Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-6769

van Franco Seminara (PS) d.d. 2 februari 2010

aan de minister van Justitie

Hoven en Rechtbanken - Vermindering van het aantal bodes ter terechtzitting - Motivatie - Maatregel zonder overleg en reflectie - Werkritme - Efficiëntie van het gerecht - Vrees van de bodes van de rechtbank van Bergen

griffies en parketten

Chronologie

2/2/2010Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 4/3/2010)
6/5/2010Einde zittingsperiode

Vraag nr. 4-6769 d.d. 2 februari 2010 : (Vraag gesteld in het Frans)

De toepassing van de ministeriële rondzendbrief nr. 154 van 23 december 2009 tot invoering van de drastische maatregel die de prestaties van de bodes ter terechtzitting met twee derden terugschroeft, doet de bodes ter terechtzitting vrezen voor het beheer van de dossiers die ze behandelen.

Sommige gerechtsbodes van de rechtbank van Bergen, met inbegrip van assisen, vrezen voor toekomstige vertragingen in de dossiers die ze moeten behandelen omdat ze snel de limiet zullen bereiken de prestaties die ze mogen leveren.

Een bode werkt in de schaduw : hij staat onder meer in voor de dossiers, de getuigen, de gedetineerden, de tolken, de burgerlijke partij.

Hij zorgt ook voor de begeleiding, het aanplakken en het afroepen. Hij is de gids in het systeem. Het aantal dossiers dat ter terechtzitting wordt behandeld, hangt van de bodes af.

De bodes vrezen dan ook dat een vermindering van hun aantal ook een vermindering van het aantal terechtzittingen tot gevolg zal hebben en dat de beperkingen die door de rondzendbrief worden opgelegd, nadelig zullen zijn voor de rechtzoekende en voor de efficiënte werking van het gerecht.

Als de bodes hun huidige werkritme in het concrete geval van de rechtbank van Bergen aanhouden, zal het quotum midden maart 2010 opgebruikt zijn. Vanaf vandaag zouden nog slechts vijf van de dertien medewerkers hun activiteit kunnen voortzetten en acht zouden definitief naar huis moeten.

Ik heb dan ook volgende vragen :

1. Welke motivatie heeft u geïnspireerd tot de uitvaardiging van de ministeriële rondzendbrief nr. 154 van 23 december 2009 tot beperking van de prestaties van de bodes ter terechtzitting?

2. Is de vrees van de vertegenwoordigers van de bodes in de rechtbank van Bergen volgens u gegrond?

3. Welk antwoord hebt u voor de bodes die van oordeel zijn dat een dergelijke rondzendbrief de uiting is van een beslissing die zonder overleg en zonder voorafgaande reflectie is genomen?