Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-590

van Yves Buysse (Vlaams Belang) d.d. 3 april 2008

aan de vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken

Federale politie - Nationale en arrondissementele tapkamers - Inzet van blinden en slechtzienden - Evaluatie van de proefperiode

politie
lichamelijk gehandicapte
integratie van gehandicapten
onderzoeksorganisme
gerechtelijke politie
telefoon- en briefgeheim
projectevaluatie

Chronologie

3/4/2008Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 8/5/2008)
1/7/2008Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 4-249

Vraag nr. 4-590 d.d. 3 april 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Medio 2007 werd een proefproject opgestart van de federale politie waarbij zes blinden en slechtzienden gedurende zes maand zouden worden ingezet als telefoontapper. Men gaat er – wellicht terecht – van uit dat deze personen een grote meerwaarde kunnen betekenen voor het analyseren van de informatie die via een telefoontap wordt verkregen.

Aangezien deze proefperiode achter de rug is, had ik graag geweten wat de evaluatie is en of er op basis van deze evaluatie meer blinden en slechtzienden aangeworven zullen worden voor de nationale en de arrondissementele tapkamers.

Antwoord ontvangen op 1 juli 2008 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen.

Op grond van de analyse van de behoeften van de verschillende gedeconcentreerde gerechtelijke directies, werden zes visueel gehandicapten aangeworven voor de tapkamers binnen drie van die directies. Begin juli 2007 zijn ze in dienst getreden; twee in Antwerpen, twee in Brussel, één Franstalige en één Nederlandstalige, evenals twee in Luik.

De evaluatie van de proefperiode wordt uitgevoerd in drie fasen. De bedoeling van de eerste fase was om na te gaan of de in plaatsstelling correct was verlopen en of er geen administratieve, logistieke of operationele problemen moesten worden aangepakt.

Uit deze eerste fase blijkt in het bijzonder dat de in plaatsstelling en de integratie van de nieuwe collega's bewonderenswaardig goed is verlopen. Er werden enkele kleine problemen aan het licht gebracht, maar deze werden ondertussen opgelost.

De tweede fase van de evaluatie, met als doel het werk van de aangeworven personen te evalueren, zette de meerwaarde van de visueel gehandicapte personeelsleden voor de tapkamers in de verf. Zij functioneren trouwens tot grote voldoening van hun chefs en zijn zeer gemotiveerd.

De derde fase van de evaluatie bestaat uit het opstellen van een eindverslag die de resultaten herneemt van de eerste twee fasen van de evaluatie.

Ondanks het feit dat het eindverslag thans nog wordt opgesteld, kan ik nu al aangeven dat de evaluatie zeer gunstig is, zoals trouwens blijkt uit de voormelde informatie. Bij de analyse van de toekomstige behoeften in de tapkamers van de federale politie zal die evaluatie dan uiteraard ook in aanmerking worden genomen.