Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-10162

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 22 oktober 2013

aan de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, toegevoegd aan de minister van Justitie

het lekken van informatie uit een individueel asieldossier

politiek asiel
verwijdering
illegale migratie
asielzoeker

Chronologie

22/10/2013Verzending vraag
24/10/2013Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-4014

Vraag nr. 5-10162 d.d. 22 oktober 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In haar optreden op 29 september in het zondagochtendprogramma De Zevende Dag bevestigde de Staatssecretaris dat ze achter de beslissing van haar administratie bleef staan. Daarvoor verwees ze naar het dossier dat bij de administratie berustte en dat gegevens bevatte waarover o.a. de pers niet beschikte. Met deze uitspraak opende de staatssecretaris heel ostentatief het vermoeden dat dit dossier onbekende maar bezwarende informatie zou bevatten. Juist daarom zou de negatieve beslissing omtrent Navid Sharafi toch gestand blijven.

De maandag daarop bleek het ganse dossier quasi integraal weergegeven in nagenoeg alle kranten. Het Nieuwsblad spreekt daarbij van een bron bij de Dienst Vreemdelingenzaken. Een achterdochtig mens zou hier onvermijdelijk een weluitgekiende strategie in zien. De advocaat van Sharifi sprak hierover, helemaal niet onbegrijpelijk, van een pure karaktermoord. Daarbij beklemtoonde hij dat de zogezegde bezwarende informatie door Sharifi zelf werd vermeld, meteen bij ondervraging en deze, omwille van een bloedwraak hieraan gekoppeld, een cruciaal element was van zijn verhaal.

Ik wil beklemtonen dat ik niet geloof dat de staatssecretaris in dit lekverhaal zelf een rol heeft gespeeld. Desondanks ruikt dit zaakje zeer onfris en kan men zich hierover deontologische en zelfs strafrechtelijke vragen over stellen. Dit smeekt om een onderzoek.

Hoe beoordeelt de staatssecretaris deze overduidelijke lek naar de media? Neemt zij dit ernstig en op welke manier zal zij dit bewijzen? Gaat zij akkoord dat er wellicht deontologisch en misschien ook wel strafrechtelijke overtredingen zijn begaan door mensen van de betrokken administraties? Zal de staatssecretaris hierover een onderzoek gelasten? Zo neen, waarom niet?

Is de staatssecretaris bereid om dit hele dossier gezien de recente ontwikkelingen alsnog voor te leggen aan de Commissie van Advies voor Vreemdelingen? Zo neen, waarom niet?

Antwoord ontvangen op 24 oktober 2013 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen.

Het is zo dat in gemediatiseerde gevallen, betrokken meestal de voor hen gunstige elementen aan de pers geven. Op zich kan ik dat uiteraard begrijpen.

Ik zal nooit citeren uit een individueel dossier. Maar ik mag wel wijzen op het algemene gegeven, en stellen dat mijn administraties in eer en geweten een afweging maken op basis van alle elementen in het dossier. Daarop wijzen is een noodzakelijke loyauteit ten aanzien van mensen die zich dag in dag uit inzetten om zeer kwalitatieve en onderbouwde beslissingen te nemen.

In deze hebt u in bepaalde artikels net als ik kunnen lezen en op de radio kunnen horen dat de advocaat zelf het dossier aan de pers heeft gegeven.