelding van de drie miljard schulden?
Het geachte lid gelieve hieronder antwoord te vinden op de door hem gestelde vragen.
Eind maart 2009 keurden de Wereldbank en het Internationaal monetair fonds (IMF) het Heavily indebted poor countries (HIPC)-beslissingspunt goed voor Ivoorkust. Tegelijkertijd keurde het IMF een “armoedebestrijdings- en groeifaciliteit “ goed voor dat land. In ruil voor financiële steun in het kader van die faciliteit engageerde Ivoorkust zich om een aantal macro-economische doelstellingen te verwezenlijken die moeten bijdragen tot het verwezenlijken van de doelstellingen in het kader van de door het land uitgewerkte armoedebestrijdingsstrategie. Om de zes maanden evalueert het IMF het lopende programma waarbij de vooropgestelde doelstellingen aan de bereikte beleidsresultaten worden getoetst. Bij een bevredigend resultaat wordt het samenwerkingsprogramma en de financiering ervan door het IMF voortgezet.
De lopende fase van het IMF-programma voor Ivoorkust eindigt op 31 maart 2011. Op dat ogenblik zal geëvalueerd worden of de voorwaarden voldaan zijn voor het in voege treden van de volgende fase. Omwille van de politieke crisis, die uiteraard een negatief impact heeft op de economische situatie, worden de kansen voor een positieve evaluatie van het lopende beleid met de dag kleiner. Indien de volgende fase van de armoedebestrijdings- en groeifaciliteit niet wordt goedgekeurd op 31 maart zal dit een vertraging van het HIPC-proces tot gevolg hebben. De kans wordt dan zeer klein dat het HIPC-voltooiingspunt zoals oorspronkelijk voorzien in het tweede semester van 2011 bereikt zal worden. Het gevolg daarvan is dat de voorziene algemene schuldverlichting op het HIPC-voltooiingspunt eveneens uitgesteld zal worden.
De situatie in Ivoorkust wordt op de voet gevolgd door de Club van Parijs. Zo werd de situatie besproken op de vergaderingen van 15 december 2010 en 18 januari 2011. Bij de laatste bespreking bleek dat de economie het, ondanks een recordoogst voor de cacao, steeds moeilijker krijgt door de aanhoudende politieke impasse. Er werd tevens op gewezen dat Ivoorkust momenteel reeds betalingsachterstallen heeft bij de Wereldbank. Tevens werd er gewaarschuwd voor het toenemend risico voor destabilisering op regionaal niveau door onder andere de toenemende vluchtelingenstroom naar Liberia. Het besluit van de bespreking was dat de kansen voor het bereiken van het voltooiingspunt in het tweede deel van 2011 ernstig verminderen. Bij de gevoerde besprekingen bleek vanwege alle leden van de Club van Parijs een bezorgdheid over de huidige ontwikkelingen in het land. Daarbij werd door geen enkele van de betrokken landen, en dus ook niet door België, een uitgesproken standpunt ingenomen.
De HIPC-schuldkwijtschelding voor Ivoorkust bij het voltooiingspunt hangt af van de realisatie van de macro-economische doelstellingen en de doelstellingen op het vlak van armoedebestrijding in het kader van de “Armoedebestrijdings- en groeifaciliteit”. Indien de huidige politieke impasse leidt tot een ontsporing van het met het IMF, de Wereldbank en de Club van Parijs afgesproken beleid leidt dit tot uitstel van de voorgenomen schuldkwijtschelding. Het HIPC-voltooiingspunt en de daaraan gekoppelde schuldkwijtschelding kan immers pas plaats hebben op het ogenblik dat Ivoorkust alle daaraan verbonden voorwaarden voor een goed macro-economisch en armoedebestrijdingsbeleid vervuld heeft.