Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-6820

van Dirk Claes (CD&V) d.d. 8 februari 2010

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen

Inkomstenbelasting - Kwijtschelding - Aantallen - Oorzaken (Onbeperkt uitstel van de invordering)

inkomstenbelasting
belasting van natuurlijke personen
betalingstermijn
officiële statistiek
geografische spreiding
kwijtschelding van belastingschuld

Chronologie

8/2/2010Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 11/3/2010)
5/3/2010Antwoord

Vraag nr. 4-6820 d.d. 8 februari 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In het kader van mijn werkzaamheden in de Senaat ontving ik graag een antwoord op onderstaande vragen.

1. Van hoeveel Belgen werd in 2009 de inkomstenbelasting kwijtgescholden? Graag kreeg ik een opdeling per gewest en een vergelijking met voorgaande jaren.

2. Wat zijn de voornaamste redenen voor de kwijtschelding van de inkomstenbelastingen?

Antwoord ontvangen op 5 maart 2010 :

1. Overeenkomstig de vigerende wetsbepalingen, kan een kwijtschelding van de inkomstenbelasting slechts toegestaan worden in het kader van de procedure van collectieve schuldenregeling, zoals deze gewijzigd werd bij wet van 13 december 2005 houdende bepalingen betreffende de termijnen, het verzoekschrift op tegenspraak en de procedure van collectieve schuldenregeling (Belgisch Staatsblad 21december 2005).

Mijn administratie houdt evenwel geen statistieken bij waaruit het aantal belastingplichtigen kan gefilterd worden dat van een kwijtschelding van hun inkomstenbelasting heeft genoten.

Anderzijds kan de Gewestelijk directeur invordering sedert 1 januari 2005, en overeenkomstig de artikelen 413bis tot en met octies van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, een onbeperkt uitstel tot invordering van directe belastingen verlenen. Gelet op het feit dat deze gunstmaatregel vaak wordt geïnterpreteerd als een kwijtschelding van belastingschulden (wat het juridisch gezien absoluut niet is), veronderstel ik bovendien dat de vraag van het geachte lid hierop betrekking heeft.

Vooreerst dien ik op te merken dat er, inzake het onbeperkt uitstel van de invordering van directe belastingen geen statistieken per gewest, maar wel per directie, worden bijgehouden.

Er zijn slechts zes gewestelijke directeurs Invordering bevoegd om onbeperkt uitstel van de invordering der directe belastingen te verlenen; respectievelijk de gewestelijke directeur Invordering te Antwerpen, Brussel, Charleroi, Gent, Luik en Leuven. Voor de omschrijving van hun territoriale bevoegdheid verwijs ik naar mijn antwoord op de vraag gesteld door Mevrouw Sabien Lahaye-Battheu (Schriftelijke vragen en antwoorden, Kamer 2005-2006, nr. 105, blz. 19257).

Het geachte lid zal hierbij uitgesplitst per directie, en per kalenderjaar, het aantal dossiers willen vinden welke het voorwerp hebben uitgemaakt van een positieve beslissing.

Voor de gewestelijke directie Invordering Antwerpen:

o Kalenderjaar 2005: 87

o Kalenderjaar 2006: 82

o Kalenderjaar 2007: 128

o Kalenderjaar 2008: 20

o Kalenderjaar 2009: 69

Voor de gewestelijke directie Invordering Brussel:

o Kalenderjaar 2005: 59

o Kalenderjaar 2006: 254

o Kalenderjaar 2007: 237

o Kalenderjaar 2008: 55

o Kalenderjaar 2009: 60

Voor de gewestelijke directie Invordering Charleroi:

o Kalenderjaar 2005: 30

o Kalenderjaar 2006: 160

o Kalenderjaar 2007: 149

o Kalenderjaar 2008: 40

o Kalenderjaar 2009: 88

Voor de gewestelijke directie Invordering Gent:

o Kalenderjaar 2005: 264

o Kalenderjaar 2006: 146

o Kalenderjaar 2007: 181

o Kalenderjaar 2008: 49

o Kalenderjaar 2009: 113

Voor de gewestelijke directie Invordering Leuven:

o Kalenderjaar 2005: 13

o Kalenderjaar 2006: 66

o Kalenderjaar 2007: 137

o Kalenderjaar 2008: 44

o Kalenderjaar 2009: 59

Voor de gewestelijke directie Invordering Luik:

o Kalenderjaar 2005: 83

o Kalenderjaar 2006: 334

o Kalenderjaar 2007: 248

o Kalenderjaar 2008: 112

o Kalenderjaar 2009: 152

Bovendien heeft de overeenkomstig artikel 413quinquies, § 2, WIB 92 ingestelde commissie gedurende de kalenderjaren 2005 tot en met 2009, respectievelijk 13, 65, 59, 42 en 42 maal positief beslist omtrent een beroep ingesteld tegen een beslissing van de gewestelijk directeur Invordering inzake een verzoek om onbeperkt uitstel van de invordering van directe belastingen. Deze positieve beslissingen omvatten tevens een klein aantal beroepen ingesteld tegen een positieve beslissing van de bevoegde gewestelijk directeur, maar waarbij de commissie heeft beslist die beslissing te wijzigen.

2. De redenen waarbij aan een belastingplichtige enerzijds via de procedure van collectieve schuldenregeling een kwijtschelding van inkomstenbelastingen wordt verleend, of anderzijds een onbeperkt uitstel van de invordering van directe belastingen wordt toegestaan, zijn gelijklopend.

Zo mag de verzoeker immers telkens niet in staat zijn om, op duurzame wijze, zijn opeisbare of nog te vervallen schulden te betalen en zijn onvermogen niet kennelijk hebben bewerkstelligd. Bovendien mag, inzake de procedure betreffende het onbeperkt uitstel van de invordering, de belastingplichtige geen beslissing tot onbeperkt uitstel van de invordering hebben verkregen binnen de vijf jaar voorafgaand aan het verzoek.