Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-5300

van Louis Ide (Onafhankelijke) d.d. 7 december 2009

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie

Huisartsen - Huisbezoeken - Vergoeding van de verplaatsingen - Aanmoedigen van andere oplossingen

dokter
algemene geneeskunde

Chronologie

7/12/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010)
5/1/2010Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 4-4716

Vraag nr. 4-5300 d.d. 7 december 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het huisartsenvak is in beweging, mede door Impulseo 1,2,3 en andere beleidsdaden zit er dynamiek in. Er zijn nog wat mankementen en er kan nog veel gebeuren voor de huisartsen maar toch veranderen bepaalde situaties in het veld. Zo ontstaan er meer en meer wachtposten voor huisartsen. Het concept is zeker bekend bij de geachte minister, een centrale goed ondersteunde wachtpost met secretariaat, chauffeur,… komt meer en meer voor.

Door deze nieuwe concepten duiken ook problemen op, die kunnen verholpen worden. Ik signaleer graag een specifiek probleem aan de hand van twee willekeurige casussen.

De huisartsenwachtpost onder de huisartsenkoepel regio Turnhout functioneert uitstekend. In 2008 participeerden maar liefst 143 huisartsen in de wachtpost. Deze huisartsenwachtpost staat in voor een gebied dat zich uitstrekt over Arendonk, Beerse, Dessel, Gierle, Oud-Turnhout, Retie, Turnhout, Vlimmeren, Vosselaar, Wechelderzande, Hoogstraten, Meer, Meerle, Minderhout, Wortel, Ravels, Weelde, Poppel, Baarle-Hertog, Merksplas en Rijkevorsel. Dit gebied bestrijkt 174 810 mensen over een oppervlakte van 602,79 vierkante kilometer.

Interessant om weten is dat er in 2008 18 319 contacten waren, waarvan 82.1% raadplegingen en toch nog 17.9% huisbezoeken.

En over dit laatste wil ik het hebben. Het honorarium voor een huisbezoek is geënt op wat "vroeger gangbaar was". De huisarts was toen niet georganiseerd in een wachtpost en de afstanden waren beduidend kleiner.

Door de creatie van de wachtposten zijn de afstanden beduidend groter geworden. Zo gebeurt het regelmatig dat een huisarts in totaal twee uur onderweg is voor één huisbezoek!

Nu ben ik op de hoogte van een bestaande omzendbrief vanuit het RIZIV (Omzendbrief VI, nr. 2003/211) die de vergoeding voorziet inzake transport, per kilometer "reiskosten in plattelandsstreken". De reiskosten worden dan opgeschreven op het getuigschrift conform de lijst verbonden aan de omzendbrief. De lijst dateert al van 2003 toen wachtposten nog niet bestonden zoals ze nu bestaan. Bizar is ook dat de lijst enkel een stuk van de provincie West-Vlaanderen omvat en gigantisch veel Waalse gemeentes. Of het nu Turnhout, Mol, Eeklo, … is, ze komen niet in aanmerking.

1. Is de door mij aangehaalde omzendbrief en lijst nog steeds actueel? En vindt de geachte minister deze eigenlijk nog actueel?

2. Hoe verklaart ze dat bepaalde uitgestrekte gemeentes niet op de lijst staan?

3. Is zij bereid de lijst aan te passen aan de hedendaagse realiteit zoals bijvoorbeeld in Turnhout?

4. Is zij bereid het huisbezoek duurder te maken ten einde de huisarts beter te honoreren, maar ook -door middel van remgeld- het huisbezoek te ontraden bij de patiënt. Immers de beste zorgen gebeuren in het kabinet en niet thuis.

5. Is zij niet bereid meer na te denken over een concept waarbij de patiënt naar de wachtpost gebracht wordt in plaats van omgekeerd (de huisarts die zijn tijd verliest door naar de patiënt te rijden)?

6. Beseffende dat huisbezoeken soms onvermijdelijk zijn en dat patiënten soms niet getransporteerd kunnen worden, wat wil zij ondernemen om aan dit probleem het hoofd te bieden.

Antwoord ontvangen op 5 januari 2010 :

  1. De lijst waarvan u gewag maakt (reiskosten in de plattelandsstreken, omzendbrief VI nr. 2003/211) is al meermaals geactualiseerd op basis van de gegevens en de aanvragen die wij hebben ontvangen.

    De recentste lijst is opgenomen in de omzendbrief VI nr. 2005/243 van 12 augustus 2005.

  2. Volgens het Nationaal akkoord geneesheren – ziekenfondsen van 20 juni 1988, dat is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 30 juli 1988, moet onder plattelandsstreken het volgende worden verstaan: “administratieve arrondissementen waar de bevolkingsdichtheid niet hoger is dan 150 inwoners per km² alsmede het arrondissement Thuin, de gemeenten Alveringem en Veurne en de lokaliteiten Anthisnes, Aywaille, Comblain-au-Pont, Dolembreux, Esneux, Fraipont, Gomzé-Andoumont, Louveigné, Rouvreux, Sougné-Remouchamps en Sprimont (vroeger het kanton Louveigné)…”

    Ter herinnering wat meer in het algemeen de huisbezoeken betreft: “De verstrekkingen inzake het bezoek uitgevoerd door de algemeen geneeskundige met verworven rechten of de erkende huisarts omvatten behalve het honorarium van het hierboven omschreven bezoek (N), het beschikbaarheidshonorarium (D) alsook de verplaatsingsonkosten (E).” (uittreksel uit artikel 2 van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen).

  3. In het akkoord 2009 heeft de Nationale Commissie Geneesheren – Ziekenfondsen (NCGZ) tot taak een regeling uit te werken waardoor de beschikbaarheidshonoraria die verschuldigd zijn voor een welbepaalde huisartsenzone, door de huisartsenkring kunnen worden aangewend en herverdeeld met het oog op de correcte honorering van de huisartsen die meewerken aan vernieuwende organisatievormen.

    Voorts vestig ik uw aandacht erop dat elke wachtpost over een vast jaarlijks werkingsbudget beschikt dat door het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV) wordt gestort. Elke wachtpost kan dat naar goeddunken besteden en bijvoorbeeld beslissen de artsen te vergoeden voor de - naar hun mening – extra taken of voor het invoeren van een transportsysteem voor de artsen tijdens de wachtdiensten.

  4. Het persoonlijk aandeel van de patiënt voor een huisbezoek is thans al hoger dan voor een raadpleging. Een bijkomende stijging is niet aan de orde. De honoraria voor de huisbezoeken tijdens de wachtdiensten werden trouwens de laatste jaren reeds meerdere malen geherwaardeerd.

  5. In de huidige omstandigheden kan een dergelijk initiatief volgens mij moeilijk worden ingevoerd. En zelfs indien er lokale initiatieven, zoals de “sociale taxi’s” bestaan, moet men de verantwoordelijkheid op het vlak van de gezondheid die dergelijke initiatieven meebrengen niet minimaliseren.

    Ik herinner u eraan dat er voor alle ernstige medische spoedgevallen de dienst “100” bestaat, die de patiënt naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis kan vervoeren.

  6. Zoals u zelf opmerkt, kunnen sommige patiënten zich niet verplaatsen en moet een huisbezoek worden afgelegd. Voor dergelijke gevallen zijn dan ook de huisbezoeken bedoeld.