Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-4560

van Nele Jansegers (Vlaams Belang) d.d. 24 september 2009

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie

FOD Sociale Zekerheid - Taalkaders - Gebrek aan evenwicht tussen Nederlandstaligen en Franstaligen - Maatregelen

ministerie
taalgebruik
Vaste Commissie voor Taaltoezicht

Chronologie

24/9/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 29/10/2009)
24/11/2009Antwoord

Vraag nr. 4-4560 d.d. 24 september 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Uit het jaarverslag van de Vaste Commissie voor Taaltoezicht (VCT) voor het jaar 2008 blijkt dat zich op 1 april van dat jaar bij de FOD Sociale Zekerheid verschillende evenwichtsverstoringen voordeden. Op het niveau van de directiebetrekkingen was er een evenwichtsverstoring op de eerste trap van de hiërarchie (5 Franstaligen – 3 Nederlandstaligen), alsook op de tweede trap (24 Franstaligen – 21 Nederlandstaligen).

Op de lagere trappen, met een verhouding van 45,73 procent Franstaligen tot 54,27 procent Nederlandstaligen, was er een belangrijke evenwichtsverstoring op de derde trap (130 Franstaligen – 118 Nederlandstaligen, dus een verhouding van 52,42% tot 47,58% ). Er is ook een belangrijke evenwichtsverstoring op de vierde trap (174 Franstaligen – 176 Nederlandstaligen, dus een verhouding van 49,71% tot 50,29% ).

Daarnaast was er een evenwichtsverstoring op de vijfde trap van de hiërarchie (75 Franstaligen – 82 Nederlandstaligen, dus een verhouding 47,77 procent tot 52,23 procent).

Zijn deze scheeftrekkingen intussen op alle niveaus rechtgezet?

Welke maatrgelen heeft de geachte minister reeds genomen om soortgelijke evenwichtsverstoringen te voorkomen?

Hoe komt het dat bij de FOD Sociale Zekerheid alle door de VCT vermelde evenwichtsverstoringen in het nadeel van de Nederlandstaligen zijn? Wijst dit niet op systematische discriminatie?

Antwoord ontvangen op 24 november 2009 :

Op de trappen 1 en 2 moet er steeds een evenwicht zijn tussen de Nederlandstalige (N) en Franstalige (F) betrekkingen.

Op 25-9-2009 was de verhouding op trap 1: 3 N en 2 F.

Bij de aanwervingen van de nieuwe mandatarissen zal rekening gehouden worden met de taalrol van de kandidaten om het taalevenwicht te herstellen.

Op 25-9-2009 was de verhouding op trap 2 : 35N en 39 F (47,3 % - 52,7 %)

De verhoging van de aantallen is een gevolg van een bevorderingsoperatie in het kader van de toepassing van de functiecartografie niveau A. De Federale Overheidsdienst (FOD) engageerde zich om de openstaande betrekkingen bij voorrang in te vullen door Nederlandstalige titularissen, zodat het taalevenwicht kan hersteld worden.

Op de trappen 3 tot 5 wordt het evenwicht tussen het aantal betrekkingen N en F bepaald door het taalkader.

Het taalkader (KB van 12 december 2006, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 17 januari 2007) dat in 2008 van toepassing was, voorzag een verhouding 54,27 % (N) – 45,73 % (F).

Dit taalkader werd intussen geannuleerd door een arrest van de Raad van State. Er werd een nieuw taalkader opgesteld (koninklijk besluit van 17 juli 2009, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 31 juli 2009). De verhouding bedraagt nu 50,54 % (N) – 49,46 % (F).

Op 25 september 2009 was de verhouding op trap 3 : 129 N en 129 F (50 % - 50 %).

Op 25 september 2009 was de verhouding op trap 4 : 170 N en 162 F (51,2 % - 48,8 %).

Op 25 september was de verhouding op trap 5 : 82 N en 68 F (54,6 % - 45,4 %).

Op dit ogenblik zijn de verstoringen van het taalevenwicht enkel in het nadeel van de Nederlandstaligen op de trap 2 en de trap 3 en we werken aan het verbeteren, ervan. Men kan dus bezwaarlijk spreken van een systematische discriminatie van de Nederlandstaligen.