Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-5907

van Anke Van dermeersch (Vlaams Belang) d.d. 7 december 2009

aan de minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen

Handelsbalans - Tekort - Redenen - Maatregelen

handelsbalans
dienstensector
tertiaire sector

Chronologie

7/12/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010)
8/2/2010Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 4-5065

Vraag nr. 4-5907 d.d. 7 december 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Ons land heeft vorig jaar voor het eerst in zestien jaar een tekort geboekt op de handelsbalans.

De handelsbalans, een onderdeel van de betalingsbalans, weegt de geldwaarde van de ingevoerde goederen af tegen die van de producten die een land exporteert.

We zagen de handel in goederen vooral verslechteren door de stijging van de olieprijzen en andere ingevoerde grondstoffen. Ook de grotere auto-import, de daling van de diamantuitvoer en de dure euro speelden een aanzienlijke rol.

Exporteurs verloren veel meer marktaandeel dan hun Europese concurrenten, omdat drie structurele problemen de concurrentiekracht ondermijnen:

de loonkostenhandicap tegenover Duitsland, Frankrijk en Nederland neemt toe;

de uitvoer is te veel geconcentreerd op traag groeiende buurlanden en te weinig op snelgroeiende landen uit Azië;

de industrie produceert te weinig producten waarnaar de vraag sterk stijgt.

We exporteren vooral chemische producten, machines en vervoermaterieel en we importeren minerale brandstoffen, machines en chemische producten. Bovendien is die handel vooral gericht op onze buurlanden Duitsland, Frankrijk en Nederland.

Daarom deze vragen:

1.Is de geachte minister het eens met voormelde korte analyse van de redenen voor onze negatieve handelsbalans in 2008?

2.Verwacht hij voor 2009 opnieuw een negatieve handelsbalans?

3.Heeft hij concrete plannen om te zorgen voor positieve handelsbalansen in de toekomst?

4.Levert de handel in diensten nog altijd een overschot op?

Antwoord ontvangen op 8 februari 2010 :

Ik heb de eer mevrouw de senator mede te delen dat ik het grotendeels eens ben met haar analyse.

1. Inderdaad; de Belgische uitvoer is te veel gericht naar landen waar de vraag weinig dynamisch is. Eveneens is de Belgische export eerder gespecialiseerd in producten waar de internationale concurrentie zeer intens is.

Ons land voerde in 2008 vooral meer minerale brandstoffen, aardolie en distillatieproducten daarvan in: in vergelijking met 2007 nam de invoer toe met 15,6 miljard euro, wat overeenkomt met meer dan de helft van de toename van de goedereninvoer.

Daarnaast voerde België in 2008 ook meer motorvoertuigen en onderdelen in (+1,7 miljard euro), alsook meer machines, toestellen en mechanische werktuigen en onderdelen daarvan (+1,3 miljard euro).

De recentste gegevens over de Belgische goederenhandel hebben betrekking op augustus 2009. Het betreft nog voorlopige cijfers. Ook voor de eerste acht maanden van 2009 vertoont de handelsbalans een negatief saldo, -2,0 miljard euro, dat echter in absolute waarde kleiner is dan het tekort van de eerste acht maanden van 2008 (-5,4 miljard euro). Dit is vooral te verklaren door de sterkere daling van de invoer.

Voorts valt op dat zowel de uitvoer als de invoer tijdens de eerste acht maanden van 2009 gevoelig onder het niveau liggen van 2008, wat niet verwonderlijk is gezien de gevoelige verslechtering van de wereldconjunctuur tijdens deze periode.

België voerde tijdens de eerste acht maanden van 2009 vooral minder minerale brandstoffen, aardolie en distillatieproducten daarvan in (-13,6 miljard euro).

De Belgische uitvoer daalde tijdens de eerste acht maanden van 2009 met 38,3 miljard euro in vergelijking met de overeenkomstige periode van 2008. Ook hier werd de grootste daling opgetekend bij de minerale brandstoffen, aardolie en distillatieproducten daarvan (-9,2 miljard euro).

Daarnaast waren er ook sterke dalingen bij de uitvoer van motorvoertuigen en onderdelen (-6,0 miljard euro), gietijzer, ijzer en staal (-5,6 miljard euro), kunststoffen (-3,9 miljard euro), machines, toestellen, mechanische werktuigen en delen daarvan (-3,5 miljard euro),

2. De handelsbalans vertoonde in 2008 een tekort van 10,7 miljard euro. Dit komt neer op een uitzonderlijke inzinking, aangezien de handelsbalans traditioneel een cumulatief overschot vertoont aan het einde van het jaar. Het tekort van 2008 is grotendeels te verklaren door de stijging van de prijzen van de grondstoffen en energieproducten tijdens het jaar 2008.

Sedert het begin van het jaar 2009 stelt men een daling vast van de prijzen van deze producten, samen met een afname van de verhandelde hoeveelheden, wat te wijten is aan de crisis van de wereldeconomie.

De handelsbalans van 2009 zal waarschijnlijk een licht negatief saldo vertonen. Het verloop en het niveau van de bestanddelen (in waarde en in volume) van de handelsbalans zouden echter sterk verschillen van deze opgetekend in 2008. Volgens de gegevens van het recentste economische budget, verschenen in september jongstleden, zouden de uitvoer en de invoer in volume met respectievelijk 15%en 14% inkrimpen. De Belgische uitvoer en invoer zouden, dankzij een herstel van de wereldeconomie, in 2010 weer toenemen.

3. De handelsbalans laat zich niet bij wet of decreet regelen. Daarentegen moet het beleid zich richten op het versterken van de concurrentiekracht van de ondernemingen. Het Belgisch beleid moet bovendien worden ingekaderd in de Europese aanpak. Deze aanpak richt zich onder meer op de volgende punten:

Overigens merken wij op dat het hier voor een groot deel om beleidsdomeinen gaat die behoren tot de bevoegdheden van de gewesten (onderwijs, onderzoek en ontwikkeling, aantrekken van buitenlandse investeringen enz.).

4. De recentst beschikbare gegevens van de betalingsbalans tonen aan dat het dienstenverkeer tijdens de eerste zes maanden van 2009 een positief gecumuleerd saldo vertoont van bijna twee miljard euro. Dit is minder dan tijdens de eerste zes maanden van 2008, toen een positief saldo van drie miljard euro werd opgetekend. Deze daling is gedeeltelijk toe te schrijven aan de mindere prestaties bij het vervoer en de financiële diensten.