Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-4515

van Nele Jansegers (Vlaams Belang) d.d. 23 september 2009

aan de vice-eersteminister en minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid

Illegalen - Kerkbezetting van de Heilige Pastoor van Ars te Vorst in 2008 - Gevolgen

politiek asiel
illegale migratie
hongerstaking
verblijfsrecht
asielzoeker

Chronologie

23/9/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 22/10/2009)
25/11/2009Dossier gesloten

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-4516
Heringediend als : schriftelijke vraag 4-5495

Vraag nr. 4-4515 d.d. 23 september 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Uit het antwoord van de toenmalige minister van Migratie- en Asielbeleid op mijn vraag om uitleg nr. 4-997 (Handelingen nr.4-84 van 15 juli 2009, blz. 29) blijkt dat in 2008 de kerk van de Heilige Pastoor van Ars te Vorst werd bezet door een groep illegalen:

" In juni 2008 hielden negenendertig mensen een hongerstaking in de kerk van de Heilige Pastoor van Ars te Vorst. Op basis van een verblijfsaanvraag om medische redenen, op grond van artikel 9ter, werd in eerste instantie op 25 juni 2008 een attest van immatriculatie afgegeven dat op 14 oktober 2008 werd verlengd. "

Kan u mij in dit verband nog het volgende meedelen:

1. de precieze periode waarin de bezetting van de gebouwen plaatsgreep;

2. de precieze periode van de hongerstaking;

3. de precieze identificatie van de groep die de actie voerde;

4. hun verblijfsstatuut op het ogenblik van hun actie, alsook het aantal personen dat met hen verbonden was en waarvoor zij mee hun eisen stelden;

5. de eventuele opeenvolgende toezeggingen die door u (of uw voorgangers) of de diensten aan de betrokkenen werden gedaan in het kader van of na de stopzetting van de actie inzonderheid wat het verblijf op ons grondgebied betreft (met vermelding van de duur ervan) en hoeveel personen het betrof en krachtens welke wettelijke bepalingen dit gebeurde;

6. hoeveel van deze personen op dit ogenblik nog in het land verblijft, welk verblijfsstatuut zij hebben, hoeveel er geregulariseerd werden en op welke wettelijke gronden dat gebeurde, en hoeveel inmiddels het land hebben verlaten en volgens welke procedure dit laatste is gebeurd.