Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-5134

van Hugo Vandenberghe (CD&V) d.d. 1 december 2009

aan de minister van Justitie

Veroordeelden - Elektronisch toezicht - Controle - Uitbreiding

vervangende straf
voorlopige hechtenis
officiële statistiek

Chronologie

1/12/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 1/1/2010)
3/5/2010Antwoord

Vraag nr. 4-5134 d.d. 1 december 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Heel wat veroordeelden in ons land staan onder elektronisch toezicht.

Op dit ogenblik zou dit systeem op meer dan 1000 veroordeelden worden toegepast. Uiteraard heeft dit gevolgen voor de controle van de gedetineerden.

Graag had ik een antwoord gekregen op de volgende vragen:

1.Hoeveel personen droegen de voorbije tien jaar een enkelband? Graag had ik een uitsplitsing per jaartal bekomen?

2.Tot welke straffen werden die personen veroordeeld?

3.Wat is de gemiddelde duur van de straffen die deze personen kregen?

4.Hoeveel personen die met een enkelband rondliepen, hebben in de voorbije tien jaar een ontsnappingspoging ondernomen? Hoeveel ontsnappingspogingen waren succesvol? Graag had ik een uitsplitsing per jaartal bekomen.

5.Tot hoeveel personen wenst de minister het systeem van de enkelband uit te breiden tegen het einde van deze legislatuur?

6.Acht hij het wenselijk het systeem van de enkelband uit de breiden tot de personen in voorlopige hechtenis? Zo ja, in welke gevallen zal dat dan mogelijk zijn? Acht hij het raadzaam hiervoor een wetswijziging voor te bereiden?

7.Hoeveel personen staan in voor de monitoring van personen met een enkelband? Wat wordt dagelijks exact opgevolgd? Acht hij het raadzaam dit personeelsbestand uit te breiden? Om hoeveel personen zou het desgevallend gaan?

Antwoord ontvangen op 3 mei 2010 :

1. Het antwoord op deze vraag is terug te vinden in Bijlage 1.

2. Deze personen werden allen minstens veroordeeld tot een vrijheidsstraf. Enkel de vrijheidsstraffen komen momenteel in aanmerking voor de toekenning van elektronisch toezicht.

Wat de opdeling van de straffen betreft, kan men stellen dat vandaag 29 % van de personen onder elektronisch toezicht veroordeeld werden tot een vrijheidsstraf waarvan het totaal minstens drie jaar bedraagt en 71 % van hen tot een vrijheidsstraf waarvan het totaal drie jaar of minder bedraagt (respectievelijk 282 en 692 voor een totaal van 974 actieven op 22 december 2009). Deze tendens is relatief stabiel sinds mei 2007.

3. Het informaticasysteem PROGSEET laat niet toe om de gemiddelde duur te bepalen van de straffen waartoe de personen geplaatst onder ET werden veroordeeld.

Bovendien vormt de duur van de straf geen criterium om toegelaten te worden tot het elektronisch toezicht. De duur van de straf bepaalt enkel welke instantie beslist over de toekenning van deze strafuitvoeringsmodaliteit. Meer bepaald: de Strafuitvoeringsrechtbank (SURB) voor de personen veroordeeld tot een vrijheidsstraf waarvan het uitvoerbaar gedeelte meer dan drie jaar bedraagt en de gevangenisdirecteur of de Directie Detentiebeheer (DDB = ex-DIG) voor de personen veroordeeld tot een vrijheidsstraf waarvan het uitvoerbaar gedeelte drie jaar of minder bedraagt.

4. De term ontsnapping zoals die wordt opgevat in het kader van een gevangenisstraf heeft niet dezelfde betekenis als in het kader van het elektronisch toezicht waar men volgende omschrijvingen gebruikt: “niet-naleving van de voorwaarden verbonden aan het elektronisch toezicht” of “doelbewuste beschadiging van het bewakingsmateriaal”.

Het afnemen van de elektronische enkelband vormt dus een aspect van het niet-naleven van de voorwaarden die worden opgelegd aan de justitiabele. Zodra zulke situatie wordt vastgesteld door de monitoring en de justitieassistent, wordt dit onmiddellijk gesignaleerd aan de opdrachtgever (SURB, gevangenis, DDB). Vervolgens is het aan deze opdrachtgever om de gepaste maatregelen te nemen, waaronder de opschorting of de herroeping van de maatregel, die de heropsluiting van de veroordeelde tot gevolg kunnen hebben

De cijfergegevens betreffen het aantal beslissingen tot herroeping wegens niet naleven van de voorwaarden. Het programma SIPAR is niet in de mogelijkheid om specifieke cijfers te geven over het aantal ontsnappingen.

De opvolging en begeleiding van het ET is pas sinds 1 september 2007 een bevoegdheid van de justitiehuizen. De gegevens kunnen bijgevolg pas vanaf deze datum door SIPAR, het informaticaprogramma van de justitiehuizen, geleverd worden.

- 2007: 56 beslissingen tot herroeping werden genomen door de opdrachtgevers op een totaal van 542 begeleidingen afgesloten tussen 1 september en 31 december. Dit is 10.33 % van het totaal aan ET- begeleidingsopdrachten.

- 2008: 282 beslissingen tot herroeping werden genomen door de opdrachtgevers op een totaal van 2378 begeleidingen afgesloten tussen 1 januari en 31 december. Dit is 11,85 % van het totaal aan ET- begeleidingsopdrachten.

- 2009: 337 beslissingen tot herroeping werden genomen door de opdrachtgevers op een totaal van 3007 begeleidingen afgesloten tussen 1 januari en 31 december. Dit is 11,20 % van het totaal aan ET- begeleidingsopdrachten.

5. De nota “Straf- en strafuitvoeringsbeleid: overzicht en ontwikkeling” van februari 2010 voorziet in een uitbreiding van de toepassing van het ET in 2010. Deze uitbreiding zal progressief van start gaan vanaf 1 april 2010, meer bepaald de datum van de inwerkingtreding van het nieuw contract (afgesloten met de firma Elmo-Tech) dat voorziet in de vervanging van het materiaal van het elektronisch toezicht. Dit contract zal het mogelijk maken om de technische capaciteit voor de dagelijkse opname van personen onder ET gradueel te verhogen tot 1500 veroordeelden.

6. In januari 2010 heeft het NICC ons een eindrapport over de toepassingsmogelijkheden van het elektronisch toezicht in het kader van de voorlopige hechtenis overgemaakt. Het rapport bevat geen eenduidige besluiten om het elektronisch toezicht meteen in te voeren in de fase van het vooronderzoek in strafzaken. De studie wijst onder meer op de kostprijs, juridische en praktische bezwaren bij invoering van elektronisch toezicht in de fase van de voorlopige hechtenis. Zij stelt ook vragen bij het daadwerkelijke effect op de beklaagden-populatie in de penitentiaire inrichtingen. Het onderzoeksrapport moet de basis zijn voor verder overleg met de actoren.

De uitbreiding van het toepassingsgebied in het kader van de voorlopige hechtenis zal deel uitmaken van de opdracht die aan de multidisciplinaire commissie wordt toevertrouwd die nog opgericht moet worden. Het is binnen dit kader dat wettelijke en/of juridische aspecten zullen worden geanalyseerd.

7. Momenteel stelt het Nationaal Centrum voor Elektronisch Toezicht 32 ambtenaren te werk (17 Nederlandstaligen + 15 Franstaligen) die belast zijn met het toezicht op afstand- de monitoring - op de bewegingen van komen en gaan van de veroordeelden die in hun verblijfplaats onder ET zijn geplaatst.

14 ambtenaren van de Mobiele Eenheid, die behoort tot het Directoraat-generaal van de Penitentiaire Inrichtingen, zorgen voor de plaatsing van het elektronisch materiaal (enkelbanden en bewakingsbox) en voor de technische interventies die hiermee gepaard gaan.

De justitieassistenten die belast zijn met de opvolging van de justitiabelen onder ET in het kader van een sociale begeleiding, vertegenwoordigen momenteel 75,7 Voltijdse Equivalenten (40 Nederlandstaligen en 35,7 Franstaligen).

Concreet wordt er een band aangebracht aan de enkel van de justitiabele en wordt er een elektronische bewakingsbox geïnstalleerd op het verblijfsadres waar de justitiabele de maatregel moet uitvoeren.

De controle van de bewegingen van komen en gaan van de justitiabele wordt uitgevoerd door de dienst Monitoring van het Nationaal Centrum voor Elektronisch Toezicht (NCET). Deze dienst contacteert de justitiabele telefonisch elke keer dat er een probleem wordt vastgesteld bij de naleving van het uurrooster. Ze brengt ook onmiddellijk de justitieassistent hiervan op de hoogte.

Een justitieassistent (JA), de referentiepersoon voor deze maatregel, is aangesteld om de sociale begeleiding van de persoon onder ET te verzekeren. Deze justitieassistent zal er op toezien dat alles correct verloopt en verschaft hem de nodige informatie voor het goede verloop van zijn maatregel.

De justitieassistent werkt met de justitiabele een uurrooster uit die het hem mogelijk maakt om activiteiten verbonden aan de verplichte voorwaarden uit te voeren (werk, opleiding, therapeutische of psychosociale begeleiding, enz.). Daarbij wordt rekening gehouden met de tijd die strikt noodzakelijk is om zijn verplaatsingen uit te voeren.

De JA moet ook waken over de naleving van de voorwaarden die door de opdrachtgever (gevangenisdirecteur, DDB of SURB) werden opgelegd en over de naleving van het opgestelde uurrooster. Hij ontmoet de justitiabele regelmatig, ofwel tijdens een huisbezoek ofwel tijdens een gesprek in het justitiehuis. Op welbepaalde momenten of telkens wanneer de dringendheid het vereist brengt hij verslag uit aan de opdrachtgever om hem te informeren over het verloop van de maatregel.

Er moet op gewezen worden dat het niet-naleven van de opgelegde voorwaarden, het niet-naleven van de uurroosters en de doelbewuste beschadiging van het bewakingsmateriaal, de herroeping van de maatregel door de opdrachtgever (gevangenisdirecteur, DDB of SURB) tot gevolg kan hebben.

De nota “Straf- en strafuitvoeringsbeleid: overzicht en ontwikkeling” van februari 2010 voorziet een uitbreiding van de toepassing van het elektronisch toezicht in 2010. Deze uitbreiding heeft als doel het aantal personen dat onder elektronisch toezicht geplaatst wordt, te verhogen.

Met betrekking tot het personeel heeft het DGMJH een versterking van 21 justitieassistenten voor het uitvoeren van elektronisch toezicht gekregen. Wat het aantal medewerkers van de monitoring betreft, voorzien de budgettaire ramingen een proportionele stijging van ongeveer 50 % ten opzichte van het huidige kader.

Bijlage 1

Antwoord 1.

Voorafgaande opmerking : De cijfers in onderstaande antwoorden zijn afkomstig van het informaticaprogramma PROGSEET (van het Nationaal Centrum voor Elektronisch Toezicht verbonden aan het Directoraat-generaal Justitiehuizen). We zijn niet in staat om cijfers te bezorgen die betrekking hebben op de periode van 2000 tot 2004.

Tabel 1 : Het total aantal personen geplaatst onder elektronisch (ET) toezicht per jaar.


Totaal aantal plaatsingen onder ET

2005

1 250

2006

2 047

2007

1 919

2008

2 124

2009

2 927

TOTAAL

10 267