Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-5715

van Anke Van dermeersch (Vlaams Belang) d.d. 7 december 2009

aan de minister van Justitie

Onvergunde vuurwapens - Vervolging - Identificatie van de bezitters

vuurwapen
persoonlijk wapen
gerechtelijke vervolging
gemeentepolitie
handvuurwapens

Chronologie

7/12/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010)
21/1/2010Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 4-4867

Vraag nr. 4-5715 d.d. 7 december 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In de provincie Antwerpen wordt dezer dagen druk ingezet op de identificatie van bezitters van onvergunde wapens, zo melden ons lokale media.

Vele burgers krijgen een brief vanwege de lokale of zonale korpsoverste in de bus met de vraag om voor een bepaalde datum " vrijwillig " afstand te doen van hun illegale wapens om strafrechtelijke vervolging te vermijden. Het gaat dus om een voorstel van minnelijke afhandeling van het dossier waarbij de loutere afgifte van de wapens wordt gevraagd in ruil voor straffeloosheid. De brief van de korpschef bevat ook een verwijzing naar een schrijven van het parket.

Het gaat in de praktijk evenwel over bezitters van illegaal geworden wapens als gevolg van de nieuwe wapenwet. Immers het feit dat mensen kunnen worden geïdentificeerd als bezitter van een onvergund wapen op basis van gegevens van de vergunningsuitreikende provinciale wapendiensten alsook van het Centraal Wapenregister, bewijst dat deze mensen ooit bezitter van een legaal of vergund wapen waren. Alleen hebben ze - ongetwijfeld in een meerderheid van de gevallen - geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om hun illegaal geworden wapens te laten regulariseren, net omdat er veel onduidelijkheid is geweest omtrent die nieuwe wapenwet. Ook werd er niet altijd en overal preventief gecommuniceerd met wapenbezitters vanwege lokale politiezones om er hen op te wijzen dat ze er goed aan doen om hun vervallen vergunningen tijdig opnieuw aan te vragen. Sommige politiezones deden dat wel, anderen niet.

Graag had ik van u het volgende vernomen:

1. Hoeveel inwoners van dit land bevinden zich op dit ogenblik in de voormelde situatie?

2. Worden deze mensen overal (in elke politiezone / gerechtelijk arrondissement) op dezelfde wijze gevraagd om hun wapens voor een bepaalde datum " vrijwillig " af te staan om strafvervolging te vermijden? Bestaan er hieromtrent significante regionale verschillen in het vervolgingsbeleid?

3. Als blijkt dat er over heel het land vele duizenden mensen toch geen gevolg zullen geven aan de laatste oproep om hun illegaal geworden vuurwapens in te leveren, zal er dan prioriteit worden gegeven om over te gaan tot systematische strafrechtelijke vervolging van deze burgers die ooit keurig in orde waren onder de oude wapenwet?

Antwoord ontvangen op 21 januari 2010 :

1. Over het aantal personen dat zich bevindt in de specifieke situatie zoals u beschrijft, worden geen aparte cijfers bijgehouden. De provinciale wapendiensten beschikken wel over lijsten van vroegere bekende wapenbezitters die zich tijdens de overgangsperiode niet in regel hebben gesteld. Dit is echter slechts een deel van de betrokkenen.

2. Het al dan niet aanschrijven van de betrokkenen is een initiatief dat wordt genomen door de lokaal bevoegde diensten. Ze zijn hiertoe niet verplicht. Dit maakt geen deel uit van een vervolgingsbeleid en is louter een laatste verwittiging.

3. Het vervolgingsbeleid terzake werd vastgelegd in een omzendbrief van het College van Procureurs-generaal van 18 juni 2009. Die omzendbrief is echter niet bestemd om een ruime verspreiding te krijgen.