Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-5606

van Nele Jansegers (Vlaams Belang) d.d. 7 december 2009

aan de minister van Justitie

Onrechtmatige hechtenissen - Onwerkzame hechtenissen - Aantallen - Schadevergoedingen

voorlopige hechtenis
gerechtelijke dwaling
vergoeding
gevangenisstraf
rechten van de verdediging
officiële statistiek

Chronologie

7/12/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010)
6/5/2010Einde zittingsperiode

Herindiening van : schriftelijke vraag 4-2557

Vraag nr. 4-5606 d.d. 7 december 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

We lezen af en toe in de krant dat verdachten, die waren opgesloten, terug werden vrijgelaten. In sommige gevallen zijn er te weinig bewijzen om hen nog langer van hun vrijheid te beroven, maar soms wordt de echte schuldige gevonden en is de onschuld van de verdachte die was opgesloten bijgevolg een feit.

Hoewel voor de verdachte tijdens zijn voorlopige hechtenis het vermoeden van onschuld blijft bestaan, heeft een onterechte vrijheidsberoving, die bijvoorbeeld - ondanks de opportuniteitscontroles door de raadkamer - verschillende maanden duurde, ontegensprekelijk erg zware gevolgen voor de onschuldige.

De wet van 13 maart 1973 betreffende de vergoeding voor onwerkzame voorlopige hechtenis voorziet in dergelijke gevallen in een tegemoetkoming.

Deze wet heeft het hierbij enerzijds over de zogenaamde onrechtmatige hechtenis (artikel 27) wanneer artikel 5 van het Europees Verdrag tot de bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) werd geschonden. In dit geval is een vordering tot schadevergoeding mogelijk voor de burgerlijke rechtbanken tegen de Belgische Staat, vertegenwoordigd door de minister van Justitie.

Anderzijds heeft deze wet betrekking op de onwerkdadige of onwerkzame hechtenis (artikel 28), wanneer de "verdachte" na meer dan acht dagen in voorlopige hechtenis te hebben gezeten, in één van de volgende gevallen verkeert :

- hij is door een in kracht van gewijsde gegane rechterlijke beslissing rechtstreeks of onrechtstreeks buiten de zaak gesteld ;

- indien hij, na een beschikking of een arrest van buitenvervolgingstelling te hebben bekomen, zijn onschuld kan bewijzen ;

- indien hij werd aangehouden of in hechtenis was gebleven nadat de strafvordering was verjaard ;

- indien hij buiten vervolging werd gesteld omdat het feit geen misdrijf oplevert.

In dit geval kan een vergoeding naar billijkheid worden toegekend, met "inachtneming van alle omstandigheden van openbaar en privaat belang". Hiervoor dient een verzoekschrift te worden gericht aan de minister van Justitie. Indien de vergoeding geweigerd wordt, het bedrag onvoldoende wordt geacht, of wanneer de minister niet binnen de zes maanden beslist, kan de benadeelde zich "in beroep" wenden tot een administratieve commissie.

Vandaar deze vragen, waarbij ik graag de gegevens van de laatste tien jaar, opgedeeld per jaar, had gekend :

A. Onrechtmatige hechtenis :

In hoeveel gevallen was sprake van een onrechtmatige hechtenis, zoals bedoeld in artikel 27 van bovenvermelde wet ? Welk aandeel vertegenwoordigen deze cijfers ten opzichte van het aantal voorlopige hechtenissen ?

Wat was de gemiddelde duur van deze vrijheidsberoving in geval van onrechtmatige hechtenis ?

Hoeveel benadeelden stelden ten gevolge daarvan een vordering tot schadevergoeding in bij de burgerlijke rechtbank ? Op hoeveel vorderingen daarvan werd ingegaan ? Kan de geachte minister mij eveneens meedelen hoeveel de gemiddelde schadevergoeding bedroeg ? En hoelang moet de betrokkene gemiddeld wachten op deze schadevergoeding na uitspraak van de rechtbank ?

B. Onwerkdadige hechtenis :

In hoeveel gevallen was de voorbije tien jaar sprake van een onwerkdadige hechtenis, zoals bedoeld in artikel 28 ? Welk aandeel vertegenwoordigen deze cijfers ten opzichte van het aantal voorlopige hechtenissen ? Kan de hij mij ook cijfergegevens verstrekken op basis van welk van de vier criteria de hechtenis onwerkdadig werd verklaard ?

Wat was de gemiddelde duur van deze vrijheidsberoving in geval van onwerkdadige hechtenis ?

Hoeveel benadeelden stelden ten gevolge daarvan een vordering tot schadevergoeding in bij de burgerlijke rechtbank ? Op hoeveel vorderingen daarvan werd ingegaan ?

Hoeveel benadeelden stelden een verzoekschrift op, gericht aan de minister van Justitie ? Op hoeveel verzoekschriften werd ingegaan ? Kan de hij mij eveneens meedelen hoeveel de gemiddelde vergoeding bedroeg ? En hoelang moet de betrokkene gemiddeld wachten op deze schadevergoeding na een positieve beslissing ?

In hoeveel gevallen heeft de betrokkene zich "in beroep" gewend tot de administratieve commissie ?

In hoeveel gevallen ging het om een weigering van de minister ?

In hoeveel gevallen ging het om een onvoldoende geacht toegekend bedrag ?

In hoeveel gevallen ging het om een geval waarbij de beslissing niet werd genomen binnen de wettelijke termijn van zes maanden ?

Hoelang moet de betrokkene gemiddeld wachten op een schadevergoeding na oordeel van de beroepscommissie ?

C. Hoeveel werd jaarlijks begroot voor het toekennen van schadevergoedingen in geval van onrechtmatige en onwerkdadige hechtenis ?

D. Hoeveel veroordeelden, na uitspraak van een strafvonnis of -arrest, werden de afgelopen tien jaar, onderscheid makend per jaar, alsnog "vervroegd" in vrijheid gesteld omdat zij onterecht van hun vrijheid werden beroofd ? Hoelang was gemiddeld de duur van deze vrijheidsberovingen ?