Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-7435

van Lieve Van Ermen (LDD) d.d. 7 april 2010

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie

Gezondheidszorg - Gebrek aan personeel - Project 600 - Evaluatie

gezondheidsverzorging
tekort aan arbeidskrachten
verplegend personeel
omscholing
onderwijs voor volwassenen
begrotingsfonds

Chronologie

7/4/2010Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 6/5/2010)
6/5/2010Antwoord

Vraag nr. 4-7435 d.d. 7 april 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Uit een antwoord op de vraag om uitleg nr. 4-1593 (Handelingen nr. 4-116 van 18 maart 2010, blz. 149) vernam ik dat het Project 600 opnieuw gelanceerd is. Daaruit maak ik op dat het project wordt geëvalueerd.

1. Hoe verloopt de evaluatie?

2. Wat zijn de resultaten van de evaluatie?

3. Hoe zit het met de voorwaarden die de medewerkers die in het systeem stappen moeten vervullen?

4. Wordt de evaluatie met de sector gecommuniceerd?

Antwoord ontvangen op 6 mei 2010 :

1 en 2. Zoals u reeds weet, is het percentage “niet-geslaagden” tussen 2001 en 2008 volgens de laatste studie van het IFG 27 %. Dit komt overeen met de openbare sector, waar het percentage 27,4 % is.

Er is dus weinig verschil tussen beide sectoren.

Het beheerscomité “Sociale Maribel” van de Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en Plaatselijke overheid (RSZPPO) heeft dan ook beslist de kandidaten te blijven selecteren op basis van de ingediende dossiers en niet door middel van een externe selectie, en door de voorkeur te geven aan een zo goed mogelijke studentenbegeleiding om zo het slaagcijfer op te trekken.

Het blijkt immers dat de oorzaak van niet-slagen en stopzetting verschillen naar gelang de leeftijd van de studenten.

Het percentage niet-geslaagden en stopzetters in de leeftijdscategorie 41-45 zou eerder te wijten zijn aan problemen betreffende de werkmethode, terwijl dit bij de groep van 31- tot 35-jarigen meer te maken heeft met een dalende motivatie en het organiseren van het dagelijkse leven.

Na deze eerste analyse zal de RSZPPO overgaan tot enquêtes bij de studenten om na te gaan of deze vaststellingen kloppen. Het komt erop aan uit te maken of het gaat bijvoorbeeld om een gebrek aan motivatie, een probleem op het vlak van werkmethode of organisatie.

Bovendien is het de bedoeling twee begeleiders in te schakelen om de studenten aanvullende ondersteuning te geven en om tevens de link met de school waar ze hun opleiding volgen te leggen.

De eerste begeleider is in dienst getreden op 1 maart.

3. Op zijn website en via de sociale partners heeft de RSZPPO een advies aan de “werknemers van de openbare sector” verspreid om hen op de hoogte te stellen van de mogelijkheden en de deelnamevoorwaarden van het project 600.

De dossiers moesten voor 30 april 2010 ingediend zijn.

Als bijlage vindt u het advies.

4. De evaluatie is wel degelijk aan de sociale partners meegedeeld: ze werd bezorgd aan het beheerscomité “Sociale Maribel” van de RSZPPO, die ze besproken heeft.